Paulus en Christus Jezus
Jezus bidt tot Zijn Vader in het volmaakte gebed: En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, Die Gij gezonden hebt (Joh. 17:3). Het eeuwige leven is dus het kennen van de ene, ware, de alleen zijnde God en de kennis van de door God gezonden Jezus Christus. Dat leven heeft een begin. Daarop volgt levenskennis met een rijke ontwikkeling, een vaste verzekering en een zalige toekomst. Een beleven van geloof, hoop en liefde. De ware godsdienst en het beleven ervan staan daar niet buiten. Welk een waarde en betekenis krijgt de zondag. De kerkdiensten zijn de rijke gave van de Heere. Tot kennis. Want kennis is leven en leven leidt tot kennen. Uit de Godskennins ontstaat zelfkennis en de zelfkennis roept om het kennen van Jezus Christus als Borg, als Middelaar, als Zaligmaker. De Heilige Geest leidt daarheen en richt daarop. De Heilige Geest vervult het leven met Godsvreze. Die vreze blijft werken. Met de Heere, Zijn Woord, Zijn Wet, Zijn dag, Zijn dienst, Zijn volk ontstaat een band. Een leven. De naaste wordt niet vergeten. In woord en daad en bijzonder in gebed: Uw Koninkrijk kome. Uitbreiding en verdieping. Paulus is van dat leven geen vreemdeling gebleven. Zelfs meer dan dat. Hoe dat gekomen is weten we uit het Woord. Veelal wordt de nadruk gelegd op de verkiezende liefde van God. De uitverkiezing. Dit is terecht. Maar nu de werkelijkheid. Hoe komt de uitverkiezing bij ons over. Wat doet het bij ons. Het is ons zeker bekend hoe er over de uitverkiezing wordt gedacht en gesproken en hoe wij zelf de uit verkiezing zien. Naar de Schriften willen we er nu even aan denken. Het eerste wat opvalt en onderstreept wordt in de Schriften is: God de Heere verkiest, zelfs heeft verkoren. Onder die uitverkorenen heeft God Saulus van Tarsen geplaatst. Saulus was tevoren geen volgeling van Gods Zoon, maar een vervolger van Jezus Christus. Een hater. Een uitroeier van de Naam. De Naam Jezus behoort niet meer thuis op aarde. Weg met elke belijder. Met welk een vermaak zag Paulus de steniging aan van Stefanus. Gelukkig nog een korte tijd en dan is zijn mond voorgoed gesloten. Zijn woorden verdwijnen voor altijd. Paulus had naar recht eeuwig de hel verdiend. En nu verkoren door God en door genade een hemelburger te worden en net als Stefanus eenmaal de hemel in te gaan. Er is nog meer. De fanatieke vervolger werd een pionier voor het Christendom. En dat naar Gods wil. Zijn welbehagen. Volkomen naar en overeenkomstig Gods recht. Het wordt in het klassieke avondmaalsformulier beleden. Door Gods gave Jezus Christus wordt het betuigd: Ik voor u, daar gij anders de eeuwige dood had moeten sterven. Ik heb Mijn lichaam aan het hout des kruises in de dood gegeven. Mijn bloed vergoten. Ik ben van God verlaten opdat gij nimmer van God verlaten zou worden. Met welk een doel. Het staat er te lezen. Wat heeft God de Heere bewogen. Wat heeft Jezus Christus, het Lam Gods willen doen. Uit liefde tot Zijn Vader en tot heil van vijanden, doelmissers. We kennen en zingen mee: Door U, door U alleen, om het eeuwig welbehagen. Maar nu de praktijk. Staat het voornaamste op de levensagenda? Welke zaken moeten aan de orde komen en vragen om een beslissing op de Synode? Hoe is het in de wereld? Hoe in ons land? Leeft de Kerk uit en door de bekende regels van Psalm 89? Gaat het vandaag bijzonder om het eren, verheerlijken van de drie-enige God? Het wonder van Gods soevereine genade en wie de Heere is en wil zijn in het dagelijks leven? Hoe hoog en rijk wordt de zondag gezien en gehouden? Laat Paulus voor ons geen beschamend voorbeeld zijn. De liefde van Christus Jezus drong Paulus tot spreken. Spreken tot iedereen. Het levensvoorbeeld van zijn Heere, Koning en Zaligmaker trok hem en beheerste hem. Voor de poort van Damascus ging de opgevaren Jezus van Nazareth de vervolger Saulus daarheen leiden. Het is treffend en onderwijzend. Welk een confrontatie vond plaats. Hoe is het begin. Christus vertoont Zijn goddelijkheid. Paulus gevoelde dat de goddelijke almacht van Christus tegen hem gekeerd was. Geen vlucht, maar een ter aarde vallen. Dit was het begin van Saulus’ verootmoediging en begeerte om de stem van Christus te horen. Saulus is taande gehouden, maar hij is nog geen discipel van Jezus Christus. Hoe werkt Jezus Christus daarheen. Op de vraag van Saulus: Wie zijt Gij, Heere? antwoordt Jezus: Ik ben Jezus Die gij vervolgt. Tot tweemaal toe wordt er gesproken over vervolgen. Het is niet zomaar iets. Er staat de doodstraf op. Het spreken van Jezus treft Saulus. Het gezicht en het gehoor zijn de twee zintuigen waarmee men leert. Door die beide deuren is Christus tot het hart van Saulus ingegaan. Met een rijk gevolg. Wellevend en verbaasd, maar ook een hartelijke vraag: Heere, wat wilt Gij, dat ik doen zal? (Hand. 9:6). Die vraag houdt heel veel in. Matthew Henry schrijft: De grote verandering in de bekering is gewerkt op de wil en bestaat in de overgave van die wil aan de wil van Christus.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 december 2019
Bewaar het pand | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 december 2019
Bewaar het pand | 12 Pagina's