Houvast Voor De Toekomst

Waarom ben je ooit directeur van de Jeugdbond geworden?

“Toen mijn voorganger Jan Mauritz stopte, had ik intussen tien jaar ervaring in het kerkelijk jeugdwerk. Daarnaast heb ik een meer bedrijfskundige achtergrond. Dat paste wel bij de rol van directeur. Uiteindelijk heb ik gewoon meegedaan in de sollicitatieprocedure en vond het toenmalige bestuur mij kennelijk voldoende geschikt.”

Wat maakt dat je het zo’n mooie baan vindt?

“Ik geloof dat de Heere het kerkelijk gebonden jeugdwerk gebruikt om Zijn koninkrijk te bouwen. Ik ervaar het als bijzonder om daarin dienstbaar te zijn. Het werk in de kerk geeft vreugde. Daarnaast is het bijzonder afwisselend, zeker in mijn rol als directeur. Je werkt inhoudelijk voor en met jongeren, collega’s, leidinggevenden, ouders, ambtsdragers. Op alle niveaus ben je – soms heel praktisch – betrokken. Daarnaast geef je leiding aan de organisatie, met alles wat erbij komt kijken, zoals: personeel, financiën, automatisering, verantwoording, vertegenwoordiging.”

Wat vond je het leukste onderdeel van directeur van de Jeugdbond zijn?

“Lastig… Er is zoveel leuk! Mijn betrokkenheid bij de inhoud van het werk gaf wel de meeste voldoening. Ik zag vaak op tegen bijvoorbeeld het openen of afsluiten van een bondsdag of het leiden van een conferentie. Maar als de boodschap van zonde en genade indringend aan het hart van kinderen of jongeren werd gelegd, dan gaf me dat zoveel vreugde!”

Welke gebeurtenis als directeur blijft je het meeste bij?

“Ik neem al die jaren als een schat mee. Om toch iets te noemen: de toespraak van dominee G.J. van Aalst over de verloren zoon op de jongerendag in 2012. Hij zei: ‘De plek naast de jongste zoon is leeg. Er is nog plaats in het Vaderhuis!’ Die warme en royale boodschap van het Evangelie is kenmerkend voor de Jeugdbond en heeft me toen diep geraakt. Ik was er diep van overtuigd: al deze jongeren die hier in Den Haag bij elkaar zijn, kunnen zalig worden. Er is zoveel ruimte bij de Heere!”

Vind je het moeilijk om afscheid te nemen van de Jeugdbond? Waarom?

“Ja en nee. Mijn leven is vergroeid met het kerkelijk jeugdwerk. Dat schud je niet zomaar even van je af. Het meest zal ik de mensen missen: collega’s, bestuur, vrijwilligers, kerkenraden. Aan de andere kant heeft het positieve sollicitatieproces bij het Van Lodenstein College me echt geholpen om los te gaan laten. En waar ik echt naar uit zie: straks loop ik op een school rond waar ik dagelijks jongeren tegenkom. Verder hangt de missie van de Jeugdbond totaal niet van mij af. Koning Jezus kan niet zonder onderdanen zijn, zegt onze belijdenis. Dat geeft mij enorm veel houvast, ook voor de toekomst.”

Wat zou je de nieuwe directeur willen meegeven?

“Hij moet geestelijk naar de kerk kijken. De kerk is van Christus. Hij is het hoofd en de kerk is het lichaam, met alle verschillen van dien. En hij moet hart voor jongeren hebben. Verder mag hij van mij alles anders doen.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen