Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gered

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gered

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Belfast, 1910

“Sorry, het papier is vies geworden want het viel en…”, begint Henry. Maar Perrie kapt zijn zin af en scheurt het papier van het pakket.

“Henry, wat je hier ziet en hoort is niet voor andere oren bestemd. Kan ik daarvan op aan?” Henry voelt zijn gezicht warm worden. “Natuurlijk meneer, dat spreekt vanzelf.” Trouw kijkt hij zijn baas aan.

“Zoals je weet is de Olympic bijna klaar voor haar tewaterlating. We maken plannen voor ons volgende schip.” Henry’s hart begint sneller te kloppen. Blij kijkt hij zijn baas aan. “Daar zullen de mannen blij mee zijn. En ik ook”, zegt hij.

“Mondje nog even dicht, Henry.” Perrie knikt naar de man tegenover hem. “Zoals je weet heeft rederij Cunard Line een paar heel mooie schepen laten bouwen. De bedoeling is dat de schepen die wij nu bouwen - de Olymic is de eerste hiervan - zo ontzettend mooi en comfortabel worden dat de rederij van meneer Ismay meer passagiers krijgt. En daar gaan wij met elkaar ontzettend ons best voor doen!”

Henry knikt.

“Kan ik je straks nog even spreken?”

“Natuurlijk meneer.” Henry loopt het kantoor uit met een hoofd vol gedachten. Hij kijkt naar het enorme schip dat bijna af is. Bovenin wappert de vlag van de rederij. De White Star Line. In zichzelf grinnikt hij. Die deftige heren lijken soms net jongens die een wedstrijdje doen. Maar de schepen die ze hier op de werf bouwen, dat zijn toch wel echt de mooiste!

Londen

“Eten, vader! We gaan eten!” John staat op en doet de deur open, hij vangt zijn kleine Nina in zijn armen en knuffelt haar.

“Wat gaan we eten?”

“Jessie heeft soep gemaakt pap, en een lekkere pastei.” Stralend kijkt het meisje naar haar vader op.

“Fijn Nina. Raad eens wat ik gevonden heb?” Met een brede lach haalt John een prachtige pop vanachter zijn rug tevoorschijn. Nina zucht van opluchting terwijl ze met haar hand over de haren van de pop strijkt. Samen lopen ze naar de keuken.

“Mijn pop, waar was ze vader?” John gaat zitten en trekt zijn eigenwijze vierjarige dametje op zijn knie terwijl hij lacht naar Jessie.

“Ik denk dat Nina’s pop op reis was gegaan. Ik vond haar op de boekenplank in mijn kamer.”

Met grote ogen kijkt Nina haar vader aan. “O ja! Ze ging verhuizen en ik was vergeten waar ik haar nieuwe huis gemaakt had.”

Jessie schudt haar hoofd: “Sinds wij naar Londen verhuisd zijn, verhuist je pop elke week wel een keer. Niet weer kwijtraken hoor” zegt ze, terwijl ze een klopje op Nina’s hoofd geeft.

Door de straten van Londen loopt dominee John Harper. Hij is net naar het postkantoor geweest.

“Dag dominee.”

“Goedemiddag mevrouw Smith, hoe is het met uw man? Knapt hij al wat op?”

Blij met de aandacht van de dominee begint mevrouw Smith te vertellen. “Hij kan elke dag een poosje langer zijn bed uit. De dokter zegt: Met geduld komt het weer helemaal goed. Maar het valt niet mee hoor, je man hele dagen thuis en in bed. Ik ben er maar druk mee. Gelukkig krijg ik binnenkort hulp. Linsey ons ongehuwde nichtje komt helpen. U zult haar wel ontmoeten.” Beleefd knikt John en vervolgt zijn wandeling. Hij zwaait naar de weduwe Green die net haar stoepje oploopt en knikt even verderop naar een jongeman uit zijn gemeente.


Belfast, een paar maanden later

Op bouwplaats 401 is het een drukte van belang. Henry bekijkt het van een afstandje. Het lijkt een grote chaos; de mannen krioelen door elkaar heen. Maar allemaal weten ze wat ze moeten doen. Hier op de scheepswerf is een begin gemaakt met het tweede van de drie schepen die ze voor de White Star Line gaan bouwen. Het schip zal de ‘Titanic’ heten. De Olympic is een maand geleden in de vaart genomen. Het is een prachtig schip. Alle mannen die eraan meegewerkt hebben, voelden zich bijna net zo trots als de eigenaren toen het schip te water ging. Wat een schip!

Henry’s gedachten gaan verder. Met zo’n schip mee, dan is de reis naar Amerika zo gedaan. Wel wat anders dan vroeger. Toen hij in Jeff’s hutje droomde over dat grote land en allerlei manieren bedacht om daar te komen. “Hee, dromer! De baas z’n sente zijn nie van blik hoor! Steek je handen eens uit de mouwen.” Met een grijns duwt een man hem een stapel planken in z’n armen. “Help effe met die helling verder opbouwe aan de achterkant.”

Henry knikt en loopt achter de man aan. Aan de achterkant van het schip zijn een aantal mannen bezig de stellingen hoger te maken. Hoe hoger het schip komt, hoe hoger ook de stellingen moeten. Fluitend gaat Henry aan de slag op aanwijzingen van de mannen.

“Hee jonge, leg jij die bovenst effe goed vast.” Jim grijnst. Hij is al wat ouder en vindt het prachtig om te zien hoe lenig Henry is. Dat jong is werkelijk nergens bang voor! Aan het eind van de dag ruimt Henry planken en klinknagels op. Jim staat bewonderend naar het schip in aanbouw te kijken. Naast hem staat een jongeman; zijn neef Tom. Tom is een jongeman die al jaren op de werf werkt. Perrie heeft geregeld dat Henry in hetzelfde pension woont als Tom, en dat was een slimme zet. Tom is een goede vriend van Henry geworden.

“Ha die Tom!”

Tom knikt enthousiast terug. Terwijl Tom wegloopt, wenkt oom Jim Henry dichterbij. “Kom eens hier joh, oom Jim heb nog iets interessants te vertellen.” Hij gebaart met zijn handen en ziet het schip blijkbaar in gedachten al helemaal voor zich. Kijk, er is een ploeg de schoorstenen voor ’t schip aan het maken. Het worden er vier! Dat hebbie vast nog nie vaak gezien jong. Gaat er prachtig mooi uitsien. Maar…” Hij dempt zijn stem. “As je ’t mij vraagt is ’t onzin.” Verbaasd kijkt Henry hem aan.

“Onzin?”

“Ja jonge, ’t is wel mooi natuurlijk, maar ze gebruiken er maar drie voor de uitstoot en de vierde is alleen voor de mooiigheid.”

Grijnzend kijkt Henry Jim aan. “Volgens mij zit er op dit schip wel meer alleen voor de mooiigheid, toch?”

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 mei 2023

Daniel | 36 Pagina's

Gered

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 mei 2023

Daniel | 36 Pagina's