Verschenen genade

Niemand heeft ooit God gezien, maar de eniggeboren Zoon, Die in de schoot des Vaders is, Die heeft Hem ons verklaard. Wat een overvloeiende genade, waarin Hij ons is verschenen! Is er zo door Hem en voor Hem al plaats gemaakt in uw en in jouw hart door de Heilige Geest? Een plaats gemaakt voor Hem voor Wie van nature geen plaats is in onze harten, voor Wie wij ook geen plaats zullen maken. Omdat het waar is wie wij door de zonden geworden zijn en wie wij tot onze laatste doodssnik blijven: vijanden van God en Christus! Daartoe is de zaligmakende genade Gods nu verschenen om van vijanden vrienden te maken. Is het gebeurd in uw en in jouw hart?

De wereld verzaken

Die zaligmakende genade Gods onderwijst ons met Goddelijke kracht en heerlijkheid dat wij de goddeloosheid en de wereldse begeerlijkheid moeten verzaken. Dat wil zeggen: door de Heilige Geest ervan overtuigd en van harte gewillig en bereid gemaakt te worden om al dat Godonterende kwaad, de zonden en wereldse begeerlijkheden te haten en te vlieden. Is de zonde door deze verschenen genade u de dood geworden? Mag u zeggen: ik jaag daarnaar, waartoe ik van Christus Jezus ook gegrepen ben?

Paulus zegt dus niet dat hij het zelf heeft gegrepen. Naar de rijkdom van Zijn grondeloze barmhartigheid in Jezus Christus heeft God dat gedaan. Het is naar dat welbehagen dat God op de weg naar Damascus hem heeft toegeroepen: tot hiertoe en niet verder! Dat is verschenen en toegepaste genade! ‘Wie zijt Gij, Heere? Ik ben Jezus, Dien gij vervolgt’.

Deze verschijning wordt onvergetelijk, door Hem Die verschijnt. Zijn Geest en de Geest Zijns Vaders maken het waar: ‘U dan die gelooft, is Hij dierbaar’. Onuitsprekelijk in Zijn dierbaarheid, Zijn gepastheid, Zijn noodzakelijkheid en beminnelijkheid!

Drie dagen en nachten waren in Paulus’ doodsnacht noodzakelijk als voorbereiding om Christus in hem te openbaren. Toen werd de genade van Hem overvloeiende voor de grootste van de zondaren. Voor mij verschenen! Aan zo één verschenen, dat wonder kon Paulus niet klein krijgen. Allen voor wie Hij is verschenen en aan wie Hij geopenbaard en verklaard zal worden, zullen het nooit klein kunnen krijgen.

Hoe onmogelijk zalig worden ook schijnt en wordt, Hij zal verschijnen! ‘Zo Hij vertoeft, verbeid Hem, want Hij zal gewisselijk komen, Hij zal niet achterblijven’. Die zaligmakende genade onderwijst ons, opdat wij de goddeloosheid en de wereldse begeerlijkheid zouden verzaken. Die goddeloosheid klaagt mij aan. De Heere roept door Hem en Zijn dierbare Geest in mij: verlaat de zonde en leef. Hij maakt het waar dat de zondekracht en de zondemacht verbroken wordt.

Zo wordt de verschenen genade ontvangen. Zo leert de zondaar om matig, rechtvaardig en godzalig te leven in deze tegenwoordige wereld, door Hem en voor Hem. Hij heeft het beloofd en maakt het waar, door Zijn lieve Leidsman, die dierbare Geest: ‘Ik zal maken dat zij in Mijn wegen zullen wandelen’.

Aanschouwen en ontvangen

De heerlijkheid door Hem ontvangen, na Zijn onuitsprekelijk lijden en smartelijke kruisdood, noodzaakt u, kind van God, om door deze verschenen genade uit te zien naar de dag dat u Hem in Zijn onuitsprekelijke heerlijkheid zien mag. Hoe zult u Hem en Zijn heerlijkheid mogen aanschouwen en Zijn heerlijkheid ontvangen? Dan zal Hij alles en in allen zijn! Dan is de macht en de nacht der zonde verdwenen in Zijn volkomen verschijning uit genade. Dat zal doen uitjubelen: ‘U alleen zij de lof en de eer en de dankzegging, van nu aan tot in der eeuwigheid’. Dan zal de zaligmakende genade Gods eeuwig uw deel zijn. Waar zij is en wordt geopenbaard, zal zij ook eeuwig blijven. Want eeuwig bloeit de gloriekroon op het hoofd van Davids grote Zoon.

‘Houd in gedachtenis dat Jezus Christus uit de doden is opgewekt, Welke is uit den zade Davids, naar mijn Evangelie, om hetwelk ik verdrukkingen lijd tot de banden toe, als een kwaaddoener; maar het Woord Gods is niet gebonden. Daarom verdraag ik alles om de uitverkorenen, opdat ook zij de zaligheid zouden verkrijgen, die in Christus Jezus is, met eeuwige heerlijkheid’ (2 Tim. 2:8-10).

Hoe ver kunnen Gods kinderen in hun lijden en sterven daar vandaan zijn. Maar zij ís verschenen en zal in heerlijkheid geopenbaard worden. Hij komt! Alle mensen zullen Hem zien, zoals Hij straks in Zijn onuitsprekelijke heerlijkheid zal zijn! Hoe zult u Hem zien? En jij? Als uw geschonken Koning? Als de Koning aller uitverkorenen?

Hoe groot zal Zijn verschijning zijn op de laatste dag van deze ondergaande wereld. Als alle mensen die geleefd hebben uit de doden zullen opstaan om door Hem geoordeeld of vrijgesproken te worden. Zo heerlijk zal de verschijning van deze uitnemende Immanuël zijn.

Te voet vallen

Nu krijgt u nog de tijd en de gelegenheid om Hem te voet te vallen. Let op wat er in deze tekst zo heerlijk geschreven staat: ‘Verschenen aan alle mensen’. Hier is geen Jood te godsdienstig zonder en buiten Jezus. Hier is geen heiden te goddeloos, alle begeerlijkheid in Hem verachtend. Hier wordt voor allen die van de Vader geliefd zijn ook waar dat ze Hem zo lang versmaad en veracht hebben. Maar het Woord is vlees geworden, en heeft onder ons gewoond en wij hebben Zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als des Eniggeborenen van de Vader, vol van genade en waarheid.

Het grote Licht van Gods reddende genade schijnt in deze wereld, als de zon die de aarde verlicht en verwarmt. Hoe lang heeft deze Zon u en jou al verlicht en verwarmd? Voor allen die deze reddende genade blijven verachten en versmaden, wordt het straks bij Zijn wederkomst waar: te laat!

Beminlijk Vorst,

Uw schoonheid hoog te loven.

Gaat al het schoon

der mensen ver te boven;

Genâ is op Uw lippen uitgestort,

Dies G’eeuwiglijk van

God gezegend wordt’.

Psalm 45:1b

ds. J.W. Verweij, Zwijndrecht

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen