Zo kom Ik weder

Christus vertelt over Zijn nade- rende einde. Hij zal gaan lijden en sterven. Maar Hij zal ook weer uit de doden opstaan, om daarna terug te keren naar ‘het huis van Zijn Vader’. De kanttekeningen leggen uit dat daarmee de hemel wordt bedoeld. In dat huis van Zijn Vader zijn vele woningen, vertelt de Heere Jezus. En Hij gaat daar naartoe om voor Zijn discipelen en in hen de hele Kerk een plaats te bereiden. Daar zal plaats zijn voor alle gelovigen, voor zowel kleinge- lovigen als grootgelovigen, voor zwakke gelovigen en sterke gelovigen. Zelfs het zwakste kind van God hoeft nog niet te vrezen dat er geen plaats voor hem of haar zal zijn. Niemand zal worden uitgesloten dan onbekeerde zondaren en hardnek- kige ongelovigen.

Tweede komst

Wanneer dat allemaal gebeurd zal zijn, ‘zo kom Ik weder’, lezen we dan verder in Johannes 14 vers 3. Op de eerste komst van Christus in Bethlehem volgt dus nog een tweede komst van Christus, de wederkomst. Dan zal Hij al de Zijnen tot Zich nemen. Let erop: Christus zal dus niet wachten op de gelovigen totdat zij tot Hem komen. Maar Hij zal terugkomen om ze vanuit het graf op te wekken en te begeleiden naar hun hemelse woning. Denk aan Jozef die zijn vader tegemoet ging. Zo zal Christus komen om Zijn volk bijeen te roepen. Dan zal Hij ze begeleiden naar hun eeuwige erfenis. Daarom mag de vraag voor ons allemaal wel zijn, wat dat voor ons betekent.

We letten in deze adventsweken op de verwachting, het uitzien naar de eerste komst van Christus in Bethlehem. Vanuit het vervulde heilsfeit hoort daar onlosma- kelijk ook deze adventsverwachting naar Zijn tweede komst op de wolken van de hemel bij. Hij, Die gekomen is, zal nog eens komen. Wat troost ú de wederkomst van Christus om te oordelen de levenden en de doden? (Heidelbergse Catechismus, Zondag 19, vraag 52). Het antwoord is even vol van troost als van ernst: ‘Dat ik in alle droefenis en vervolging met opgerichten hoofde even Denzelfde, Die Zich tevoren om mijnentwil voor Gods gericht gesteld en al de vloek van mij weggeno- men heeft, tot een Rechter uit de hemel verwachte, Die al

Zijn en mijn vijanden in de eeuwige verdoemenis werpen, maar mij met alle uitverko- renen tot Zich in de hemelse blijdschap en heerlijkheid nemen zal’.

Het welbehagen

Lééft het uitzien bij de bruid naar de komst van de Bruidegom? Groot is de zegen om terug te zien naar Christus zoals Hij gekomen is in Zijn eerste komst, ten diepste vanuit het eeuwige welbehagen van God. Maar niet minder groot is de troost om dan ook verlangend uit te zien naar Christus zoals Hij komen zal in Zijn tweede komst.

Zullen we afsluiten met woorden van Ryle hierbij? ‘Laat ons dit gedeelte eindigen met geheiligde gevoelens en ernstig zelf- onderzoek. Hoeveel missen zij, die in een stervende wereld leven, en toch niets van God als hun Vader en van Christus als hun Zaligmaker weten! Hoeveel bezitten zij, die het leven van het geloof in de Zoon van God leven en in Jezus geloven. Met al hun zwakheden en kruisen hebben zij datgene, wat de wereld niet geven noch nemen kan. Zij hebben een ware Vriend terwijl zij leven, en een ware woning wanneer zij sterven. (…) De eerste komst van Christus en de tweede komst zijn de grote gebeurtenissen, waarheen het hart van elk Chris- ten zich getrokken moet gevoelen’.

Hoe heilig is Zijn Naam!

Laat volk bij volk tezaam

Barmhartigheid verwachten;

Nu Hij de zaligheid,

Voor die Hem vreest, bereidt,

Door al de nageslachten. (Lofzang van Maria:3)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen