Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De prediking van het komende gericht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De prediking van het komende gericht

Als we letten op alles wat er plaatsvindt in de wereld en op de gruwelijke wijze waarop ons vaderland zich uitleeft in de zonde, dan roepen de ongerechtigheden om de oordelen Gods.

6 minuten leestijd

En de bijl ligt ook alrede aan den wortel der bomen; alle boom dan die geen goede vrucht voortbrengt, wordt uitgehouwen en in het vuur geworpen. Lukas 3:9

Op p het kerkelijk erf zijn er nog maar weinigen die in onder- linge liefde wandelen. Het mensdom maakt zich rijp voor het laatste gericht. God zal komen om de aarde te richten en de wereld in gerechtigheid.

Nóg heeft de Heere ons gelaten in het lieflijk heden der genade. Nóg laat de Heere Zijn Woord verkondigen door middel van Zijn knechten. Gods knechten hebben Gods Woord onvoorwaardelijk te prediken, tegelijkertijd smekend of de Heilige Geest het gebrui- ken wil tot ontdekking. Jawel, want het Woord Gods, dat levend en krachtig is en scherpsnijdender dan enig tweesnijdend zwaard, bevat een aangrijpende boodschap voor de vaak zo dodelijk geruste kerkmens.

Wát een voorbeeld wordt u voorgehouden door Gods knechten! Natuurlijk, in de eerste plaats door de Zaligmaker Zelf. Ernstvol en bewogen heeft Hij alles buiten de kennis van Hem afgewezen. Zijn wijze woorden waren ontdekkend en ontgrondend. Zoals Híj predikte, is er nooit meer gepreekt. Toch heeft de Heere een mensen- kind in Zijn dienst willen gebruiken die kennelijk door Gods Geest bediend werd: Johannes de Doper. Zijn bediening was weliswaar slechts kort, maar toch was die van het allergrootste belang.

De prediking van Johannes was krachtig en onverschrokken. De inhoud van zijn prediking kunnen we samenvatten met de woorden: ‘Bekeert u’. Hij bracht een scherpe wetsprediking die veel weerstand opriep bij Schriftgeleerden en farizeeën, want die waren hoog bekeerd in eigen oog. Johannes preekte niet alleen voor de Romeinse soldaten. Dat hadden zijn landgenoten nog wel kunnen begrijpen. Er bevonden zich ook tollenaren en zondaren onder de toehoor- ders. Natuurlijk, die moesten ook bekeerd worden. Maar Johannes sprak eveneens de vrome leidslieden aan, en dat stak hen.

Nette kerkmensen

Als Johannes had gezegd dat hij verheugd was omdat zij Gods geboden zo stipt naleefden, dan waren ze onvoorwaardelijk voor diens prediking gevallen. Als Johannes hén in zijn preek had aangewezen als voor- beelden voor tollenaren die met de vijand heulden, dan hadden ze aangenaam onder hem kunnen kerken. Als Johannes tegen de schare had gezegd dat ze een zedige levenswandel moesten nastreven, dan zouden ze instemmend geknikt hebben. Maar nee, Johannes kwam met de eis van waarachtige bekering. Dat was iets nieuws. Daar kwam nog bij dat Johannes de gearri- veerde godsdienst onomwonden aansprak. Zo zei hij tegen hen: ‘Gij adderengebroed- sels, wie heeft u aangewezen te vlieden van den toekomenden toorn?’. Hoe dúrfde hij! Johannes gebruikte het woord ‘adderengebroedsel’ om hen bij hun afkomst te bepa- len. Volgens hem waren zij afstammelingen van de satan, van de vader der leugenen. Adderengebroedsel, slangenzaad. Zij, die altijd trouw aan hun godsdienstige ver- plichtingen voldeden. Zij, die zo trouw hun vormgebeden opzonden en offers brach- ten in de tempel. Zij, die als Abrahams zaad geboren waren op de erve des verbonds. Ze beseften niet dat hun natuurlijke afkomst niet beslissend is voor de eeu- wigheid, maar dat het beslissend is of een adamskind uit Gód geboren is.

