Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Mag ik nooit nee zeggen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Mag ik nooit nee zeggen?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ze zijn er in elke gemeente, mensen die altijd en overal klaar staan om iets voor anderen te doen. Die vanwege die houding ook in de maatschappij hun steentje bijdragen. Een van onze geachte lezeressen is er zo een! Maar laatst heeft ze toch een keer nee gezegd op een bepaald verzoek. Wat zij las in 2 Korinthe 9 vers 8 bracht haar echter in verwarring. Deed ze er verkeerd aan om nee te zeggen?

Bedankt voor deze vraag en we zullen proberen onze gedachten er over te laten gaan. Het is in ieder geval duidelijk dat u niet behoort tot degenen die binnen of buiten de gemeente nooit en nergens de handen uit de mouwen steken. Die dus altijd nee zeggen. Laten we voorop stellen dat een dergelijke houding in ieder geval onjuist is. Er ligt immers zoveel werk om ons heen? Maar is het nu zo dat we altijd ja moeten zeggen als iets van ons wordt gevraagd? Bij het lezen van bovengenoemd vers uit de Korinthebrief raakte onze vraagstelster dus toch wel wat in verwarring.

Laten we eerst eens kijken wat we daar lezen:” En God is machtig alle genade te doen overvloedig zijn in u; opdat gij in alles te allen tijde, alle genoegzaamheid hebbende, tot alle goed werk overvloedig moogt zijn”. De directe aanleiding van deze woorden is de oproep van de apostel aan de gemeente in Korinthe om een inzamelingsactie, een collecte te houden voor de armen in de gemeente van Jeruzalem. Voor Paulus is het hoofdmotief om te geven gelegen in het geven van God. Wat heeft Hij hen immers veel, ja alles geschonken, de Zoon en het heerlijk Evangelie van de Zoon, als een onuitsprekelijke Gave. God heeft in Hem niet veel, maar alles geschonken. Zij die van deze grote Gave geen weet hebben en daar aan voorbij gaan, zullen de blijdschap van het geven niet kennen. O jawel, ook onder wereldse mensen komt vrijgevigheid en gulheid voor. Denk maar aan wat acties voor noodgebieden bijvoorbeeld opleveren! Maar dat geven is niet het geven in het besef het eerst ontvangen te hebben, namelijk van de Heere. Dat soort van geven komt niet uit een hart dat verwonderd is over persoonlijk ontvangen zegen. Als we een indruk hebben van Gods goedheid en trouw en overvloedige zegen, dan kunnen we niet anders dan terug geven, helpen in nood, anderen helpen, en kunnen we niet langer nee zeggen als de Heere iets van ons vraagt. Daarmee is nog niet gezegd dat we dus overal ja op moeten zeggen, als er een beroep op ons wordt gedaan. En dan gaat het in 2 Korinthe 9 vers 8 niet alleen over een collecte, maar om een bereidheid te geven en klaar te staan voor de ander en wel vanuit een christelijke bewogenheid. Zoals de tekst zegt: alle, dat is allerlei goed werk. Verder zegt de apostel dat we bij het doen van goede werken, als vrijwilliger, als leidinggevende, als ambtsdrager, als koster, als organist, moeten handelen zoals we in ons hart hebben voorgenomen, niet onder dwang of met tegenzin, maar met een blijmoedig hart, verblijd om wat te kunnen en te mogen doen. Ons hart moet er achter staan; de Heere vraagt om een hartelijke bereidheid.

Let er vervolgens op dat de apostel ook spreekt van het loon op goede werken. De gelovigen in Korinthe hoeven niet bevreesd te zijn dat zij door het geven van geld en goederen zelf zullen verarmen. Zeker niet, want ‘God is machtig alle genade overvloedig te doen zijn in u”, zowel in geestelijk, maar ook in materieel opzicht. Van het geven aan de Heere is nog nooit iemand arm geworden. “De zegenende ziel zal vet gemaakt worden”, Spreuken 11 vers 25. God vraagt dus niet overal ja op te zeggen, maar als we iets gaan doen, wil Hij ons overvloedig zegenen, dat is de betekenis van de eerste woorden van ons vers.

We komen bij de kern van de vraag en het antwoord als we inzien dat we afhankelijk zijn van de gaven die de Heere ons schenkt. Hij schenkt veel en is machtig alles te schenken wat nodig is, maar we kunnen slechts geven naar de mate waarin de Heere ons geeft. Heeft de Heere ons een goede en sterke gezondheid gegeven, dan moeten wij werken zolang het dag is. Hebben we veel geld, dan moeten we daarvan rijkelijk geven. Zijn we gezegend met wijsheid en een groot invoelingsvermogen, dan moeten we ons inzetten voor het oplossen van conflicten. Heeft God ons veel liefde voor kinderen, voor zieken en ouderen gegeven, dan mogen wij ons aan de gezondheidszorg of mantelzorg niet onttrekken. Zijn we een doener, dan mogen we geen nee zeggen als er binnen of buiten de gemeente een beroep op ons gedaan wordt in allerlei praktische dingen. Maar, en dat is eigenlijk het belangrijkste waar ik op wil wijzen, voor ik op een vraag of iets dergelijks ja of nee zeg, moet ik eerst aan de Heere vragen wat Zijn wil is. Ken Hem in al uw wegen. Van Hem zijn we afhankelijk. Al mogen wij aan Hem wel alles vragen, Hij vraagt van mij niet alles. Ik moet ook aan mijn gezin denken, aan mijn man of vrouw, aan mijn gezondheid. Daar zit niets kwaads in. We leven in allerlei verbanden. Druk zijn in de gemeente en je gezin verwaarlozen is niet de bedoeling. Dus: laat de Heere de doorslag geven. Laat Hem de weg wijzen. Vraag om wijsheid, liefde en zelfverloochening. Maar Hij vraagt van ons niet om zo ver te gaan dat we een burnout krijgen. Er zijn grenzen. Daarvoor zijn we mens. Graag ga ik er een volgende keer mee door; maar dan toegespitst op het werk van onze ambtsdragers. Laat onze trouwe abonnee echter niet ongerust zijn. We mogen met een instelling van goed te willen doen, ook wel eens nee zeggen. Maar nooit vergeten te vragen: Wat wilt Gij dat ik doen zal? Met een hartelijke groet!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 2019

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Mag ik nooit nee zeggen?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 2019

Bewaar het pand | 12 Pagina's