Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Beloften

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Beloften

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Gereformeerde Gemeenten in Nederland hebben een boekje uitgegeven, waarin hoofdzaken van de leer worden uiteengezet. We weten niet welke motieven hiertoe geleid hebben. Mij trof de vermelding over de beloften. Er wordt gesproken over het onderscheid tussen de beloften van het Evangelie en de verbondsbeloften, zoals dit geldt binnen de Geref. Gemeenten Synodaal. In het gemelde geschrift neemt men afstand van dit onderscheid.

Dat laat ik voor wat het is. Ik trof jaren geleden dit onderscheid in de beloften voor het eerst aan in de lijvige studie van ds. C. Harinck: De prediking van het Evangelie (blz.180). Heel overzichtelijk wordt gesproken over de strijd die binnen de Gereformeerde Gemeenten werd gevoerd over de beloften. De namen van ds. Jongeleen en ds. R. Kok ontbreken niet. Dit verschil dat Harinck maakt, verbaasde me wel. Ik begrijp ongeveer wat hij ermee wil bedoelen. In zijn verbondsvisie past het misschien ook wel. De verbondsbeloften zijn alleen bedoeld voor de uitverkorenen, terwijl de beloften van het Evangelie voor iedereen gelden. Als men ervan uitgaat dat het genadeverbond is opgericht met de uitverkorenen, moet men wel tot een dergelijke onderscheiding komen. Men kan echter met dit onderscheid minder goed uit de voeten als ervan wordt uitgegaan dat het genadeverbond is opgericht met Abraham en zijn natuurlijk zaad, dus met allen die gedoopt zijn. Ik vermoed dat verwarring op dit punt ook meedeed in de onlangs gevoerde discussie in het RD tussen Ds. M. Klaassen en ds. A. Schot. In de visie van de GG kan men niet zeggen dat de beloften van het verbond alle gedoopten gelden. Klaassen kwam geheel ten onrechte onder verdenking, omdat hij breed denkt over de beloften van het verbond. Hij bedoelde daarmee niet te zeggen dat alle gedoopten zalig worden. Harinck wil ook van harte de beloften prediken aan de onbekeerden. Maar als ik het goed zie, zijn dat bij hem dan wel alleen de beloften van het Evangelie en niet de verbondsbeloften.

Ik val de GGiN bij dat dit onderscheid niet steunt op Bijbelse gronden.

Immers, hoe zal een onbekeerd mens nu precies kunnen uitmaken welke beloften dan wel voor hem zijn en welke niet. In het doopformulier worden de beloften helder samengevat. Zijn deze uitspraken nu alleen voor de uitverkorenen of gelden ze voor elk te dopen kind? Het laatste wordt onder ons gelukkig aangenomen. Doet men dit niet, dan heeft de doop vrijwel geen betekenis. Althans, men heeft er als onbekeerde geen houvast aan, het kan niet gelden als pleitgrond. Men moet dan eerst te weten komen of men tot de uitverkorenen behoort, want eerst dan krijgen de verbondsbeloften echte betekenis.

Jaren geleden heb ik in ons blad erop gewezen, dat het aanbod van genade wel binnen de GG gesteund wordt. Dat vloeit dan voort uit de beloften van het Evangelie. Ik kan niet beoordelen hoe er gepreekt wordt binnen de GG. Ik hoop van harte dat het aanbod van genade in haar Bijbelse zin een ruime plaats krijgt. Het is echter wel zo, dat bijvoorbeeld in meditaties, die ik wel vaak lees, dit aanbod niet helder naar voren komt, tenminste niet bij iedereen. De preken lijken zodoende meer beschrijvend te zijn. Dat is zeker niet altijd verkeerd, maar zonder een duidelijke nodiging tot onbekeerden kan het eenzijdig worden. Ten aanzien van het verbond kent men wel het onderscheid tussen het wezen en de bediening van het genadeverbond. Het laatste geldt dan alle bondelingen. Dit doet denken aan 2 Corinthe 5, waar de apostel spreekt over de bediening der verzoening: Laat u met God verzoenen. Langs deze weg kunnen we ieder aanspreken.

Is er dan geen onderscheid in beloften? Zeker wel. Ik noem het onderscheid tussen voorwaardelijke en onvoorwaardelijke beloften. “Doe dat en gij zult leven” (Luk.10:28); hier hoort u een voorwaarde in. “Keert weder, gij afkerige kinderen en Ik zal uw afkeringen genezen” (Jer.3:22). Ook daar hoort u een voorwaarde, namelijk die van de bekering.

Onvoorwaardelijk is het in de bekende woorden van Christus: “Ik leef en gij zult leven” (Joh.14:19). Dit leven al tot stand komen, zonder enige voorwaarde. Deze beloften zijn gericht tot Gods volk. “Ik geef hun het eeuwige leven en zij zullen niet verloren gaan in der eeuwigheid” (Joh.10:28). Ook hier geen sprake van enige voorwaarde. Het onderscheid tussen voorwaardelijk en onvoorwaardelijk kan ieder direct inzien. Als men dit gaat verwarren, kan er een te verbondsmatige prediking ontstaan. Helaas gebeurt dat binnen onze kerken maar al te vaak. Bijvoorbeeld: “Het is volbracht”, dus het is ook voor ons volbracht.

De beloften van de doop en het genadeverbond zijn in veel gevallen ook voorwaardelijk. Denk aan de bekende regels: Opent uwe mond, eis van Mij vrijmoedig, op Mijn trouwverbond, al wat u ontbreekt, schenk Ik, zo gij ’t smeekt, mild en overvloedig. Smeken (voorwaarde) leidt tot schenken.

Maar kunnen wij deze voorwaarde vervullen? Nee, dus is er een huiver om te spreken over voorwaarden. Ten onrechte echter. De Heere gebruikt deze om in de nood te brengen. Mijn smeken zal nooit effect hebben, als de Heere het niet geeft.

Bunyan heeft in zijn bekende boekje: Komst en welkomst aangegeven dat hier toch wel een uitweg is. Hij zegt dat de voorwaardelijke beloften ons willen heenleiden naar de onvoorwaardelijke. De Heere stelt de voorwaarde en de eis van bekering. Daar komt bij ons niets van terecht. Daarom mogen we bidden: Bekeer ons, dan zullen wij bekeerd zijn (Klaagl. 5:24). Als de Heere Jezus geloof vraagt aan de vader van de maanzieke knaap, klinkt de bede: Kom mijn ongelovigheid te hulp.

Ik schrijf deze dingen niet om de verschillen aan te scherpen. Integendeel, In feite kunnen we het eens zijn, maar als men andere begrippen hanteert, verstaan we elkaar niet. Dan gaan we appels met peren vergelijken. Dat speelt ook bij de beloften. De belofte is een loopplank naar het schip. We hebben bij dit alles de Heilige Geest nodig, Die wil toe-eigenen wat we in Christus hebben. Dan pas hebben wij het!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 2019

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Beloften

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 2019

Bewaar het pand | 12 Pagina's