Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Overlijden, traditie en rouw in de kerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Overlijden, traditie en rouw in de kerk

Ds. Labee over:

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kun je spreken over ‘overlijden’ als iemand onbe- keerd sterft? Is een hoofddek- sel als vrouw op de begraafplaats méér dan een vorm van tradi- tie? Wat te denken over ‘rouw in de kerk brengen’?

Overlijden

De eerste vraag moest ons hart wel doen beven als we voor ‘eigen rekening’ leven. Want vanuit de Heilige Schrift weten we dat alleen Gods kinderen ‘over het lijden heen’ zijn. Hun schuld is voldaan en de reispenningen zijn betaald. De Zaligmaker spreekt in de gelijkenis over de rijke man (Luk. 16:23) die niet ‘over het lijden heen was’ maar zijn ogen opsloeg, zijnde in de pijn.

Nu schijnt het wel zo te zijn dat het woord ‘overlijden’ oorspronkelijk van het oud-hollandse woord ‘overliden’ komt. En dat woord had niet de betekenis van ‘lijden’ maar van ‘gaan’. Met ‘overliden’ wilde men dan zeggen dat een mens over de doodsjordaan was gegaan. Overgegaan van de tijd naar de eeuwigheid. Eigenlijk stond dit woord dus synoniem met het woord ‘sterven’.

Zullen we overwegen wat ze eens over ons zullen zeggen? Of be- ter gezegd, wat de rechtvaardige Rechter dan zal doen? We horen een ware christen in ons troostboek (H.C., Zondag 22) getuigen dat zijn ziel ‘van stonde aan’ tot Christus haar Hoofd zal worden opgenomen...

Traditie

Een tweede vraagsteller tobde wat over het dragen van een hoed op de begraafplaats. Als éénling was ze aanwezig met hoofddeksel tijdens een rouwdienst in de kerk. Er werd tegen de ‘gestor- vene’ gesproken alsof deze erbij was en de neiging kwam even op om de hoed maar af te zetten. En onderweg naar de begraafplaats kwam de vraag naar boven of het méér was dan een traditie om dáár de hoed op te houden.

We begrijpen dat deze schijnbaar onbeduidende dingen weleens kunnen spelen. De apostel Paulus schrijft aan de gemeente van Korinthe (hfdst. 11) dat de vrouw een hoofddeksel behoort te dragen als er gebeden of geprofeteerd (vanuit Gods Woord geleerd) wordt. De vrouw moet deze macht op haar hoofd hebben, de man niet. Blijkbaar wordt hiermee een Goddelijke orde aangeduid die juist in de eredienst bij Woord en gebed belangrijk is. De scheppingsorde krijgt ook in de eredienst uitdrukking!

Nu is een begrafenis een familieaangelegenheid waarbij onder ons Gods Woord opengaat. Hoewel het dus geen ere- dienst is, zoals op zondag (of door-de-week) in Gods huis, ligt er dus wel iets meer achter dan traditie. Al blijft het een persoonlijke keuze.

Rouw in de kerk

Ten slotte nog een derde (korte) vraag. Deze vraagsteller vindt het jammer dat het gebruik van ‘rouw in de kerk bren- gen’ bijna overal verloren is gegaan. Het was inderdaad vaak gebruikelijk dat men de - eerste - zondag na de mare van de dood niet naar Gods huis ging en de volgende - tweede - zondag wel, om ‘rouw in de kerk te brengen’. Vaak kreeg de betreffende familie een plekje voorin de kerk of men nam plaats in de bank waar het afgereisde familielid gewoonlijk zat. In het openbare gebed werden nogmaals de nabestaan- den opgedragen en tijdens de preek kwam meer of minder nadrukkelijk de ernst van de dood onder de aandacht. Het gebruik rond de eerste zondag lijkt ons - bijzondere om- standigheden daargelaten - niet navolgenswaardig. Maar met de vraagsteller denken we dat met het verdwijnen van dat tweede gebruik er iets verloren is gegaan. Wellicht omdat sommigen ‘veraf’ wonen, anderen niet meer kerkelijk betrokken zijn of zich bij dit gebruik wat opgelaten voelen. Maar de gemeenteleden, bijzonder de ware christgelovigen, vormen een ‘huisgezin’. In 1 Korinthe 12 vers 26 lezen we: ‘En hetzij dat één lid lijdt, zo lijden al de leden mede; hetzij dat één lid verheerlijkt wordt, zo verblijden zich al de leden mede’. Juist omdat tijdens de ‘begrafenisplechtigheid’ veel gemeenteleden niet aanwezig kunnen zijn, kan dit (nog altijd) een goed gebruik zijn. Wat een wonder als er dan ook iets mag doorklinken van de ‘bodem’ in verdriet en gemis. Als we naar de letter van het woord weten van het ‘overlijden’, om- wille van de Levensvorst, Jezus Christus. Berijmd zingen we met Psalm 49 (vs. 6): ‘Maar na de dood is ’t leven mij bereid; God neemt mij op in Zijne heerlijkheid’.


VRAAG?

Heb jij/hebt u ook een vraag? Mogelijke vragen over onderwerpen binnen de doelstelling van De Saambinder kun jij/kunt u mailen naar ds. B. Labee of hem per post toezenden (zie colofon). Er volgt -zo mogelijk- altijd een reactie.

Echter alleen als de redactie het waardevol acht voor de lezers, volgt een antwoord op jouw/uw vraag in een nummer van De Saambinder.

Graag wel wat geduld. Er liggen nog tientallen vragen op een reactie te wachten.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 april 2021

De Saambinder | 24 Pagina's

Overlijden, traditie en rouw in de kerk

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 april 2021

De Saambinder | 24 Pagina's