De keursteen
Bij het vellen van een vonnis wierpen de rechters die tot vrijspraak hadden besloten, een witte steen in een beker. Degenen die meenden dat de aangeklaagde schuldig was, kozen een zwarte steen. Welnu, Gods kinderen ontvangen uit de handen van hun Verlosser de witte steen van vrijspraak! Zij komen niet in de verdoemenis, maar zij mogen het land der belofte betreden door Hem, Die verzoening door voldoening heeft verworven.
In Openbaring wordt geschreven over die keursteen: ‘Die oren heeft, die hore wat de Geest tot de gemeenten zegt. Die overwint, Ik zal hem geven te eten van het Manna Dat verborgen is, en Ik zal hem geven een witten keursteen, en op den keursteen een nieuwen naam geschreven, welken niemand kent, dan die hem ontvangt’ (Openb. 2:17). Het Manna ziet op het feit dat Gods Kerk deel heeft aan de Persoon van Christus. Dat is de eerste en belangrijkste heilsweldaad die in deze tekst genoemd wordt voor de Sionieten die in de strijd des levens met de hulp des Heeren mogen overwinnen: de persoonlijke vereniging door het geloof met Christus. Wij hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst heeft liefgehad. Als ze op Hem mogen zien, zijn ze vervuld met blijdschap en vrede.
Maar nu wordt hier nóg een weldaad genoemd: het verkrijgen van de witte keursteen. Deze tweede weldaad ligt in de lijn van de eerste weldaad. In Gods Woord wordt nogal eens gesproken over stenen: de Hoeksteen, de Grondsteen, de Sluitsteen, een beproefde Steen, maar hier gaat het over een witte keursteen. Het woordje ‘keur’ betekent eigenlijk ‘waarmerk’, dus een gewaarmerkte steen.
In deze brief aan Pergamum staat dat de verhoogde Zaligmaker de witte keursteen aan Zijn Kerk wil geven.
Het Manna wordt gegeven, maar ook de keursteen wordt gegeven. Het beeld van de witte keursteen ziet dus op de vrijspraak in hun geweten hier op aarde en bovenal straks de vrijspraak voor Gods rechterstoel. Het is de vrijspraak van schuld en straf en het recht op het eeuwige leven. In de Heidelbergse Catechismus schrijft Zondag 23 over deze weldaad van de rechtvaardigmaking. Het is een groot voorrecht het wonder van de vrijspraak te kennen. Dat is een heerlijke en bewuste geloofswetenschap. Dan spreekt de Heere Zijn volk vrij, hen aanschouwend in Christus en Zijn aangebrachte gerechtigheid. Als we de witte keursteen verkrijgen, hebben we ook wel wat leren kennen van de zwartheid van ons leven door onze zonden en ongerechtigheden. Dan kennen we de ellende van ons goddeloos bestaan.
De Heere geeft dus die weldaad niet zomaar. Hij maakt er eerst plaats voor. Dan zijn er ogenblikken in het leven van Gods kind dat hij zo verlangend mag uitzien naar het verkrijgen van die witte keursteen. En waar die keursteen wordt ontvangen, is vrijspraak. Die weldaad maakt niet groot, maar klein. Die doet zien op Hem Die nu alles is, want Christus heeft alles op een volkomen wijze aangebracht.
wordt vervolgd
Ds. J. Schipper schreef veel gewaardeerde bijdragen voor ons kerkelijk weekblad De Saambinder. Nu onze broeder ons zo onverwacht ontvallen is, plaatsen we in dankbare herinnering zijn rubriek Bijbelse beeldspraak.
Redactie De Saambinder
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 augustus 2024
De Saambinder | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 augustus 2024
De Saambinder | 20 Pagina's