‘Hij is zegevierend binnengegaan’
Hij wilde graag begraven worden in zijn kerk, de St. Mary Magdalene’s Church in Taunton. Zo gebeurde het ook. Joseph Alleine ligt begraven in het koor van de kerk, onder het vloerkleed.
Taunton, een provinciestadje in Zuidwest-Engeland, was Alleines eerste en enige gemeente. Als 21-jarige hulpprediker werd hij in het jaar 1655 aan deze grote gemeente ver- bonden. De plaatselijke predikant George Newton was zeer met hem ingenomen. Alleine was intellectueel en ijverig, even geleerd als vroom, zei Newton. ‘Kortom, hij had een goed verstand en een nog beter hart’. In zichzelf zag Alleine niet anders dan een vriend van de Bruidegom, zei hij bij zijn intrede, ‘en mijn taak is alleen maar om u Zijn liefde te doen verstaan en uw harten aan Hem te verbinden’.
In 1662 was er voor Alleine in de St. Mary Magdalene’s Church opeens geen plaats meer. Door nieuwe wetgeving moesten vele predikanten, onder wie Alleine, hun post verlaten. Hij werd gearresteerd en onder barre omstandigheden gevangengezet. Hij werd vrijgelaten, maar voor de tweede maal in hechtenis genomen. Zijn gezondheid leed onder dat alles. In 1667 werd hij ziek.
Maar kort te leven
In het boek ”Een gezant van de Koning; het leven van Joseph Alleine (uitg. Den Hertog) schrijft J. Versloot over een gesprek dat Alleine op een morgen voerde met zijn vrouw, Theodosia: ‘Nu hebben we weer een dag gekregen; het is er weer een voor God. Welnu, laten we deze dag wél besteden. Laten we ons zeer beijveren voor onze zielen. Laten we ons deze dag een schat vergaderen in de hemel, want we hebben maar kort te leven’.
De laatste maanden groeide zijn verlangen om af te reizen naar de plaats waar nie- mand meer zou zeggen: ‘Ik ben ziek’. Hij wist dat hij sterven ging, maar zijn sterfdag beschouwde hij als een bruiloftsdag. In een brief aan zijn vrouw beschreef Alleine zijn verlangen naar de hemel: ‘Ach, wat doe ik hier? Dit is mijn rustplaats niet. Mijn schat is in de hemel en mijn hart is in de hemel. O, wanneer zal ik zijn waar mijn hart is? Wee mij, dat ik een vreemdeling ben in Mesech en woon in de tenten van Kedar! O, dat ik vleugels had als van een duif; ik zou heenvliegen waar ik blijven mocht!’ Tijdens zijn laatste dag op aarde sprak hij veel. Tegen zijn vrouw zei hij: ‘Ik zal je liefde vergelden, je nooit vergeten en je verzadigen met alle mogelijke goedheid en vertroostingen. Mijn gezicht moge je voor ogen staan, opdat je door alle moeilijkhe- den heen gedragen zult worden’. Tegen de satan die hem benauwde, sprak hij: ‘Ga weg, jij boze duivel, vijand van het gehele mensdom, sluwe drogredenaar! Ben je nu gekomen om mij lastig te vallen, juist nu ik heenga, nu ik zo zwak ben en de dood op mij is? Kwel me niet, want ik ben helemaal niet van jou! Ik ben des Heeren; Christus is van mij en ik ben van Hem’.
Verdriet en blijdschap
Op zaterdagavond 17 november 1668 stierf Joseph Alleine, 34 jaar oud. Onder grote belangstelling werd hij in het koor van zijn kerk in Taunton begraven. Daar rust nog steeds zijn stof, totdat aan de hemel gezien zal worden het teken van de Zoon des mensen.
Zijn ambtsbroeder George Newton sprak een lijkrede uit over Lukas 23 vers 28. Er was die dag, zo zei Newton, alle reden om te wenen. ‘Maar ween niet over hem. Over wie zullen we dan wenen? Ik ant- woord: over uzelf en over uw kinderen. Ween niet over hem. Zijn verdriet is zeker veranderd in blijdschap; en daarom moet het met dat van u ook zo zijn. Hij heeft die gezegende uitspraak mogen ontvangen: ‘Wel, gij goede en getrouwe dienstknecht, (…) ga in, in de vreugde uws Heeren’. Ik moet u zeggen - en ik zeg het met volle overtuiging: hij is zegevierend de heer- lijkheid binnengegaan. Hem werd een overvloedige ingang bereid in het hemelse Koninkrijk’.
In de St. Mary Magdalene’s Church in Taunton bevindt zich een gedenkplaat ter nagedachtenis aan Alleine. Daarop staat onder meer: ‘Hier ligt de heer Josephus Alleine. Een offer dat te Taunton geheel verteerd is in de dienst van God en voor u’. (wordt vervolgd)
In een serie van vijf afleveringen beschrijven we het levens- einde van enkele Engelse predikanten. In chronologische volgorde: Joseph Alleine, William Huntington, John Warburton, Joseph Charles Philpot en Thomas Godwin. Nu deel 1.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 januari 2022
De Saambinder | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 januari 2022
De Saambinder | 20 Pagina's