Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bewust en bewogen geven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bewust en bewogen geven

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een markt op school of een stroopwafelactie voor het goede doel zat er dit jaar even niet in. Toch organiseerden veel scholen nog wel het een en ander om de naaste, ver weg en dichtbij, te steunen - al was het "maar" het maandagse zendingsbusje. Hoe kunnen scholen de betrokkenheid van ouders en kinderen op het goede doel vergroten? En wat is een goed doel eigenlijk?

Op de Groen van Prinstererschool in Katwijk maakt Marina Haasnoot haar collega’s en leerlingen warm om te geven. Zo voerden de kinderen actie voor het diaconale werk van Annelien Haasnoot, een Katwijkse die voor Operatie Mobilisatie werkt in Roemenië.

Het zendingsgeld van de school gaat ook naar grotere organisaties als Woord en Daad, MAF en ZOA. Maar de betrokkenheid bij het project van Annelien Haasnoot is groter. ‘Kinderen kennen haar van de kerk. Ze staat dicht bij hun belevingswereld. Voordat Annelien vertrok, is ze op school geweest om het geld dat kinderen bij de actie hadden opgehaald in ontvangst te nemen. Later stuurde ze foto’s van kinderen die daarvan kleren en eten hadden gekregen.’

Rentmeesters

Door het geven wil Haasnoot - met andere collega’s van de zendingscommissie - kin­deren bewust maken van de wereld om hen heen. ‘We leven niet voor onszelf. We zijn rentmeesters. Het zou mooi zijn als kinderen ook iets voelen van de bewogenheid die de Heere Jezus had met de mensen om Hem heen.’ Vorig schooljaar had de kleuterjuf een kind van een zendingsechtpaar in de klas. ‘Het dochtertje van familie Koning was een half jaar in onze groep voordat het gezin verhuisde naar Thailand om daar te werken voor Overseas Mission Fellowship. Het raakte mijn kleuters en mij als ik dat meisje hoorde vertellen: “Later ga ik mensen ook van de Heere Jezus vertellen, net als mijn papa en mama.” Ik stuur de nieuwsbrieven die ik van de familie Koning krijg door naar het hele team. We bidden voor ze bij de weekopening.’

Wortel

In Veen wisten de leerkrachten van de Oranje Nassauschool ondanks de coronamaatregelen een actie te organiseren. Rianne van den Berg, leerkracht in groep 6: ‘We deden mee met de actie die de organisatie van de Christelijke Kinderboekenweek en stichting Red een Kind samen op touw zetten. De opbrengst is voor een project in Rwanda.’

Aftrap voor de actie was een presentatie van stichting Red een Kind. ‘Degene die presenteerde, maakte voor de kinderen inzichtelijk dat eten sturen een kortetermijnoplossing is. De stichting investeert in het doorgeven van kennis over een goede verbouwing van voedsel.’

Kinderen gingen met een kaart langs bij familie, vrienden en buren. Elke ananas, wortel of banaan die ze inkleurden, stond voor 1 euro, een volle kaart voor 25 euro. De juf hing de volgekleurde kaarten op in de klas. Alleen al haar groep 6 haalde meer dan 300 euro op. Van 10 procent van de opbrengst mag de school kinderboeken aanschaffen bij de christelijke boekwinkel. ‘Dat maakte de intrinsieke motivatie voor de actie bij de kinderen nog groter’, merkte Van den Berg. ‘Ik vond het ook leuk om bij een geschiedenisles over slavernij een verband te leggen met de actie die de kinderen hadden gedaan voor mensen in Rwanda.’


TIPS VAN MARINA HAASNOOT:

► Als je school adoptiekinderen heeft, Laat leerlingen dan brieven of kaarten aan hen schrijven.

^ Schrijf in de nieuwsbrief van school regelmatig over wat de zendingscommissie doet.

► Bid voor de mensen voor wie je geld ophaalt.


WAT IS EEN GOED DOEL?

Hoe jonger kinderen zijn, hoe concreter hun leef- en denkwereld. Kleuters vinden het geweldig om zelf iets mee te nemen om "de arme kinderen te helpen": een tandenborstel of een pak meel. Blijf hierbij als school wel nadenken: Is een land in Oost-Europa echt geholpen met deze producten? Of haal je klandizie weg bij de lokale ondernemers in Roemenië en Moldavië?

De plaatselijke voedselbank bijvoorbeeld is meer geholpen met dit soort producten. Bovendien scheelt dit heel wat voedselkilometers, ook niet onbelangrijk. Laat dat wat de kinderen opgehaald hebben, of het nu spullen zijn of geld, in ontvangst nemen door iemand van de organisatie waarvoor het bestemd is. Kinderen in de bovenbouw zijn goed in staat op een abstracter niveau na te denken over wat nood is en waaraan ze willen geven. Vaak hebben organisaties zelf een lespakket op de website staan of geven ze gastlessen. Kinderen in deze leeftijdscategorie kunnen in een soort economieles voor dummies ook nadenken over eerlijke handel en wat een faire prijs is voor eten en kleding.

Wordt ons geld goed besteed?

Geld geven betekent vertrouwen schenken. Maar het is niet onbelangrijk om na te denken over of het geld zinvol wordt besteed. Is het wijs om een ouder die een weeshuis in Afrika bezocht heeft en daarvoor geld wil inzamelen, meteen groen licht te geven?

Een organisatie die goed inzicht geeft in haar financiële huishouding en integer is, heeft een ANBI-keurmerk. Verder is het goed om stil te staan bij wat de impact van het werk is. Creëert de organisatie geen afhankelijkheidsrelatie? Heeft ze een visie voor de langere termijn? Werkt ze samen met de plaatselijke bevolking of is het een project door en voor Nederlanders? Wat een commissie die over de besteding van het zendingsgeld gaat ook in overweging moet nemen, is de spreiding van het geld. Maak eens een lijstje van de goede doelen die de school steunt en deel ze in op:

►  Zending/evangelisatie, uitbreiding van Gods Koninkrijk (bijvoorbeeld ZGG of Bonisa Zending);

► Diaconale doelen (bijvoorbeeld Stichting Ontmoeting, Dorcas of KOEH);

► Ontwikkelingshulp (bijvoorbeeld een adoptiekind via Woord en Daad);

► Noodhulp (bijvoorbeeld hulp na de explosie in Beiroet).

Is dat lijstje in balans, of gaat er bijvoorbeeld naar verhouding veel geld naar diaconaat? Laat in de beslissingen ook de (geestelijke) nood in eigen land meewegen. Naasten wonen naast ons én ze wonen ver weg.

Bron:

O Evert-Jan Brouwer (2015). Wie is mijn naaste? Voor donateurs die meer willen weten. Apeldoorn: De Banier.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 2020

De Reformatorische School | 48 Pagina's

Bewust en bewogen geven

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 2020

De Reformatorische School | 48 Pagina's