Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ik zal lachen in uw verderf

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ik zal lachen in uw verderf

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een nieuwe vraag binnen gekregen, waarvoor dank. Het gaat om wat de Heere zegt in Spreuken 1 vers 25 en 26, dat is als volgt: “En gij al Mijn raad verworpen en Mijn bestraffing niet gewild hebt, zo zal Ik ook in uw verderf lachen; Ik zal spotten wanneer uw vreze komt”.

De vraag is hoe deze woorden te rijmen zijn met bijvoorbeeld Gods woorden in Ezechiel 33 vers 11 waar de Heere als het ware zweert dat Hij geen lust heeft in de dood van de goddeloze.

Een vraag die tot nadenken stemt. Als de Heere geen lust heeft in de dood van de goddeloze, hoe kan Hij dan lachen, spottend lachen als het verderf over de goddeloze komt?

We zullen eerst de beide Schriftplaatsen in hun verband lezen. In Spreuken 1 is de “opperste Wijsheid” aan het woord, dat is Christus.

Hij waarschuwt voor de weg van het verderf en het verwerpen van de waarheid, want de weg VAN het verderf leidt TOT het verderf. “Hoe lang zult gij de slechtigheid beminnen? Keert u tot Mijn bestraffing”. Wat leren wij hieruit? Dit, dat de Heere dus waarschuwt en vermaant, opdat er bekering kome.

Dit komt geheel overeen met de woorden uit Ezechiel 33, waar de Heere zondaren eveneens waarschuwt voor het verderf. De roep in Ezechiel luidt dan ook: Bekeert u, bekeert u, waarom zoudt gij sterven?

De waarschuwingen laten dus duidelijk de barmhartigheid en de goedheid van de Heere zien, Die geen lust heeft in de ondergang, de dood van een mens, maar lust heeft in zijn bekering en het leven!

Tot zover zien wij dus enkel overeenkomsten. God waarschuwt en dat is bewijs van Zijn mededogen. Zo kan niemand van ons ontkennen dat hij en zij niet gewaarschuwd is door de Heere. In de prediking, uit het Woord van God worden we vanaf onze jeugd al gewezen op het gevaar van verloren te kunnen gaan. Gebeurtenissen uit je leven, in zowel de voorspoed als de tegenspoed zijn roepstemmen van de Heere: keert weer tot Mij. En wat denkt u van alle ontwikkelingen in de wereld in onze tijd? Ook de pandemie onderstreept de waarschuwing van Gods Woord dat we hier geen blijvende stad hebben. En wat uit de vele waarschuwingen blijkt is niet anders dan Gods geduld, “niet willende dat enigen verloren gaan”, zoals we dat lezen in 2 Petrus 3 vers 9. Is de Heere niet aanbiddelijk en ook dienenswaardig, alleen al vanwege het geduld dat Hij met een zondig mens heeft?

Echter, God laat niet met Zich spotten, ook dat is een bijbelse notie. Denk maar aan bijvoorbeeld 2 Kronieken 36 vers 16, waar een droevig beeld van het volk Israel getekend wordt: “Maar zij spotten met de boden Gods en verachtten Zijn woorden, totdat de grimmigheid des Heeren tegen Zijn volk opging, zodat er geen helen aan was”. Aangrijpende woorden. Want ja, wat is het gevolg als een mens geen acht slaat op de vele roepstemmen van de Heere en de welgemeende oproepen tot bekering? Dan krijgt men tot in eeuwigheid te maken met Gods toorn. “Omdat Ik geroepen heb en gij geweigerd hebt, Mijn hand uitgestoken heb en er niemand was die opmerkte”, vers 24. Dan zal een haastig verderf ons overkomen en volkomen terecht. Een vreze, een grote angst zal die verharde zondaar overkomen, maar dan is het te laat. Terwijl de Heere nu zondaren redt die in angst en nood en schuld tot Hem vluchten, zo zal Hij dan hun vijand zijn als er geen roepen tot de Heere was in het heden der genade.

Aan die genadetijd komt dus een einde. Dan breekt de nooit-meer-genade tijd aan. En in dat verband lezen we dat God dan zal “lachen in hun verderf”. Vreselijk toch? Spottend lachen als het ware. Waarom spottend lachen? Omdat de zondaar die zich verhardde tegen de Heere eerst spotte met Hem, lachte om Zijn eer, Zijn Woord, Zijn wil, Zijn oproep tot bekering. Onbekeerd voortleven is niets anders dan puur de spot drijven met de Heere. Zijn Woord niet serieus nemen, Zijn nodiging tot het heil verachten, Zijn waarschuwingen verwerpen. Ons spotten met God loopt uit op een spotten van God.

Aangrijpende woorden, die ons moesten doen sidderen. En ons doen beseffen wat een zegen en voorrecht het is om in de genadetijd te leven! Wie de Naam van de Heere aanroepen zal in het heden, zal zalig worden. Maar dit is ook waar:

Maar de Opperheer, Die Zijn geduchte stoel

Op starren sticht en grondvest op de wolken,

Zal lachen met dat vruchteloos gewoel,

En spotten met de waan der dwaze volken,

Psalm 2:2

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 februari 2021

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Ik zal lachen in uw verderf

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 februari 2021

Bewaar het pand | 12 Pagina's