Ambrosius (18) - Meditatie 2

Christus liefhebben

Ambrosius schrijft “Al had ik duizend harten om aan Christus te schenken, die alle zouden nog te weinig zijn; ze zouden Hem nooit genoeg kunnen liefhebben.” Christus is de liefde van de ziel waardig. Men noemt Zijn Naam Wonderlijk, Raad, sterke God, Vader der eeuwigheid, Vredevorst. Jesaja 9:5. Zie op Hem in de staat van Zijn vernedering en in de staat van Zijn verhoging. Christus heeft Gods kinderen uit de afgrond opgevoerd. Hij heeft hun vonnis gedragen. Hij heeft de zegen voor hen verworven. Hij heeft een eeuwigdurende verhoging voor hen verdiend. Zijn handen en Zijn zijde werden doorboord. Hij is het Die tot dode zondaren spreekt: ‘Leef.’ Hij heeft Zijn bloed voor de Zijnen gestort. In het hart van Christus leven liefde en ontferming. Hij wilde sterven opdat de Zijnen zouden leven. Hij pleit bij Zijn Vader op Zijn bloedstorting. Hij redt de zielen der Zijnen van de brullende leeuw.

Wat is er veel stof om Christus lief te hebben. Het is Christus Die Gods kinderen ziet wenen en hoort zuchten. Hij sterkt en troost zoals niemand dat kan. Hij gaat zachtjes met de Zijnen om en verbindt hun wonden.

Hebt u het mogen uitroepen: Mijn Zaligmaker en mijn Heere? Mediteer over de voortreffelijkheden en barmhartigheden van Christus. Ambrosius schrijft: “Bestudeer nog meer hoe dikwijls Christus u heeft ontmoet in het openbaar en in de eenzaamheid, in de gemeente en in uw huis, in uw slaapkamer, op het veld, in uw slapeloze nachten en in uw diepste gevaren.”

Klacht

Er is reden tot klagen, want de ziel heeft veel ijdele gedachten. Er is ook sprake van onkunde aangaande alles wat in de Heere Jezus te vinden is. Het hart is vaak zo hard. Wat een slaperigheid en ongevoeligheid wordt er van binnen soms aangetroffen. Het hart wordt vaak teveel in beslag genomen door wereldse lusten, wereldse zorgen en wereldse begeerten. Daardoor wordt de huwelijksliefde tot de Bruidegom minder. Ambrosius schrijft zelfs over een overspelige liefde. Het vuur van de liefde tot Christus brandt niet in het hart zoals het zou moeten zijn. Geliefde lezer: Verstaat u deze klacht, is het ook uw klacht?

Wens

Toch is het de wens van Gods kinderen de Heere Jezus lief te hebben. Het is hun wens alle andere liefhebbers vaarwel te zeggen. Het is het vurige verlangen Christus lief te hebben met het gans hart, met de ganse ziel en met al de vermogens. Overdenk de waarde van Christus, de weldaden van Christus en Zijn oneindige liefde. “Dan zult u niet anders kunnen dan Hem liefhebben.” Geliefde lezer, is deze wens, is dit verlangen u niet vreemd?

Belijdenis

Het moet beleden worden dat de ziel niets heeft in zichzelf om Christus lief te hebben. Koud water kan zichzelf niet verwarmen, zo kan de ziel door eigen vermogens Christus niet lief hebben. Ambrosius schrijft: “O, waar zijn de brandende genegenheden voor Christus Jezus, die heilige mensen in alle eeuwen gevoeld hebben en getracht hebben uit te drukken in hun alleenspraken? O, waar is die heilige bestendige huwelijks liefde?” De ziel merkt dat het niet zo gemakkelijk is om Christus lief te hebben. “Voorwaar, het is een heel zwaar en moeilijk iets om de Heere Jezus lief te hebben.”

Smeekbede

Gezien bovenstaande stijgt de smeekbede op om de schoonheden en de voortreffelijkheden van Christus te mogen zien. Ook wordt gesmeekt om aanblazing van het vuur van de liefde tot Christus. Er wordt gebeden om de lieflijkheid van Christus te mogen zien. Een ruim zicht op Christus geeft een ruim liefhebben van Hem. Er wordt gesmeekt om de liefde tot de wereld te vergeten en om hemelse liefde tot Christus te mogen beoefenen. “O geef mij te geloven, want geloof en liefde groeien samen op, en hoe sterker mijn geloof, hoe groter mijn liefde zal zijn.”

Vertrouwen

De ziel van Gods kind vertrouwt dat de Heere Zijn belofte vervult. De Heere heeft beloofd dat de oprechten Hem zullen liefhebben (Hooglied 1:4). Bij die belofte mag de vinger gelegd worden. De ziel dorst en hunkert naar de Zaligmaker. De uitnemende liefde van Christus is beter dan wijn (Hooglied 1:2).

Einde

Bedenk aan het einde van uw meditatie over de liefde tot Christus dat de oorzaak van uw liefde de liefde van Christus is. De ziel heeft Christus lief omdat Christus haar eerst heeft liefgehad. Christus heeft Gods kind tot Zijn bruid genomen. Dat is een groot wonder, want de mens is in zichzelf onrein en ellendig. Moet dat wonder uw liefde niet opwekken? Het geestelijk huwelijk tussen Christus en Zijn Kerk brengt tot diepe verwondering en aanbidding. Als de liefde tot de Zaligmaker bekoelt, smeek om genade. Ambrosius schrijft: “Eén blik van U zal mijn liefde opwekken en mij bitter doen wenen, omdat ik U zo weinig heb liefgehad. Ook mijn beste en krachtigste liefde is nog volstrekt onvoldoende om U voldoende lief te hebben. In de eeuwigheid zal de liefde volmaakt zijn. Verlangt u hiernaar?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen