Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een pijl in eenvoudigheid geschoten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een pijl in eenvoudigheid geschoten

4 minuten leestijd

‘Wij weten immers niet hoe een enkel woord door de Heere gezegend kan worden als een pijl in eenvoudigheid geschoten’. Dat schreef Gerrit Teunis Beugel in zijn levensbeschrijving en hij gaf enkele voorbeelden daarvan.

Gerrit Teunis Beugel werd in 1763 geboren in Het Loo. Toen was dat een zelfstandig dorp, nu is het een wijk in Apeldoorn. Van 1778 tot 1813 woonde hij in Amsterdam. Hij vertrok toen naar Apeldoorn, waar hij in 1834 is overleden. Jarenlang hield hij thuis oefeningen. Na zijn overlijden vond de Afscheiding van 1834 plaats, en velen van degenen die de oefeningen hadden bezocht, behoorden tot de eerste Afgescheidenen in Apeldoorn. Beugel werd als volgt getypeerd: ‘Hij was een godvrezende, innig vrome, gemoedelijke man, getrouw in de dienst des Heeren, beminnelijk tegenover zijn naasten, wier stichting hij gaarne bevorderde. Hij was geen strijdbare held. ’t Liefst ontweek hij de strijd, door zijn mening te zeggen en dan heen te gaan’. Na zijn overlijden verscheen in 1835 bij J. van Golverdinge te ’s-Gravenhage een boek van 390 bladzijden. In dit boek vertelde hij ook over vele ontmoetingen en voorvallen. In dit artikel willen we twee geschiedenissen weergeven.

Een gezegende uitwerking

De ene geschiedenis gaat over Willem Lootsman, geboren in 1738. Hij werd in 1764 predikant in Zuilen en daarna heeft hij de gemeenten Pijnacker, Hoorn en Haarlem gediend. In 1810 ging hij met emeritaat en in 1813 is hij overleden.

Beugel heeft hem meermalen horen preken en noemde hem ‘een getrouw en godzalig predikant’. Hij schreef: ‘Zowel in Hoorn als later in Haarlem werd hij geliefd door het volk des Heeren en hij was voor velen tot een rijke zegen’.

Maar in zijn jeugd had het er heel anders uitgezien. In zijn studententijd gebeurde het dat Lootsman en zijn medestudenten zich eens schuldig maakten aan losbandig vermaak en Lootsman was daarbij de gangmaker. Toen kwam er een boer de kamer binnen waar de studenten zich vermaakten. Hij keek Lootsman aan, en zei: ‘Wat moet jij later worden?’ ‘Dat weet ik niet’, zei Lootsman boos en hij dacht: waar bemoeit die man zich mee? ‘Dan zal ik het u wel zeggen’, zei de vrouw des huizes, die zich in het gesprek mengde. ‘Hij moet predikant worden’. De boer zei: ‘Maar weet u wel dat een onbekeerd predikant brandhout voor de hel is?’ ‘Ja, dat weet ik wel’, zei de student kwaad. Dat hij in zijn vrolijkheid op die manier gestoord werd zinde hem helemaal niet. Maar toch waren de woorden, zo schreef Beugel, als een pijl in eenvoudigheid geschoten, die ter rechter plaats trof, tussen de gespen en tussen het pantsier. ‘Lootsman werd stil, vervolgens bezorgd over het heil van zijn onsterfelijke ziel en werd krachtdadig tot God bekeerd’. De boer die de ernstige woorden gesproken had, had geen enkel vermoeden dat zijn woorden zo’n gezegende uitwerking hadden, maar hij kwam het wel te weten. Lootsman heeft hem namelijk een brief geschreven waarin hij verhaalde wat de Heere door middel van zijn woorden aan zijn ziel gedaan had. Hij wilde hem ook nog persoonlijk bezoeken, maar toen bleek dat de boer was overleden.

Als het nu eens waar is?

Beugel noemt nog een tweede voorbeeld. Een predikant bracht een bezoek aan een deftig heer. Nee, hij was niet welkom, zo zei de dienstbode nadat ze het bezoek had aangekondigd. De predikant hield aan, maar tevergeefs. Toen zei hij tegen de dienstbode: ‘Zeg maar tegen je heer dat die niet geloofd zal hebben, verdoemd zal worden’.

De dienstbode bracht de boodschap over, maar de man voelde zich in zijn eer aangetast. Zo’n boodschap was toch wel al te kras. Boos liep hij op en neer. Maar de gedachte kwam in hem op: en als het nu eens waar is wat die predikant zegt? Maar nee, zo’n boodschap te krijgen was voor een fatsoenlijk mens toch onverdraaglijk. Maar weer klonk er een stem in zijn binnenste: en als het nu eens waar is? Zijn boosheid verdween. En de woorden van de predikant werden geheiligd aan zijn hart. De vruchten van een godzalig leven werden bij hem openbaar.

Na deze voorbeelden gegeven te hebben, schreef Beugel: ‘Niemand van Gods kinderen zegge dus dat hij geen gelegenheid heeft om voor anderen ten zegen te zijn. In iedere werkkring en met het kleinste talent heeft Gods kind te woekeren. Wij weten immers niet hoe een enkel woord door de Heere gezegend kan worden als een pijl in eenvoudigheid geschoten’. 

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 januari 2023

De Saambinder | 20 Pagina's

Een pijl in eenvoudigheid geschoten

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 januari 2023

De Saambinder | 20 Pagina's