Lijden om Christus' wil

Toch blijkt dat mensen Gods kinderen kwaad doen. De lezers van deze brief zijn door genade ware volgelingen van Christus. Zij ervaren lijden om Christus’ wil. ‘Zo wie achter Mij wil komen, die verloochene zichzelven, en neme zijn kruis dagelijks op en volge Mij’ (Luk. 9:23). Wie volgt u na? Er zijn maar twee mogelijkheden!

Het gaat over lijden ‘om der gerechtigheid wil’ (vers 14). Lijden om Christus’ wil. Ge- rechtigheid wijst hier op: leven in de juiste verhouding tot God en de naaste. ‘Zo zijt gij zalig’ (vers 14). ‘Makarios’: vol van geluk; welgelukzalig. Petrus heeft dit gehoord van Jezus. ‘Zalig zijn die vervolgd worden om der gerechtigheid wil; want hunner is het Koninkrijk der hemelen. Zalig zijt gij als u de mensen smaden en vervolgen, en liegende alle kwaad tegen u spreken om Mijnentwil’ (Matth. 5:10, 11).

Door kortstondig lijden om Zijnentwil gaat het naar de eeuwige heerlijkheid. Daarom: Vreest niet en wordt niet ontroerd (let-terlijk: wordt niet in verwarring gebracht). Wees niet bang voor hen die u het leven moeilijk maken. ‘Doch gij, mijn ziel, het ga zo ’t wil, stel u gerust, zwijg Gode stil‘ (Ps. 62:4, ber.).

De Heere heiligen

‘Maar...’ (vers 15). Er volgt een tegenstel- ling. Ze moeten niet bang zijn, maar twee dingen doen. Ten eerste: God de Heere heiligen in hun hart. En ten tweede: altijd bereid zijn tot verantwoording van hun hoop. Ze moeten dus God erkennen, eren en belijden met hun hart. Kanttekening 30 legt uit: ‘dat is, schrijft Hem alle lof en eer toe, hangt Hem alleen aan en vertrouwt op Hem, want dan geven wij God Zijn hoogste eer, als wij Zijn genade, trouw, wijsheid en mogendheid alles toeschrijven’. Heiligt u in uw leven God de Heere? Dan is het dagelijks uw eerste bede: Uw Naam worde geheiligd.

‘Zijt altijd bereid tot verantwoording aan een iegelijk’ (vers 15b). Wees altijd bereid om te getuigen van Gods werk in uw leven, van uw geloof in Christus aan iedereen die dit vraagt. Spreek van de hoop op en de verwachting van Christus, Die uw enige hoop is. Doe dit vriendelijk, liefdevol en bescheiden, met de bede in uw hart om de vraagsteller voor Christus te gewinnen.

Een goed geweten

Heb een goed geweten (verzen 16 en 17), want alleen dat geeft vrijmoedigheid om te spreken. Daarbij hoort een tere levenswandel naar Christus‘ leer en bevel. Dan zullen zij die u smaden beschaamd moeten erkennen dat zij ongelijk hadden. Het lijden waarvan wij zelf niet de oorzaak zijn is heilzaam. Lijden kan de wil van God zijn voor Zijn kind. Hij loutert daardoor hun geloof. Moet u lijden om Christus ‘wil, lees dan nog eens biddend de gebedsworste- ling van de Heere Jezus in Gethsémane (Matth. 26:39,42). O Zoon, maak mij Uw beeld gelijk!

(wordt vervolgd)

Vragen

a. De apostel wenst de lezers vier zaken toe, die de Heere kan en wil doen. Noem ze en licht ze toe.

b. Wat is een ‘kus der liefde’ tussen broeders? Paulus spreekt van een ‘heilige kus’ (Rom. 16:16). Waarom doen wij dit (normaal gesproken) niet?

c. Belangrijke vraag: behoor ik persoonlijk tot ‘het adres’ van deze apostolische brief?

d. Welke twee zaken moeten de ware gelovigen in hun heidense omgeving doen?

e. Vraag jij dit weleens aan een kind van God in de gemeente? Dat mag!

f. Wat betekent in dit verband: ‘O Zoon, maak mij Uw beeld gelijk’?

ds. M. Karens, Middelburg

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen