Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ondergaande zon

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ondergaande zon

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Susanna heeft na de dood van Jack de Bijbel in het verste hoekje van de commode verstopt en probeert verder te leven.

Augustus 1945

Donzige, witte wolken drijven door de strakblauwe lucht. Een warm briesje laat de bladeren van de grote, oude eik voorzichtig wapperen. In de schaduw van de boom is het heerlijk koel. Susanna leunt met haar rug tegen de dikke, oude stam aan. Naast haar ligt Lynn op een roodgeruite deken te kraaien. Haar handjes grijpen in de lucht. Susanna volgt geboeid haar bewegingen. Zou ze de wolken proberen te vangen? Of zijn het de ruisende bladeren die aantrekkingskracht hebben? Susanna ademt de geur in van het verse hooi. Het weiland rondom het huis is gisteren gemaaid. Vanochtend hebben ze het gemaaide gras op richels gelegd en morgen zullen ze het vast wel binnenhalen. In de tuin is er gelukkig nog niet gemaaid. Nu kan Susanna nog met haar blote voeten door het malse gras heen lopen. Een kleine mier begint brutaal langs haar been omhoog te klimmen. Susanna volgt het beestje met haar ogen. Zodra de mier op het puntje van haar knie is gekomen, maakt hij rechtsomkeert. Blijkbaar is het te onveilig

om verder te lopen. “Susaaaaaannnaaa!” De stilte wordt verstoord door haastige voetstappen. Susanna zucht even diep en kijkt dan achterom langs de boom. Vrolijk wapperende vlechtjes kondigen de komst van haar zusje aan. Sophie bereikt hijgend haar grote zus en ploft naast haar neer. Sophie buigt zich meteen over naar Lynn en kietelt haar even in haar buikje. Lynn kraait van plezier. “Mooi weer hier, hè? Ik zag je zitten, dus toen kwam ik even naar je toe. O, wat ruikt dat gras hier toch lekker. Je zou het gewoon meenemen in je bed, zodat je elke ochtend lekker wakker wordt”, babbelt Sophie meteen honderduit. Susanna kijkt haar zusje glimlachend aan. Je zou maar altijd enthousiast en vrolijk zijn. “Mama zei dat we vanavond wel buiten kunnen gaan eten. Ze zou boterhammen klaarmaken met aardbeien. Die zijn altijd zo lekker. Er zaten nog een paar heel mooie aan de struik, dus misschien mag ik die wel hebben.” Susanna knikt. Zij had die aardbeien vanochtend ook al gezien. Het glimmende rood werd sterk geaccentueerd door de achtergebleven dauwdruppels. “Maar trouwens, ik kwam je vragen of je naast mij wilt zitten in de kerk vanavond. Want vorige

week zondag zat je naast Laura en ik vind het juist fijn om tegen je aan te leunen. Bij mama mag het nooit, maar bij jou is dat wel fijn. Want misschien ben ik wel weer moe in de kerk en dan kan ik toch nog lekker tegen je aanzitten.” Sophie kijkt haar zus verwachtingsvol aan. Als deze even niet antwoordt, buigt Sophie zich alweer over naar Lynn. Ze steekt haar pink in de grijpende knuistjes van Lynn. Ze is al helemaal weer vergeten wat ze net tegen Susanna heeft gezegd en daarom komt de boodschap voor haar nog onverwachter.

“Sophie, ik ga niet mee naar de kerk. Ik heb geen zin.” Sophie kijkt met een ruk om hoog en voor het eerst in haar leven ziet Susanna een frons op het gezichtje verschijnen. Met grote ogen staart Sophie haar aan. “Ga jij niet mee? Waarom dan niet? Papa zou toch vanavond op Lynn passen?” Susanna haalt diep adem en staart in de verte. “Nou, je mag tegen papa zeggen dat hij wel naar de kerk kan vanavond. Ik ga niet.” Sophie lijkt sprakeloos en weet voor het eerst sinds tijden niets meer te zeggen. Ze staart haar grote zus aan en slikt een paar keer. Ze knikt even kort en springt dan op. De lange vlechten wapperen als ze weer naar het grote huis toe rent.

Susanna zet zich schrap. Het zal niet lang meer duren of het zal vuurwerk worden. En inderdaad, niet lang daarna vliegt de keukendeur open en komt haar moeder de tuin ingelopen. Met een rode blos op haar wangen komt ze op Susanna af. Met vragende, maar tegelijkertijd ook achterdochtige ogen neemt moeder haar op. Susanna kijkt uitdagend terug. “Sophie zei tegen mij dat je niet meegaat vanavond. Maar papa zorgt wel voor Lynn, hoor. Hij vindt dat echt geen probleem.” Susanna schudt haar hoofd. “Nee, mama. Dat is het niet. Ik wil niet meer naar de kerk. Ik blijf thuis.” Even lijkt moeder perplex, maar dan komt er al gauw: “Susanna! Hoe kun je dat nu zeggen? Je weet hoe wij jullie altijd hebben meegenomen naar de kerk. Als je niet ziek bent, nou dan kun je toch prima meegaan?” Susanna zucht onhoorbaar. Hoe moet ze dit ooit aan moeder uitleggen? “Nee, ik wil niet meer. Ik heb er geen behoefte meer aan.” “Maar waarom dan niet? Wat is er gebeurd?” Susanna kijkt haar moeder verontwaardigd aan en briest dan plotseling: “Wat is er gebeurd? Nou, ik heb mijn man verloren! Dat weet u toch ook wel? En ik heb gebeden en ik heb gehoopt, maar hij is toch gestorven! Hoe kan dat? Dan betekent dat toch dat alles over God niet waar is?” Er komt geen antwoord en moeder kijkt met een wit gezicht naar Susanna.

“Susanna…” Meer kan ze niet zeggen. Ze draait zich om en loopt terug naar het huis. Lang blijft Susanna nog tegen de oude eik aanzitten. Pas als haar lichaam aangeeft dat het tijd is om te voeden, pakt ze Lynn op en loopt ze naar het huis. Door de ramen van het grote huis ziet ze haar ouders en zusjes aan de tafel zitten. Ze zijn zo te zien al helemaal klaar om naar de kerk te gaan. Susanna loopt naar het gedeelte in huis dat van Jack en haar was. In de beslotenheid van haar kamer laat ze zich op het bed zakken. Lynn kronkelt in haar armen onder de stevige greep. Na het voeden houdt Susanna haar dochter nog een tijdje in haar armen.

Lynns oogjes vallen dicht en haar ademhaling wordt rustig. Ze hoort niet de klap van de deur in het grote huis. Ze hoort niet het vrolijke gebabbel van haar tante Sophie die naast haar vader en moeder springt terwijl ze op weg naar de kerk zijn. Ze merkt er niets van dat er een dikke traan op haar witte jurkje valt.

Wordt vervolgd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 2020

Daniel | 32 Pagina's

Ondergaande zon

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 2020

Daniel | 32 Pagina's