Handreikingen voor overheid en onderdaan

Waaruit bestaat dat voorwerk? Allereerst bestaat het uit een gedicht, een sonnet. Het vertolkt de oproep aan rechters partijen te horen en dus ook Guido de Brès in zijn strijd voor het ware geloof. Vervolgens is een brief opgenomen van Guido de Brès gericht aan koning Filips II. Ten slotte staat in het voorwerk een ‘Vermaninghe’ aan lagere overheden als stedehouders van God.

De brief geeft inzicht in de Calvinistische visie op de overheid. De Brès schrijft aan de ‘onverwinnelijke koning, hun overste Heere’. Let op de eerbied en het respect voor de van God gegeven overheid.

Ondanks het feit dat Filips II zich kant tegen de ware leer, blijft Guido de Brès hem de verschuldigde eerbied geven. Een les!

GEHOORD WILLEN WORDEN

Kerk en staat vielen in die tijd samen. Verzet tegen de kerk was verzet tegen de staat. De Brès vraagt aandacht voor hen die verjaagd, verbrand en vermoord worden, omdat zij vasthouden aan de leer van Gods Woord. Waarom toch dit

alles? Hij voert het ootmoedige pleidooi: “ten minste genadige Heere, verleen ons in de naam van God, datgene wat geen mens kan weigeren aan de beesten, namelijk om ons klagelijk roepen als van verre tot uw oren te laten komen”. Guido de Brès vraagt: Lees deze belijdenis. Er zijn velen die uw oren valse aanklachten en rapporten over ons laten horen. Wil toch naar ons luisteren. Zelfs de beesten vinden toch gehoor met hun klagelijk roepen. Geen verzet, maar een pleidooi om gehoord te worden. GEHOORZAAMHEID De gereformeerden lijken wel tegenstanders van de wet. Ze lijken wel oproerkraaiers die de openbare orde verstoren. Guido de Brès weerspreekt dat. De gereformeerden willen niets liever dan overeenkomstig Gods Woord en geboden in gehoorzaamheid aan de overheid leven ‘in zuiverheid van geweten’. Daarom hielden zij de overheid hoog(!), want zo luidde de argumentatie: “wie de overheid wederstaat, wederstaat Gods ordinantie en zal de verdoemenis ontvangen”.

ERKENNING EN VRIJHEID

Guido de Brès leert ons in zijn brief dat erkenning van het gezag van de overheid overeenkomstig Gods Woord is. Wie naar het Woord leeft, is niet iemand die de openbare orde verstoort. Hij voert een pleidooi voor gehoorzaamheid aan de overheid. Tevens pleit hij voor de vrijheid van het geweten. Calvinistische beginselen die nog steeds dienen te gelden in SGP-kring.

Ds. Barth noemde dat het abc van het calvinistische staatsrecht in zijn lezenswaardige boek Het Calvinistisch beginsel in deszelfs wording door Calvijn. “Uit dat calvinisme is geboren de vrije staat, in gebondenheid aan Gods Woord; geen losbandige staat, die in vrijzinnigheid haar heil zoekt, maar een staat, onderworpen aan Christus Jezus, het Hoofd”. Een inhoudsvolle boodschap in een door het liberale gedachtegoed verrommelde samenleving. 

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen