Wedergeboorte (6) Ambrosius

Belijdenis van zonden

Ambrosius spoort aan tot belijdenis van de bedreven zonden. “Spreid uw lijst voor het aangezicht des Heeren uit, zoals Hizkia met zijn brief deed (2 Kon. 19:14).” Belijd Gods toorn en gramschap waardig te zijn. Beken een wereld vol zonden bedreven te hebben. U bent dwaas, redeloos en uitzinnig geweest zoveel zonden te bedrijven. Dat geeft een walging van uzelf. “Tot besluit kunt u de tollenaar navolgen, die op zijn borst sloeg, terwijl hij zijn ogen niet durfde op te heffen. Doet u dat ook, zucht en zeg met hem: ‘O God, zijt mij de zondaar genadig.’ (Lukas 18:13)”

Gebed om verzachting van het hart

Smeek de Heere om droefheid en smart over de zonde. Smeek de Heere om een nieuw, om een vlezen hart. Snik, zucht en klop op uw borst om des te meer verzachting van uw hart te ontvangen. Bid vurig en heftig. Houd aan in het gebed. Houd niet op totdat de Heere u in genade hoort. “Wanneer uw verlangen naar droefheid vastberaden is, is dit zelf al een trap van godzalige droefheid, en ongetwijfeld zal de Heere haar vermeerderen, als u een poos dringend smeekt.” Ambrosius schrijft dat er geen geboorte zonder weeën is. De boetvaardige heeft weeën.

Geen Christus zonder verslagenheid

De Heere opende de ogen van onze eerste ouders voor zonde en ellende voordat Hij hen Christus beloofde. Ambrosius citeert Calvijn: “Aan wie wordt Christus anders geopenbaard dan alleen aan hen die verootmoedigd en beschaamd zijn door het gevoel van hun eigen zonden? Voorzeker, het eerste wat tot Christus trekt, is dat wij onze ellendige staat zonder Hem beschouwen. Niemand zal tot Christus komen, tenzij hij hongerig is. Niemand zal Christus’ juk op zich nemen tenzij hij het gewicht van satans juk leert kennen en voelen. Daarom moet ieder mens door bedreigingen en gesel- en zweepslagen van zijn geweten verbroken worden, opdat hij zo, wanhopend aan zichzelf, tot Christus zal vluchten.” (Calvijn over Jesaja 61).

Geen troost zonder droefheid

De prediking brengt tot verwondering en vrees, vult het hart met ontzetting en doet het geweten sidderen en schrikken. Daarna vervult het Woord met zoete vrede en vreugde. “Hoewel de eerste twee trappen er kunnen zijn zonder de laatste, toch voelt niemand de laatste trap zonder ook in enige mate de eerste twee gevoeld te hebben. De auteur zegt terecht ‘in enige mate’, hoewel gewoonlijk geldt dat hoe dieper het gevoel van ellende is, hoe zoeter het gevoel van barmhartigheid is.”

Een gezicht van Christus

Ambrosius gaat nu schrijven over de toe-eigening van de beloften. “Dit is de regel: Ik moet geen geloof tot de beloften brengen, maar geloof uit de belofte ontvangen.” Er zijn beloften die een gezicht op Christus geven. Bijvoorbeeld: ‘Zie het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt’ Joh. 1:29. ‘Dit is een getrouw woord en alle aanneming waardig, dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om de zondaren zalig te maken.’ 1 Tim. 1:15. Deze beloften zeggen niet alleen dat wij zondaren zijn, maar ook dat er een Zaligmaker voor zondaren is.

Verlangen naar Christus

Vraag u zich af of Christus uw Zaligmaker is? “U moet naar hem hongeren en dorsten.” Denk aan Matth. 5:6 ‘Zalig zijn die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden.’ Ook Openb. 21:6 ‘Ik zal den dorstige geven uit de fontein van het water des levens om niet.’ Deze beloften kunnen opwekken om naar Christus te dorsten.

Rusten op Christus

Zegt u: ik dorst wel, maar ik durf niet te drinken? Ik verlang wel, maar ik durf Christus niet aan te grijpen? Hebt u te zwaar gezondigd? Wie zich nog in zijn zonden wentelt, heeft geen deel aan Christus. We lezen in Matth. 11:28 ‘Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven.’ ‘Zo iemand dorst, die kome tot Mij en drinke.’ Joh. 7:37. Christus nodigt, roept te komen zonder geld of prijs, Hij gebiedt om te komen.

Gehoorzaamheid aan Christus

Het gaat niet alleen om vergeving en redding van de hel, maar ook om nieuwe gehoorzaamheid, om reinheid. De Heere schrijft Zijn wet in het binnenste. Het gaat ook om het doen van de wil des Vaders, het volgen van Christus. Denk aan 2 Kor. 5:17 ‘Indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel; het oude is voorbijgegaan, zie, het is alles nieuw geworden.’ Een wandelen in het licht en niet meer in de duisternis. Het leven naar Gods geboden. Er is strijd tegen de wereld, de duivel en het vlees tot aan het eind van het leven.

Troost in Christus

Misschien zegt u: bovenstaande ken ik, maar ik heb geen troost. Hoor naar Psalm 51:19 ‘Een gebroken en verslagen hart zult Gij, o God niet verachten.’ Wie zijn zonde belijdt en laat, zal barmhartigheid verkrijgen. Spreuk. 28:13. Smeek om toepassing van beloften aangaande Christus. Smeek dat de Heere uw hart neigt tot geloof in deze beloften. Wie in deze beloften gelooft is wederom geboren. Dat geeft stof de Heere te loven en te prijzen tot in eeuwigheid.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen