Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uitzien naar Christus’ komst!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uitzien naar Christus’ komst!

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vroeger was hij er bang voor. Tot hij iets mocht ervaren van Christus’ liefde voor zondaren. Nu kijkt hij uit naar het moment dat Christus terugkomt. Oudouderling Van Bochove is oud geworden. Hij heeft de wereld zien veranderen. “Ik vraag iedere dag: ‘Komt U alstublieft haastig, want met deze wereld gaat het niet goed. Maar wilt U niet terugkomen voordat al mijn kinderen, kleinkinderen en al de anderen die ik liefheb tot U bekeerd zijn?’ Tegelijk vraag ik er dan een beetje bang achteraan: ‘Of vraag ik nu teveel?’”

Hoe kijkt u terug op de tijd dat u jong was?

“Ik ben opgegroeid in de oorlog. Dat was geen makkelijke tijd. Er was honger, armoede en we leden kou. Dat heeft me gevormd. Toch overheersen de mooie herinneringen. Ik ben in een warm nest opgegroeid. We waren als gezin naar elkaar gericht. Mijn moeder is jong overleden, zij was nog maar vijftig. Maar juist door deze moeilijke omstandigheden waren mijn zussen en ik nauw op elkaar betrokken.”

Deze tijd is heel anders. Welke verschillen ziet u?

“Door de ontwikkelingen in de samenleving zijn jongeren veel meer naar buiten gericht. De media hebben daaraan bijgedragen. In mijn tijd golden de christelijke waarden en normen voor heel de samenleving. Eind jaren zestig is dat gaan veranderen. Voor ons was het vanzelfsprekend dat je naar de kerk ging en dat dat in je dagelijkse leven te zien was. Nu worden jongeren gedwongen om al jong duidelijke keuzes te maken. Normen veranderen snel. Dat merk je bijvoorbeeld aan hoe mensen naar het huwelijk kijken. In mijn tijd was het gewoon dat iedereen trouwde. Als mensen gingen samenwonen, werd er minachtend over ‘samenhokken’ gesproken. Ik ben weleens bezorgd over welke keuzes er gemaakt worden. Als we een keuze moeten maken om iets wel of niet te doen, moeten we niet vragen: ‘Wat is er verkeerd aan?’. Vraag je eens af: ‘Wat is er goed aan?’. Kan je niets goeds noemen? Dan moet je het niet doen!”

Welke plek had de kerk in uw jonge leven?

“Dat ik naar de kerk ging, was voor mij vanzelfsprekend, maar de kerk had geen grote plek in mijn leven. Toen ik een puber was, van een jaar of vijftien, zestien, voetbalde ik ongelofelijk graag. Ik hield van korfballen en zat op de turnvereniging. Straatvoetballen, schoolwedstrijden, ik deed het allemaal! Daar ging ik in op. Dat is radicaal veranderd op het moment dat ik naar de jongelingsvereniging ging. Daar ging een wereld voor me open. De wereld van de Bijbel en alles wat daarmee samenhing. Op de vereniging praatten we over de Bijbel, dat greep me ineens aan. Dogmatiek, exegese, geschiedenis. Alles wat met de Bijbel te maken heeft, had mijn aandacht. Maar het zat toen wel meer in mijn hoofd, dan in mijn hart.”

Regelmatig haken jongeren af van de kerk. Waarom bent u gebleven?

“Als de Heere me had laten gaan, was ik ook weg geweest. Zeker toen ik jong was. Maar wat biedt de wereld nu eigenlijk? Drank, drugs en seks, is dat het dan? Een kater? Opstaan met hoofdpijn na een nacht vol drugs? De wereld biedt alleen maar wat als je jong en gezond bent en je geld hebt. Haal één van die drie dingen weg, wat houd je dan over? Daartegenover geeft de Heere alles! Vergeving van zonden. Het eeuwige leven. Altijd! In Zijn gemeenschap. Eeuwige vreugde. Dan is de keuze toch niet meer moeilijk? Soms heb ik medelijden met al die mensen die in de wereld leven.”

Trok de wereld dan niet?

“Ja, de wereld trok mij ook. Er draaide een keer een film in de bioscoop over de tien geboden. De bioscoop was verboden, maar zo aantrekkelijk! Die film leek me mooi, het onderwerp was toch ook goed? Ik ging toestemming aan mijn vader vragen. Mijn vader zei gelijk: ‘Dat is goed. Als jij die film wilt zien, ga dan maar. Maar vraag je wel af: Kan je er van te voren je knieën voor buigen? Kan je vragen of de Heere je daar wil bewaren? En als de Heere je daar niet bewaart, wat dan?’ Ik ben niet geweest.”

Hoe is uw leven veranderd?

“Later kwam de drukte van een eigen gezin, een eigen winkel, het uitbreiden van de winkel. Alles van de vereniging raakte ondergesneeuwd. Tot de Heere me stil zette, op mijn zesendertigste jaar. Het was onder een preek van dominee G. Schipaanboord. Ik had niet zoveel zin om naar de kerk te gaan. Het was kerstfeest, ik had drukke dagen in de winkel achter de rug. Daar was ik moe van. Zondag was ik al naar de kerk geweest, maandag ook, nu nog de dinsdag. Drie dagen was ik vrij, maar ik zat alleen maar in de kerk! Eigenlijk had ik geen zin om die tweede kerstdag ook nog te gaan. Toen ik zag dat we Jesaja gingen lezen, vond ik dat ook geen kerstpreek. Het ging over de tekst: Grimmigheid is bij Mij niet (Jes. 27:4). De Heere zette me stil, het was alsof Hij zei: ‘Weet je wel Wie Ik ben en wie jij bent?’”

