Christus in de rokken van vellen

Wat een donker, zwart hoofdstuk is Genesis 3. Adam en Eva zijn diep gevallen. Ze zijn bewust ongehoorzaam geweest. Tegen deze zwarte achtergrond, schittert de Heere Jezus Christus. Zijn komst wordt door God beloofd, dat zagen we in de vorige aflevering.

Nadat Adam en Eva gezondigd hebben, merken ze dat ze naakt zijn. In vers 7 lezen we dat ze hun geslachtsdelen bedekken met vijgenboombladeren. Maar is dat genoeg? Nee, ze hebben iets nodig dat God Zelf maakt. Daarover lees je in vers 21. God maakt voor hen rokken van dierenvellen.

Wat zegt het over de Heere Jezus?

Als je dit leest, zou je niet snel denken aan de Heere Jezus. Toch wijst ‘rokken van vellen’ wel op Hem. Waar haalt God deze rokken vandaan? Door een dier te slachten. God slacht een dier, zodat Adam en Eva een rok van een dierenhuid kunnen aandoen. Het eerste bloed vloeit in het paradijs, omdat er gezondigd is. Eeuwen later komt de beloofde Zaligmaker, de Heere Jezus Christus. Hij heeft Zijn bloed gestort, zodat vergeving van onze grote schuld mogelijk is. Die rokken wijzen er dus op dat er een dier sterven moest. Zoals dat dier stierf, zo is Christus gestorven.

Wat leert het jou?

Dit leert jou en mij dat we ‘bedekking’ nodig hebben. Wij dragen kleding vanwege de zonde. Besef je dat weleens als je voor je kast staat ’s morgens? Kleding is er om onze naaktheid te bedekken. Heb je weleens gezien dat je met heel veel kleren aan nog naakt bent? Hoe ik dat bedoel? Naakt voor God, omdat je gezondigd hebt tegen Hem.

In vers 7 lees je dat de ogen van Adam en Eva geopend worden. Kanttekening 16 vertelt ons dat het hier gaat over hun geestelijke ogen. “Zij gevoelen hun zonde en straf, die zij over zich en hun nakomelingen gebracht hadden, zijnde daarvan in hun geweten overtuigd.” Ik heb er wel eens aan moeten denken toen ik een dode eend langs de kant van de weg zag liggen. Dat komt door mijn zonde.

Er is bedekking van de schuld mogelijk, omdat God Zelf Zijn Zoon heeft geslacht, toen de Heere Jezus aan het kruis stierf.

Wat heb je eraan?

Weet je wanneer je daar iets aan hebt? Als je voelt dat je straf verdiend hebt. Misschien zeg je: “Maar ik ben Adam toch niet?” Dominee J. Mijnders zei eens: “Had Adam het niet gedaan, dan had ik het wel gedaan”. Begrijp je wat hij bedoelde? Ik ben net als Adam. Als je dat ontdekt, gaat je geweten spreken. Je ziet je grote schuld en je probeert die zelf te bedekken. Je gaat meer uit de Bijbel lezen en meer bidden, maar je komt geen millimeter verder. Je onreine ziel, wordt maar niet schoner! Gelukkig maar! Anders krijg je nooit dat bloed van de Heere Jezus nodig. Het was een arm dier dat geslacht werd in het paradijs, maar het wijst wel heen naar het bloed van Christus dat reinigt van álle zonden. Geen zondaar is te groot. Bid of God dat bloed op je hart brengt. Dan ben je veilig! Dan ben je echt bedekt! Dan dekt Hij je met de schaduw van Zijn vleugelen (Ps. 57:2).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen