Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Cyprianus – pastor in tijden van grote sterfte (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Cyprianus – pastor in tijden van grote sterfte (2)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het voorjaar van 251 keert Cyprianus terug naar Carthago. De hevige vervolging onder keizer Decius in inmiddels ten einde. Sommige christenen hebben onder deze vervolging hun geloof verloochend en wierook aan de keizer geofferd. Anderen hebben niet daadwerkelijk geofferd, maar een offerbewijs gekocht (de zogenaamde libellatici). Als zij na de vervolging willen terugkeren tot de christelijke kerk, ontstaat daarover de nodige commotie. Mogen deze zogenaamde afvalligen (lapsi) terugkeren tot de christelijke gemeente? En wie beslist er over hun toelating? Is dat de bisschop of zijn dat de christenen die tijdens de vervolgingen allerlei lijden hebben ondergaan en zijn staande gebleven (de zogenaamde confessores)? Cyprianus wijdt een boekje aan deze vragen: De lapsis.

Maar niet iedereen is de mening van Cyprianus toegedaan. Daardoor ontstaat er verdeeldheid tussen christenen in dezelfde plaats. Op die verdeeldheid reageert de bisschop van Carthago door opnieuw een boekje te schrijven dat grote bekendheid heeft gekregen, en grote invloed heeft uitgeoefend: ‘Over de eenheid van de algemene christelijke kerk’.

Epidemie

En dan breekt in 252 het moment aan dat Carthago getroffen wordt door een afschuwelijke pestepidemie. Velen sterven. De levenden worden overmand door angst en verdriet. Sommigen hebben geliefden verloren aan de pest. En velen zijn bang dat ook zij ten prooi zullen vallen aan de dodelijke ziekte. Het is naar aanleiding van deze gebeurtenis dat Cyprianus zijn boekje ‘Over de sterfelijkheid’ laat verschijnen.

In dit boekje wil Cyprianus zijn gemeenteleden bemoedigen, nu de pest zo verschrikkelijk om zich heen grijpt. Heel bijzonder heeft hij de wankelmoedigen op het oog: degenen die wankelen onder de druk van de omstandigheden en die de grond onder hun voeten dreigen te verliezen. Met woorden van vermaning en vertroosting ‘uit de overweging van de Heilige Schrift geput’ richt Cyprianus zich tot hen, in de hoop ‘de moedeloosheid uit de zwakke harten te bannen’.

De Bijbel naast de actualiteit

Het eerste wat Cyprianus in zijn kleine boekje doet, is de Schrift leggen naast de actuele gebeurtenissen. In dat verband wijst hij erop, dat ‘pestilentiën’ door de Heere Jezus Zelf voorzegd zijn als tekenen van Zijn naderende wederkomst: ‘De Heere heeft immers voorzegd dat deze dingen zouden komen, toen Zijn profeterend Woord het volk leerde en onderrichtte, versterkte en voorbereidde op het verduren van alle toekomstige kwalen. Hij heeft het van tevoren luid verkondigd: Op vele plaatsen zullen oorlogen en hongersnood, aardbevingen en pestilentiën ontstaan’.

Nu komen deze voorzeggingen uit. Maar dat betekent ook dat de belofte van Christus dat Hij wederkomen zal, vervuld zal worden. Cyprianus: ‘Welnu, thans gebeurt wat voorzegd is, weldra zal dan ook volgen wat beloofd werd. De Heere Zelf beloofde het en sprak: Alzo ook gij, wanneer gij deze dingen zult zien geschieden, zo weet, dat het Koninkrijk Gods nabij is (Lukas 21: 31)’. Gods Kerk mag bij de tekenen der tijden het hoofd opheffen: haar verlossing is nabij!

Simeon

Intussen onderkent de pastor van Carthago het: Niet bij alle ware gelovigen is dit blij vooruitzicht de praktijk. Ook Gods kinderen kunnen zo bevreesd zijn voor de dood. Cyprianus opent dan opnieuw de Schriften en wijst op het voorbeeld van Simeon: ‘Hem werd van Godswege beloofd dat hij niet zou sterven voordat hij de Christus zou hebben gezien. Toen dan het Kind Christus met Zijn moeder in de tempel kwam, werd zijn geest verlicht en hij besefte, dat de Christus Die hem voorzegd werd, geboren was. Verheugd dan wegens de naderende dood en zeker van zijn aanstaand vertrek naar de hemel nam hij het Kind in zijn armen en de Heere prijzend riep hij uit: Nu laat Gij, Heere, Uw dienstknecht gaan in vrede, naar Uw woord, want mijn ogen hebben Uw zaligheid gezien (Lukas 2: 29)’.

In prachtige, beeldende taal merkt Cyprianus dan op, dat Simeon hier onder woorden brengt, ‘dat er dan vrede zal zijn voor de dienaren des Heeren, dat er dan vrijheid zal zijn en geborgenheid en rust, wanneer wij ontrukt aan de storm, de haven binnenvaren van de eeuwige veiligheid’.

Het strijdperk van dit leven

Tegelijk wijst hij erop, dat deze wereld voor een ware gelovige toch vooral de plaats van strijd is: ‘Wat heeft de wereld ons anders te bieden dan de dagelijkse strijd met de duivel, het ononderbroken afweren van zijn schichten en pijlen? Ons is immers een harde en onophoudelijke strijd beschoren met de hebzucht en de onzuiverheid, met haat en ijdelheid, met al de lusten van het vlees en de wereldse genoegens. Langs alle zijden aangevallen en in het nauw gebracht door het duivels geweld, kan het menselijk hart nauwelijks op alle plaatsen tegelijk de vijand weerstand bieden. Is de hebzucht neergeslagen, dan pleegt de begeerlijkheid opstand; is deze onderdrukt, dan volgt de ijdelheid en is de ijdelheid tot niets teruggebracht, dan toornt de haat, dan steigert de hoogmoed; de drankzucht lokt, de nijd vernielt alle verstandhouding tussen de mensen, de jaloersheid verbreekt de vriendschapsbanden’. Sterven, zo wil de pastor van Carthago zeggen, is toch voor Gods kind ook voorgoed afsterven van de zonde en het beërven van de eeuwige rust?

Intussen stelt datgene wat Cyprianus schrijft, ons heel persoonlijk voor de vraag: Kennen wij de dagelijkse strijd tegen de aanvallen van de vorst der duisternis, tegen de zondige wereld en vooral tegen de oude mens der zonde? Want het is Gods strijdende Kerk die vertroost mag worden met het vooruitzicht van ‘de haven van de eeuwige veiligheid’!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 maart 2020

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Cyprianus – pastor in tijden van grote sterfte (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 maart 2020

Bewaar het pand | 12 Pagina's