Het thema van deze Daniël is ‘Maranatha’. Kijkt u uit naar de wederkomst?

“Ik weet nog goed dat ik kind was, een jaar of acht. Ik lag lekker in het gras en keek naar de blauwe lucht. Er waren geen wolken. Gelukkig, dacht ik, dan komt de Heere Jezus vandaag niet terug! Dat is wel veranderd. Nu kan ik het met Guido de Brès zeggen: ’We verwachten die dag met een groot verlangen, om ten volle te genieten de beloften Gods, in Jezus Christus onze Heere‘ (NGB artikel 37). Al Gods kinderen verlangen naar Zijn zegen. Hij zal dan regeren, rechtvaardig, wijs en zacht. Dat staat in Psalm 72. Dit is een psalm voor Salomo, maar eigenlijk voor de Heere Jezus. Gods kind verlangt naar die regering, alle anderen moeten ervoor verschrikken.”

Hoe is dat uitzien bij u gekomen?

“Toen ik iets mocht ervaren van de liefde van God in de Heere Jezus Christus voor verloren zondaren. Welk een liefde dat Hij Zijn eigen Zoon wilde geven. Hij strafte de zonde aan Zichzelf. Wij hebben de eeuwige dood en straf verdiend. God gaf desondanks zijn enige Zoon. Wat voor liefde heeft God bewogen om dat te doen? Als ik daarover nadenk, zie ik ernaar uit om bij God te zijn. Met één beperking. Ik vraag iedere dag: ‘Komt U alstublieft haastig, want met deze wereld gaat het niet goed. Maar wilt U niet terugkomen voordat al mijn kinderen, kleinkinderen en al de anderen die ik lief heb tot U bekeerd zijn?’ Tegelijk vraag ik er dan een beetje bang achteraan: ‘Of vraag ik nu teveel?’ De reis kort op, ik ben nu vijfentachtig. Soms verlang ik er naar om bij de Heere te zijn en geen zonde meer te doen. Toch ben ik ook zo gebonden aan mijn vrouw, mijn kinderen. In het Ikazia ziekenhuis hangt een plaquette met de woorden ‘Mijn tijden zijn in Uw hand’. Altijd als ik daar ben, ga ik even voor de plaquette staan, om die woorden tot me door te laten dringen. Als dat zo is, dan is het goed!”

U wordt ouder, uw lichaam zwakker. Hoe beleeft u dat?

“Dat is niet zo makkelijk. In het verleden dacht ik dat het makkelijker zou zijn. Ik merk dat mijn lichaam, mijn aardse tabernakel afgebroken wordt. Ik probeer vooral te kijken naar wat nog wel kan. Veel van mijn kennissen zijn weggevallen, maar ik ben er nog! Dement ben ik niet, lichamelijk ben ik wel beperkt. Als dat soms een beetje moeilijk is, kan ik maar één ding vragen: ‘Ik ben niet zo’n volgzaam mens, wilt U me leren wat Uw weg is? Of het een moeilijke of een makkelijke weg is, als het maar Uw weg is! En mag ik dan tevreden zijn met Uw weg?’”

Volgens Mozes hoort u bij de ‘zeer sterken’. Toch staat er in Psalm 90 dat wij daarheen vliegen. Herkent u dat?

Dat herken ik wel. Toen ik jong was, leek een maand vakantie eindeloos lang, nu is het zo om. Als je jong bent, lijkt tachtig jaar zo ver weg. Als ik nu terugkijk, is het omgevlogen. Als een schaduw zijn de jaren voorbij gegaan. Vroeger waren er op de school waar ik werkte weleens leerlingen jarig. Dan vroeg ik hoe oud of hoe jong ze waren geworden. Dan zei ik vaak: ‘Ik ben een heel stuk ouder, maar eigenlijk zijn we net zo oud’. We staan allemaal even ver van de eeuwigheid af. Ook als je jong bent, ben je dicht bij de eeuwigheid. De Heere staat met uitgestoken armen. Laat Hem niet voorbijgaan! Ik heb het voorbij laten gaan tot mijn zesendertigste levensjaar. Ik had de Heere veel eerder moeten zoeken. Hij is het zo waard! Hij geeft zo veel. Zoek Hem met ingespannen krachten. Zoekers zullen Hem zeker vinden. Want iemand die zoekt, is in feite al door God gezocht. Zoek de Heere dan en leef!”


Leestip: A

Artikel 37 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Dit artikel gaat over het laatste oordeel en de maranathaverwachting.


Verder praten

Op JV, thuis of met je vrienden:

ʾ Wat betekent het om een Maranathaverwachting te hebben?

ʾ Herken je de dingen die meneer Van Bochove over onze tijd zegt? Hoe ervaar jij dat?

ʾ Hoe kijk jij naar Christus’ wederkomst? Kijk je er naar uit of ben je er bang voor?

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 december 2021

Daniel | 36 Pagina's

Uitzien naar Christus’ komst!

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 december 2021

Daniel | 36 Pagina's