Geen vrede op aarde
Luidkeels zingen velen over vrede op aarde, maar er is geen vrede. De vrede is zelfs ver te zoeken. Het is alom ruzie, spanning, oorlog, verwarring, list en twist en noem maar op. Dan moet de vrede dus van elders komen, van Hem Die vrede geven kan en Die Vrede is.
Het went alweer, oorlogen in het Midden-Oosten en in het eigen werelddeel. Nee, het mág niet wennen, al die hartverscheurende beelden en berichten, maar iedere dag slecht nieuws vermoeit een mens. Dat is nu eenmaal zo. Wat kunnen wij er ook aan doen als vijandige machten zich tot de tanden toe bewapenen en als men elkaar elders de oorlog verklaart, als de groten van de wereld de wereldvrede er aan wagen? De gewelddadigheden zijn ongekend. Er is geen vrede, nergens is het sjaloom. We weten al bijna niet beter dan dat er gevochten wordt, ver van huis en heel dichtbij. Alles escaleert. Al dat nieuws vermoeit, stompt af, het went, zelfs als er op de eigen wegen opeens weer militair materieel wordt gezien, en dat was al wel héél lang geleden. We krijgen eelt op de ziel.
Onrust en angst
Ondertussen haakt de wereld mateloos naar vrede. Miljoenen mensen zijn op de vlucht en worden door onrust voortgejaagd. Velen wachten in angst op vrede.
Jeremia, de profeet, zag ook uit naar vrede. Hij wachtte niet alleen, hij klaagde zijn droeve nood ook vurig aan het hemelhof: ‘Men wacht naar vrede, maar er is niets goeds, naar tijd van genezing, maar zie, er is verschrikking’ (Jer. 8:15). Onverbeterlijke mensen wachtten op vrede, toen ook al, maar er kwam geen vrede.
Men wachtte op genezing van de geslagen wonden, maar het kwam maar niet. Ieder keek maar naar de deur waardoor de vrede zou binnenkomen, maar alles wat binnenkwam, was angst en haat, verdrukking, opstand en benauwdheid. Zou de Heere in de toorn nog wel des ontfermens willen gedenken?
Niet zonder Vredevorst
Velen zingen deze dagen luidkeels over vrede op aarde, maar er is geen vrede, laten we eerlijk zijn. De vrede is ruw verstoord, sinds Genesis 3 al. ‘Rust noch vrede wordt gevonden, om mijn zonden, in mijn beend’ren, dag of nacht’. Er is ook geen vrede zonder Vredevorst. Daarom vinden goddeloze weglopers dus nooit vrede. Alleen het Kind van Bethlehem geeft vrede. Hij alleen kan allesomvattende vrede geven. ‘Want Hij is onze Vrede’, schrijft Paulus aan de christenen in de stad Éfeze (Ef. 2:14). De kanttekening zegt bij deze tekst: ‘Hij is Oorsprong en Oorzaak van onze vrede, zowel tussen God en de mensen, als tussen de mensen zelf’. Hij is onze Vrede, schrijft Paulus.
De apostel schreef die brief aan ‘de heiligen die te Éfeze zijn, en gelovigen in Christus Jezus’ (Ef. 1:1). Aan het adres van deze heiligen en gelovigen mag Paulus schrijven dat de Persoon van Christus ‘onze Vrede’ is. De onheiligen en de ongelovigen, zij die geen gemeenschap aan Hem hebben, kunnen dat de apostel niet naspreken. Zij kennen geen vrede, leven in vijandschap met Hem, verkeren met God op voet van oorlog, willen niet dat Hij Koning is over hun leven. Voor hen is God een verterend vuur en een eeuwige gloed bij wie niemand wonen kan. Voor hen is Hij geen Vrede.
Geen wanklank
De vrede is niet een soort van gevoel, maar de levensband aan een Persoon. Zijn Naam is Jezus. Christus spreekt: ‘Och, of gij ook bekendet, ook nog in dezen uw dag, hetgeen tot uw vrede dient’. Daarom was het in het paradijs zo ‘zeer goed’, zo buitengewoon vredig en volmaakt. In de staat der rechtheid was de volmaakte vrede, vrede met God als de Schepper van hemel en aarde, vrede met de dieren in het veld, en vrede onder elkaar. Daar gingen de bloemen niet dood, daar werd geen wanklank gehoord en kon alles door de vrede bloeien. Daar konden de bergen zelfs vrede dragen en de heuvels heilig recht.