Dat is een ernstige prediking voor ons allemaal! De godsdienstige mens in onze dagen kan zo gemakkelijk en dodelijk gerust voortleven. We leven in een tijd waarin godsdienstige mensen gewichtig praten over de zorgen in de wereld, en over de kerk die gaandeweg in een minderheids- positie terechtkomt. Maar hoe staat het met de geestelijke verontrusting? Weegt de eis van waarachtige bekering nog wel? Of hoeft er in ons leven geen wonder te gebeuren? Velen menen bekeerd te zijn met een uitwendige verandering. Dat is de doe-het-zelf-godsdienst, maar het is te vrezen dat juist zíj nog onbekeerd zijn. Want een mens die zó opgeeft bekeerd te zijn, heeft waarschijnlijk nog nooit verstaan wat het is om ónbekeerd te zijn. Als de Heilige Geest onze blinde zielsogen ervoor opent, dan wordt ingeleefd dat we ónbe- keerd zijn.

De prediking van Johannes de Doper was scherp, maar tegelijkertijd heel eerlijk.

Hij wees de godsdienstige Joden er vanuit de liefde op dat ze adderengebroedsels waren. Daarmee wilde hij hen wakker schudden uit hun doodsslaap, omdat ze meenden met hun godsdienstige wandel het rechtvaardige oordeel te kunnen ontvlieden. Johannes kon niet zwijgen van Gods recht, kon ook niet verzwijgen dat wij van nature helwaardig zijn, zonder dat we het beseffen.

Het oordeel nabij

Eerlijk zei Johannes het de schare aan: ‘En de bijl ligt ook alrede aan den wortel der bomen; alle boom dan die geen goede vrucht voortbrengt, wordt uitgehouwen en in het vuur geworpen.’

Wat een aangrijpend beeld. Ons leven is als een boom die op het punt staat om gekapt te worden. De bijl ligt al klaar! Dat geldt niet alleen voor oude of zieke mensen, maar dat is de werkelijkheid van ons aller bestaan.

Geliefde lezer(es), is het in uw hart al tot de erkenning gekomen niet anders verdiend te hebben dan de eeuwige ondergang? Bent u eraan ontdekt melaats te zijn door de zonde, van de hoofdschedel af tot de voetzool toe? Als deze zaken niet geleerd worden, zal er ook nooit ruimte komen voor de Persoon van de Middelaar en Zijn werk. Hoe gelukkig is het volk dat het leren mag: ‘Goed doet geen nut ten dage der verbolgenheid, maar de gerechtigheid redt van den dood’.

O onbekeerde zondaar, vreselijk zal het zijn om te moeten sterven zónder Borg voor uw schuld, want waar de boom valt, daar blijft hij eeuwig liggen. Buiten Christus is God een verterend Vuur en een eeuwige Gloed bij Wie niemand wonen kan. Nee, buiten Christus is er geen barmhartigheid en genade te verwachten. Heeft het recht Gods u de eeuwige straf al doen omarmen? Is het in uw zielenleven al gekomen tot een erkennen van Gods recht?

Ach, dát is de zaak, geliefde lezer(es)! Dan ben ik al m’n eigen probeersels kwijt. Dan zijn me ál mijn vermeende gerech- tigheden ontnomen. Dan is het werkelijk gekomen tot de bekentenis: ‘Zijt Gij met mijn doem gediend, zoek Uw eer, ik heb ’t verdiend’. Eeuwig gelukzalig is degene die zich in deze Bloedfontein verliezen mag. Nee, duizend geneesmiddelen kunnen ons niet redden. Alleen de gerechtigheid van de Gekruisigde redt van de dood. Hij heeft Zijn bloed gestort tot afwassing van de vuilste en vijandigste zondaar. Zijn bloed reinigt van álle zonden. ‘Zo is er dan nu geen verdoemenis voor degenen die in Christus Jezus zijn’ (Rom. 8:1).

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 februari 2022

De Saambinder | 24 Pagina's

De prediking van het komende gericht

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 februari 2022

De Saambinder | 24 Pagina's