Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Paulus zegt…

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Paulus zegt…

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dank voor een vraag van een trouwe lezer uit het noorden des lands! Het valt hem op dat er in artikelen en gesprekken vaak gezegd wordt: Paulus zegt dit en Paulus zegt dat. En een stapje verder: Ja, dat zei Paulus, een man van zijn tijd. Met alle respect voor wat hij schreef, maar dat geldt voor ons vandaag niet meer.

En de vraag luidt dan of we het zo wel mogen zeggen. We zien de Bijbel toch als het Woord van God? Het is toch geen boek van mensen, zoals alle andere boeken? Moeten we niet zeggen, in plaats van: Paulus zegt, de Heere zegt?

Nu, ik kan de vraag kort beantwoorden: u hebt helemaal gelijk. We mogen de Heilige Schrift niet degraderen tot een menselijk schrijven. Juist het: Zo zegt de Heere, geeft ons vastheid, rust en zekerheid. In alle tijden, culturen en omstandigheden blijft het Woord van God als onveranderlijk en onfeilbaar staan.

Op zichzelf genomen is er niets op tegen om te zeggen: Jesaja zegt, Petrus zegt, Jakobus zegt. Als we hetgeen zij zeggen maar zien als het Woord van God Die hen de woorden in de mond heeft gelegd. Wat Gods Woord ons voorhoudt, zoals bijvoorbeeld de profetieën, zijn niet voortgebracht door de wil van een mens, maar de heilige mensen Gods, door de Heilige Geest gedreven zijnde, hebben ze gesproken, 2 Petrus 1:21.

Daarom spreken we van “het profetische woord, dat zeer vast is”, 2 Petrus 1:19a. Daarom lezen we in hetzelfde hoofdstuk dat “geen profetie der Schrift is van eigen uitlegging”, dat betekent dat de woorden van de Schrift geen eigenmachtige uitleg toelaat omdat het Gods eigen woorden zijn.

Dat geldt voor zowel het Oude Testament als ook het Nieuwe. Wat de Heere tot de profeet Jeremia sprak, namelijk “Zie, Ik geef Mijn woorden in uw mond”, Jer. 1:9, dat zegt de Heere Jezus ook tot de apostelen. Wat moeten zij in de wijde wereld verkondigen? Dit: “De Heilige Geest zal u in al de waarheid leiden, want Hij zal van Zichzelf niet spreken, maar zo wat Hij zal gehoord hebben zal Hij spreken en de toekomende dingen zal Hij u verkondigen”, Joh, 16:13 en 14.

Dat wordt ook duidelijk als het de grote heidenapostel Paulus betreft. Ananias sprak tot hem: “De God van onze vaderen heeft u tevoren verordineerd om Zijn wil te kennen en de Rechtvaardige te zien en de stem uit Zijn mond te horen”, Hand. 22:14,

Dat is voor de apostel zelf een groot wonder geweest dat hij daartoe verwaardigd werd en hij wist zich in zijn spreken en schrijven afhankelijk van de Heilige Geest. Daarom riep hij de gemeente van Efeze ook op om voor hem te bidden “opdat mij het Woord gegeven worde in de opening van mijn mond met vrijmoedigheid om de verborgenheid van het Evangelie bekend te maken”, Efeze 6:19.

Nu gaat de Heere als onze God over alle dingen in ons leven. Dat wordt uit de praktische lessen uit het Oude, maar ook uit het Nieuwe Testament duidelijk. Daarom moeten wij wat bijvoorbeeld Paulus schreef opvatten als het Woord van God, of het nu gaat over “Jezus Christus en Dien gekruisigd”, of over ethische zaken. Met name die ethische zaken waar we in de brieven veel van lezen, laten ons Gods wil en wet zien voor alle mensen, in alle tijden en in alle culturen. En als het gaat over zogenaamde middelmatige kwesties, maakt de apostel Paulus, lees weer: de Heere, ons dat ook duidelijk. Een mooi voorbeeld is 1 Korinthe 7, waar over het heilig huwelijk gesproken wordt. Als het gaat over ongetrouwde vrouwen, lezen we: “Aangaande de maagden nu heb ik geen bevel des Heeren, maar zeg ik mijn gevoelen”. Al beroept de apostel zich ook dan op de Geest van God: “Ik meen ook de Geest Gods te hebben”.

Als we de woorden van Paulus zien als woorden van Paulus kunnen we ons er van distantiëren, maar zien we die woorden als het Woord van God, dan mogen wij er ons niet van afmaken. Want dan is van ons van toepassing het aangrijpende woord waar de Bijbel mee eindigt: “Indien iemand tot deze dingen toedoet, God zal hem toedoen de plagen die in dit boek geschreven zijn. En indien iemand afdoet van de woorden des boeks dezer profetie, God zal zijn deel afdoen uit het boek des levens en uit de heilige stad en uit hetgeen in dit boek geschreven is”, Openb 22:18 en 19.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 januari 2021

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Paulus zegt…

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 januari 2021

Bewaar het pand | 12 Pagina's