Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van harte vergeven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van harte vergeven

4 minuten leestijd

De vijfde bede van het ‘Onze Vader’ legt een onlosmakelijk verband tussen het vragen van vergeving van schuld aan de Heere en het bewijzen van vergeving aan de naaste. Hoe moeten we dit verband zien in moeilijke situaties en in een oppervlakkige ‘sorry-cultuur’?

Vergeven: dat gaat zomaar niet

In de Heidelbergse Catechismus wordt in Zondag 51 de vijfde bede behandeld: ‘En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren’. Het is de tweede keer dat er in ons Troostboek gesproken wordt over vergeving. Eerst in het ‘stuk der verlossing’ over het tiende geloofsartikel (Vergeving der zonden) uit ons Apostolicum of de Twaalf Artikelen van het Christelijk geloof. Nu opnieuw in het deel dat handelt ‘van de dankbaarheid, die men Gode voor de verlossing schuldig is’. De indringende vijfde bede uit het volmaakte gebed van Christus wordt daarin aan de orde gesteld.

De uitleg die de Heidelberger geeft, wijst de weg óók in moeilijke situaties en in de huidige ‘sorry-cultuur’. We citeren: ‘Wil ons, arme zondaren, al onze misdaden, en ook de boosheid, die ons altijd aanhangt, om des bloeds van Christus wil niet toerekenen, gelijk wij ook dit getuigenis Uwer genade in ons bevinden, dat ons ganse voornemen is onzen naaste van harte te vergeven’.

Graag verwijzen we de vraagsteller voor een uitvoeriger uitleg naar het mooie boek ‘Vergeven: dat gaat zomaar niet’ van ds. A. Schreuder (De Banier, 2013), waar de weg wordt gewezen in allerlei moeilijke situaties die in de praktijk voorkomen.

Maar de hoofdlijn van onze Catechismus is richtinggevend. Er wordt gesproken over een pelgrim naar Sion die zichzelf - na alle ontvangen genade - benoemt als een ‘arme’ zondaar. In de doorleefde wetenschap nog altijd een ‘misdadiger’ te zijn, met altijd aanklevende ‘boosheid’… Een bij aanvang verloste zondaar buigt hier en bedelt opnieuw om de toepassing van het bloed van de Borg. De woorden van David uit Psalm 51 vers 3 klinken er zo duidelijk in door: ‘Zijt mij genadig, o God, naar Uw goedertierenheid; delg mijn overtreding uit, naar de grootheid Uwer barmhartigheden’.

Vergeven: een vrucht van genade

Zondag 51 spreekt vervolgens over ‘gelijk wij ook dit getuigenis Uwer genade in ons bevinden’. Welk getuigenis of welke vrucht van genade komt er openbaar? Wel, als de Heere in ons leven kwam en ontdekte aan een hemelhoge schuld, een weg ontsloot buiten onszelf en een blik deed slaan op een schuld-overnemende Borg, dan is er een zekere vrucht. Iets van de gezindheid die in Christus Jezus was, wordt merkbaar. Het is maar een klein beginsel en toch leert een pelgrim naar Sion wat Petrus moest leren van zijn Meester. ‘Toen kwam Petrus tot Hem en zeide: Heere, hoe menigmaal zal mijn broeder tegen mij zondigen en ik hem vergeven? Tot zevenmaal? Jezus zeide tot hem: Ik zeg u, niet tot zevenmaal, maar tot zeventigmaal zevenmaal’ (Matth.18:21,22).

We behoeven dat niet voor een ander in te vullen en we mogen er nooit lichtvaardig over spreken. Je naaste moet je maar benadeeld, beledigd, bedrogen of zelfs misbruikt hebben. Wat een misdaden… En toch: als een arme zondaar zijn misdaden leert kennen en bewenen, komt er dat verlangen om die vrucht - dat heerlijke voornemen tot vergeven - te mogen kennen in eigen hart en leven.

En Christus voegde die ernstige woorden toe aan de vijfde bede: ‘Want indien gij de mensen hun misdaden vergeeft, zo zal uw hemelse Vader ook u vergeven. Maar indien gij de mensen hun misdaden niet vergeeft, zo zal ook uw Vader uw misdaden niet vergeven’ (Matth. 6:14,15).

Lezer(es), mag u het getuigenis van Gods genade kennen?


Heb jij/hebt u ook een vraag?

Mogelijke vragen over onderwerpen binnen de doelstelling van De Saambinder kun jij/kunt u mailen naar ds. B. Labee of hem per post toezenden (zie colofon). Er volgt -zo mogelijk- altijd een reactie. Echter alleen als de redactie het waardevol acht voor de lezers, volgt een antwoord op jouw/uw vraag in een nummer van De Saambinder. Graag wel wat geduld. Er liggen nog tientallen vragen op een reactie te wachten.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 mei 2024

De Saambinder | 20 Pagina's

Van harte vergeven

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 mei 2024

De Saambinder | 20 Pagina's