Voor niemand bang

‘Het moet toch niet gekker worden!’ Driftig van woede slaat koning Eduard III van Engeland met zijn vuist op de tafel. Hoe durft die paus Urbanus V uit Frankrijk! Alsof het de gewoonste zaak van de wereld is, schrijft hij in een brief dat de belastingen voor Engeland de komende 33 jaar verhoogd zullen worden. En niet zomaar een klein beetje. Nee, tot een bedrag dat vier of vijf keer hoger is dan hij zelf als koning verdient! De paus spreekt over duizend mark alsof het niets is.

De ogen van de koning fonkelen. De Roomse Kerk moet inmiddels schatrijk zijn. Jaarlijks stromen uit allerlei landen grote geldbedragen in de schatkist van Urbanus V. De koning bijt op zijn lippen van ergernis. Paus Urbanus V is uit op macht en geld. De oorlog met Frankrijk - die al dertig jaar duurt - brengt Engeland financieel naar de afgrond.

De koning voelt zich bozer en bozer worden. Met gebalde vuisten staat hij op en begint in zijn werkkamer op en neer te lopen. De paus krijgt niet alleen in de kerk steeds meer macht, hij wil zich ook steeds meer met de politiek bemoeien. Eduard III kan zichzelf wel voor z’n hoofd slaan. Lange tijd heeft hij de paus verdedigd tegenover het Engelse volk, maar nu is bij hem de maat ook vol. Hij stopt ermee om de paus nog langer te gehoorzamen! Misschien is het goed om er eens met professor Wycliffe over spreken. Die man doorziet veel dingen en ... hij durft het niet alleen te zeggen, maar ook op te schrijven.

ERHAAL | J. KRANENDONK-GIJSSEN - UITG. DE BANIER

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen