Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vergevende genade

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vergevende genade

4 minuten leestijd

Na de eerste drie beden, waarin de Heere in het middelpunt van het zielsverlangen staat, volgt het tweede drietal. Daarin gaat het over arme zondaren, met hun dagelijkse nooddruft, hun grote schulden en vele bedreigingen.

We e zijn bij de vijfde bede: ‘En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren’. Het gaat over de bergen van schuld die wij hebben tegenover God en, daarmee vergeleken, over kleinigheden van mens tot mens, in de dagelijkse omgang met elkaar. Anders gezegd: er wordt gebeden om Gods vergevende genade in Christus Jezus, die openbaar komt in de vruchten, waaronder ootmoed en hartelijke vergevingsgezindheid. Wanneer het over Gods levendmakende genade gaat, gaat vergeving als het goed is altijd samen met vergevingsgezindheid. De verzoening met God blijkt uit de dagelijkse vernieuwing van het leven: in een ootmoedige wandel. Daar wordt in de vijfde bede om gevraagd. Dat is de kern!

Ellende

Laten we weer beginnen in de diepten van de uitleg van de Grote Catechismus van Westminster (art. 194): ‘Hierin erkennen we dat wij en alle andere mensen vanwege de erfzonde en de daadwerkelijke zonde schuldig zijn, en daardoor voor Gods gerechtigheid schuldig staan. Wij, noch enig ander schepsel, kunnen op geen enkele wijze voor die schuld voldoening geven’. Door erfen dadelijke zonden staan we dus diep schuldig. En het is onmogelijk om deze schulden zelf voor Gods onkreukbaar recht te voldoen. Het begint dus met het zien en hartelijk belijden van onze schuld – in het meervoud - en het doorleven van de onmogelijkheid van betaling. Dan komt er plaats voor de Middelaar. Zo lezen we dit ook in ons Troostboek, Zondag 5, en in het avondmaalsformulier bij het eerste stuk van de zelfbeproeving. Laten we ons hieraan eerlijk toetsen!

Verlossing

Daarom lezen we over de vijfde bede verder: ‘We bidden voor onszelf en voor anderen dat God in Zijn vrije genade, door de gehoorzaamheid en voldoening van Christus, die door het geloof verstaan en toegepast wordt, ons zowel van de schuld als de straf op de zonde zal vrijspreken en ons in Zijn geliefde Zoon zal aannemen’. Hoe kernachtig wordt onder woorden gebracht hoe Gods soevereine genade in Christus wordt toegepast. Het gaat hierbij over twee zaken. Hoe genade wordt geschonken, als vrije gunst die eeuwig God bewoog, als iets wat God aan niemand schuldig is, dus zeker niet aan mij. Maar ook hoe deze genade verklaard ligt in de Zoon van Gods welbehagen. In Zijn heerlijke Middelaarsbediening, betalend van kribbe tot kruis. En hoe dit wordt toegepast door Geest en Woord vanuit Zijn ereplaats als het Lam in de troon.

Laten we samen verder luisteren: ‘Ook bidden we dat Hij ons voortdurend Zijn gunst en genade zal schenken, onze dagelijkse tekortkomingen zal vergeven en ons met vrede en vreugde zal vervullen door ons dagelijks meer en meer zekerheid van vergeving te schenken’. Hoort u dat het volmaakte gebed een dágelijks gebed is? We bidden niet alleen om ons dagelijks brood, maar we lezen nog tweemaal het woord ‘dagelijks’: dagelijkse tekortkomingen en de dagelijkse behoefte aan meer vastigheid. Hoe getuigt dit van ware ontdekking en van kinderlijke teerheid.

Dankbaarheid

Om dan af te sluiten met: ‘We vragen dit des te vrijmoediger en worden des te meer aangemoedigd om deze zekerheid te verwachten, wanneer we dit getuigenis in onszelf hebben, dat we anderen hun misdaden van harte vergeven’. De vrijmoedigheid in het vragen om meer geloofszekerheid wordt hier direct verbonden aan een ootmoedige, vergevingsgezinde wandel. Vergelijk dit maar met het derde stuk van de zelfbeproeving uit ons avondmaalsformulier. Dit derde stuk is toch niet minder belangrijk dan het eerste? De waarachtigheid van dit derde stuk is toch een kenmerk van de waarheid in het binnenste van het tweede stuk: de vergevende genade in Christus Jezus? Het gebed om vergeving is immers het enige van de zes beden, waaraan de Zaligmaker nog twee verzen onderstrepend toevoegt in Matthéüs 6:14 en 15 vanwege deze vrucht. Dat geldt allereerst het persoonlijk leven en is vervolgens merkbaar in het kerkelijk leven. Mensen die weten wat het is om het voor God te verliezen en onder God te buigen, zijn herkenbaar. Onder andere aan het niet staan op eigen eer en naam, maar op Góds eer en Naam. Daar bidden ze om in de eerste drie beden. En ze zijn herkenbaar in hun vrees dat om hunnentwil deze dierbare Naam wordt ontheiligd. Daarom mogen ze buigen onder de naaste, als ze op hun plaats zijn. Vergeving blijkt dus in ootmoed en vergevingsgezindheid. Is dat in uw hart en leven ook het geval? In haat en nijd met de naaste leven is een droevig, eigentijds bewijs van het tegendeel. Dus het gaat niet allereerst om (bekerings) verhalen, maar om vruchten.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 maart 2020

De Saambinder | 20 Pagina's

Vergevende genade

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 maart 2020

De Saambinder | 20 Pagina's