Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Cyprianus – pastor in tijden van grote sterfte (4)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Cyprianus – pastor in tijden van grote sterfte (4)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kohlbrugge

Het moet een ernstige ziekte geweest zijn, de pest die in 252 na Christus de stad Carthago teisterde. Cyprianus beschrijft in zijn boekje Sterfelijk de verschijnselen: ‘Dat door de buikloop de krachten van het lichaam wegstromen, dat een inwendig vuur een reeds verwonde keel verschroeit; dat alle ingewanden door een voortdurend braken geschokt worden; dat de bloedige ogen ontstoken zijn; dat de voeten of andere ledematen afvallen, aangetast door de kankerende ziekte; dat men wegens de uitputting en het verval van het lichaam, door plotselinge verheviging van het lijden, geen stap meer kan gaan; dat het gehoor verstompt en het gezicht benevelt…’.

U ziet het: er zijn verschillen en overeenkomsten met het coronavirus dat in ons land rondgaat. Maar duidelijk is wel, dat ook Gods Kerk in de loop der eeuwen verschillende malen te maken heeft gehad met ernstige besmettelijke ziekte. Het kan dan ook goed zijn om na te gaan, hoe er in zulke tijden in prediking en praktijk omgegaan werd met de omstandigheden. Een dezer dagen las ik zelf de indrukwekkende preek die H.F. Kohlbrugge gehouden heeft naar aanleiding van de cholera in zijn tijd: God Die macht heeft over deze plagen. Aanbevolen!

Naar Christus langs de nauwe Christusweg

Cyprianus staat wat dat betreft in tijd toch wel wat verder van ons af. En toch kan ook zijn onderwijs leerzaam zijn. We hebben al gemerkt, dat hij in zijn boekje verschillende keren wijst op de roeping die de christenen hebben om juist onder deze omstandigheden rekenschap te geven van de hoop die in hen is. Cyprianus: ‘Te staan met opgehe-ven hoofd tussen de ruïnes van het mensdom en niet moedeloos neer te zijgen met hen die op God hun hoop niet stellen’.

Maar is dat niet al te triomfantelijk? Moeten de christenen niet veeleer het hoofd buigen in verootmoediging? Dat zal de bisschop van Carthago zeker niet willen ontkennen. Maar verootmoediging is nog iets anders dan moedeloosheid! Wat Cyprianus bedoelt is dit: Als er gegronde hoop mag zijn in het leven van een door de Heere opgezochte zondaar, als het leven door genade Christus mag zijn, dan is het sterven gewin. Nog een keer Cyprianus: ‘En eens de last gedragen gaan wij naar Christus langs de nauwe Christusweg en ontvangen het loon, het leven, Zijn leven, dat Hij ons toebedeeld heeft’. Daarom, kind van God: Hoop op God, sla ’t oog naar boven!

Als ik alles mis

Maar wat als ik die enige hoop en enige troost in leven en sterven nu niet ken? Klinkt er dan in de onzekerheid van deze tijd ook geen dringende roepstem om ons met die armoede aan de voeten van de Heere neer te werpen? Zou de Heere juist deze tijdsomstandigheden ook niet willen gebruiken om ons te laten zien: van nature zonder God en zonder hoop in deze wereld? Zou de Heere ons door Zijn Woord en Geest juist in deze tijd niet willen bepalen bij de plaag van ons hart? Zou de Heere juist in deze tijd ook geen hoop willen wekken in harten van in zichzelf hopeloze zondaren door hun oog te gaan richten op Jezus Christus, Die onze Hoop is? Door u te laten zien, Wie Hij nu is, van Wie de profeet Jesaja zegt: En door Zijn striemen is ons genezing geworden?

In korte tijd

Ja, zou de Heere juist onder omstandigheden als die van onze tijd, niet kunnen geven dat zondaren in korte tijd als arme en verloren zondaren in zichzelf worden gebracht tot Christus? Ik denk aan een recent verschenen artikel van B. Hooghwerf in het Reformatorisch Dagblad, waarin hij beschreef dat in het verleden juist in tijden van ernstige besmettelijke ziekte de Heere in korte tijd krachtig doorwerkte met Zijn genade. Zo gebeurde het vroeger bijvoorbeeld in Nieuw-Beijerland en Zuidland. De Heere geve het ook onder ons.

Cyprianus heeft gewezen op de roepstem in de epidemie van zijn dagen. Net zoals zijn leermeester Tertullianus dat ook deed bij ernstige gebeurtenissen. Maar we weten ook dat de roepstem in Cyprianus’ tijd iets uitwerkte: ‘Door deze sterfte en deze verschrikkelijke tijden worden de lauwen aangewakkerd, de kleinmoedigen opgewekt, de afvalligen aangezet om terug te keren, de heidenen gedwongen om het geloof te omhelzen’. Wat zou het een zegen zijn als de gebeurtenissen van onze tijd iets vergelijkbaars zouden uitwerken!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 april 2020

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Cyprianus – pastor in tijden van grote sterfte (4)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 april 2020

Bewaar het pand | 12 Pagina's