Het heeft de mens echter niet goed gedacht God in erkentenis te houden voor zoveel paradijselijke vrede. In de Hof van Eden is revolutie ontstaan. Daar zijn de wapens van vijandschap opgenomen en heeft de kleine mens de grote God de oorlog verklaard. Daar is de onvrede binnengehaald, onrust en bittere vijandschap. Toen het verbod overtreden was, was de vrede van de aarde weggenomen en de zalige gemeenschap met God verstoord. Toen is de altijddurende rusteloze strijd begonnen tussen het Koninkrijk van God en het duivelsrijk van satan. Sindsdien is de mens een woelachtig wezen, kort van dagen, zat van onrust en vol van onvrede. IJdelheid der ijdelheden, zo luidt nu zijn naam. Van die dag af geldt het woord van de profeet: ‘Men wacht naar vrede, maar er is niets goeds, naar tijd van genezing, maar zie, er is verschrikking’.
Vrede, vrede, en geen gevaar
De vrede is verstoord. Velen zingen over vrede op aarde en spreken: ‘Vrede, vrede, en geen gevaar’, maar de profeet zegt: ‘Doch daar is geen vrede’ (Jer. 6:14). De mens is een vijand van God geworden, en we willen niet uit genade met Hem verzoend worden. Zo leeft de mens zijn gevaarlijke leven, want de bezoldiging van de zonde is onvrede en de dood.
De mens koestert geen vredesgedachten meer over God, zal niet meer in waarheid naar Hem gaan vragen. Door onze doodstaat is de weg van beneden naar boven gesloten, hermetisch versperd. Wat een onbegrijpelijk wonder dat God van eeuwigheid over zulke mensen gedachten des vredes en niet des kwaads heeft (Jer. 29:11). De Heere denkt goed en geen kwaad, zegt Matthew Henry: ‘Zelfs wat kwaad schijnt, is ten goede bedoeld’. God heeft geen lust in de dood van de zondaar, maar wel dáárin dat hij zich zou bekeren en leven. Alleen in deze weg kan de mens weer delen in de vrede die alle verstand te boven gaat.
Vrede in de ziel
Terwijl de samenleving wordt verscheurd door mensen, zingen mensen luidkeels over vrede op aarde. Vrede is er echter slechts in de Vredevorst, in Christus, Jezus de Heere, want Hij heeft de vrede met God verworven en Hij alleen brengt de verzoening tot stand. De straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem. In Hem is de toorn geblust, de gramschap weggedaan en is de breuk tussen God en de zondaar geheeld. Hij alleen kan ‘gebieden de vrede op aarde en in mijn ziel’. Hij is gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren lag. In de volheid des tijds is Hij als Immanuël naar deze lage aarde gekomen om vrede te maken tussen God en mensen, om te spreken: ‘Mijn vrede geef Ik u, Mijn vrede laat Ik u’. Daar hebben de engelen van gezongen: ‘Vrede op aarde, in de mensen een welbehagen’.
In Hem alleen kan het weer vrede worden, storeloos: ‘Wij dan gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God door onzen Heere Jezus Christus’ (Rom. 5:1). Zijn Naam is Wonderlijk, Raad, Sterke God, Vader der eeuwigheid en Vrédevorst. Deze Vredevorst is Hij ‘Die ons met God verzoent’ (kanttekening bij Jesaja 9:5). ‘Hij bewaart de vrede, gebiedt de vrede, ja, Hij schept de vrede in Zijn Koninkrijk’ (Henry). In deze Vredevorst kan alles weer door de vrede bloeien, ‘totdat geen maan meer schijnt’. Buiten het Kind in de kribbe is geen vrede, maar een eeuwig zielsverderf. In dit Kind van Bethlehem kan de Kerk naar waarheid gaan zingen: ‘Dan wordt de vrede met een kus van het recht begroet’. Omdat Hij onze Vrede is.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 2024
De Saambinder | 24 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 2024
De Saambinder | 24 Pagina's