Mijn vragen, uw antwoorden

De eerste vraag die ik u voorlegde was de nuchtere vraag van een kind hoe de schrijver van het boek Job wist wat er in de hemel tussen de Heere en Zijn engelen en satan had plaats gevonden. Ik vroeg onze lezers mee te denken en dat is dan ook uitvoerig gedaan. Ik kreeg verklaringen van Job 1 toegestuurd of eigen gedachten over de voor ons zo ongrijpbare wereld der boze geesten en de Heere, Die ook een Geest is. Ook werd ik vermaand om de Bijbel te accepteren zoals die tot ons komt en nergens vragen bij te stellen omdat God Zelf de Auteur is van Zijn Woord. Iemand zei dat de Heere het gebeuren voor de troon aan de Bijbelschrijver heeft geopenbaard, misschien door middel van een visioen. Ik geloof dat het inderdaad zo eenvoudig is. En ik denk dat het daarom wel de instemming van alle meedenkers heeft, dat ik het kind het volgende antwoord heb gegeven: “We weten niet precies wie het boek Job geschreven heeft. In ieder geval een kind van God. En die bijbelschrijvers, door Petrus heilige mensen Gods genoemd, zijn gedreven, geleid en bezield door de Heilige Geest, 2 Petrus 1:21. En de Heilige Geest maakt ons dingen bekend die we van onszelf niet weten. De Heilige Geest wil dat we ook het boek Job goed zullen begrijpen. En de boodschap van dit boek is dat satan het Gods kinderen wel heel moeilijk kan maken, tenminste als God dat toelaat, maar dat hij het werk van de Heere in het leven van Gods kinderen, zoals bijvoorbeeld het geloof, niet kan weg nemen. De duivel kan de band tussen de Heere en Zijn kinderen niet verbreken. Daar zorgt de Heere Zelf voor en is een groot wonder van Zijn liefde en genade”.

Hartelijk bedankt dus voor het meedenken en de soms uitvoerige brieven hierover en ik hoop dat er meer van die doordenkers zijn, zoals onze jonge vriend.

De tweede vraag die ik aan onze lezers voorlegde was de volgende: In Numeri 21 lezen we de geschiedenis van de koperen slang. Er was genezing voor degenen die in geloof op de verheven slang zagen, vertrouwend op Gods belofte dat Hij hen genezen zou. Maar hoe zat het dan met kleine kindertjes en babies die ook waren gebeten, maar geen besef hadden van de noodzaak van het geloof?

Dat is de vraag aan mij gesteld en die ik op mijn beurt aan u voorlegde. Ook op deze vraag heb ik vele reacties gehad, waarvoor dank! De antwoorden kwamen in grote lijnen overeen. Al werd er ook gesuggereerd dat de kleintjes wel niet gebeten zullen zijn, omdat die ook niet gemurmureerd hadden. Maar dat weten we niet. De meesten antwoordden dat het voor de kleintjes nu aan kwam op het geloof van de ouders. Die werden geroepen om hun kleintjes, als die inderdaad waren gebeten door de vurige slangen, in het geloof naar de Heere op te heffen en zelf in het geloof op de koperen slang te zien. Het ging om het geloof en wat de kindertjes betreft om het geloof van de ouders. Velen wezen in hun reactie op de notie en de troost van het genadeverbond en daar mogen wij zeker aan denken.

Wat de vraag over de Drie-eenheid betreft tenslotte het volgende: de vraag was dus of de predikant gelijk had die het mysterie van de Drie-eenheid vergeleek met de eenheid tussen man en vrouw. Dat zijn immers ook twee personen, maar nochtans een vanwege de huwelijksband. Een lezer reageerde door te stellen dat we wel zo mogen spreken over de eenheid tussen de Heere Jezus Christus en Zijn Bruid. Het huwelijk tussen man en vrouw is een zwakke afspiegeling van de geestelijke eenheid tussen de hemelse Bruidegom en Zijn duur gekochte Bruidskerk. Als het echter over de Drie-eenheid gaat (ik zeg er maar iets van, en blijf daarmee dicht bij de vraag), kunnen we stellen dat de Vader, de Zoon en de Heilige Geest een zijn in hun goddelijke eigenschappen, zoals de geloofsbelijdenis van Athanasius bijvoorbeeld zo mooi verwoordt. Drie Personen en nochtans een wat het goddelijke Wezen betreft. Wij mensen zijn ook een als het gaat over onze natuur. Bij alle verschillen onder mensen hebben we toch allen dezelfde natuur, een menselijke natuur. Zo is het met eerbied gesproken ook met de drie Personen, Vader, Zoon en Heilige Geest, eenswezens. Artikel 8 van onze Nederlandse geloofsbelijdenis belijdt de grootheid en tevens het mysterie van de Drie-eenheid. Nooit zullen wij ten volle bevatten de grootheid van den Drie-enige God. Wel is het nodig dat wij door het geloof God de Vader leren kennen, ook de Zoon, en ook de Heilige Geest. Want hoewel dus eenswezens, een van Wezen, toch drie Personen. Het voert nu te ver om er dieper op in te gaan. Het was nu de bedoeling om de gestelde vragen te beantwoorden. En om onze lezers aan het woord te laten. De soms heel uitvoerige brieven heb ik bijzonder gewaardeerd. Bedankt dat u de moeite genomen hebt! Er rest nog ene vraag, maar dat komt een volgende keer. Een hartelijke groet van

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen