Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wat ons verbindt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wat ons verbindt

4 minuten leestijd

Er zijn op geestelijk terrein verontrustende zaken en zorgelijke invloeden. Gods Woord vraagt ernst en eerbied voor de dingen der eeuwigheid, met de bede om de inwerking van ’s Heeren Geest.

Dan gaat het over het verlaten van de zonde, over zelfonderzoek, overdenking van Gods Woord en de zaken der eeuwigheid. Als hier weinig of geen aandacht voor is, treedt vervlakking in. Waar deze dingen wel mogen zijn, wordt ook iets van het vreemdelingschap ervaren. Daar zal lust zijn om Gods Woord te onderzoeken en erin thuis te raken.

Genoemde ontwikkelingen brengen zomaar met zich mee dat over zaken van wedergeboorte en bekering, de kennis der ellende en het geloof in Christus vluchtigheid en oppervlakkigheid optreden. Nu is dat gevaar niet nieuw. In de tijd van de Nadere Reformatie werd hier eveneens op gewezen. Gedachten daarover van Nadere Reformatoren zijn ook voor ons ontdekkend, nuttig en leerzaam. Het is nodig dat wij hun gedachten in de taal van vandaag uitleggen en aan het hart leggen.

Stem uit het verleden

Alexander Comrie schrijft bijvoorbeeld in ”Verzameling van Leerredenen” over de oorzaken van verachtering en dodigheid. In onder meer een preek over Psalm 143:11 noemt hij vele behartigenswaardige zaken. Naar aanleiding daarvan worden hier enkele gedachten weergegeven.

1. Veel weten van de Bijbelse waarheid is wel groot, maar velen kennen God niet zoals Hij Zich in Zijn eigen licht laat kennen. Dan zien we dat Hij zoveel aanbidding, eerbied, liefde en innige blijdschap waardig is.

2. Velen worden voor vromen (gelovigen) gehouden, terwijl zij toch nooit in hun bevinding de zalige overzetting van hun ziel in Christus daadwerkelijk ondervonden hebben.

3. Er is een dodigheid ondanks al de middelen. De wet noch het Evangelie zijn vruchtbaar in hun leven. Bij sommigen zijn er kloppingen van het geweten of enige gevoelige smarten. Maar het is als een morgenwolk geweest.

4. Men legt sommigen al snel de handen op en let niet op de kenmerken van de wedergeboorte. Het gaat er om of er ootmoed is en een tere gemoedsgestalte en ook een gewillig verlangen om aan zichzelf ontdekt te worden.

5. Er is sprake van luiheid en traagheid. De zonde is de oorzaak van veel verachtering en dodigheid. De zonde beneemt Gods volk de troost van hun aandeel aan Christus.

6. Men is snel tevreden over de gedane plicht (Bijbellezen en het gebed bijvoorbeeld), zonder dat men daardoor nader tot God en Christus gekomen is.

7. Men is niet waakzaam om het hart te behoeden voor alles waar het voor te behoeden is.

8. Er is een rusten op vroegere bevindingen en ontvangen genaden. Men vergeet dat afhankelijke, bedelende leven. Velen blijven staan bij de eerste beginselen, zonder een verlangen om te vorderen in de genade. Er zijn weinig of geen levendige geloofswerkzaamheden.

9. Er is wereldsgezindheid, hoogmoedigheid, heerszuchtigheid en zondige eigenliefde.

10. Er is droevige verdeeldheid onder de godzaligen, soms over punten die de grondslagen der godzaligheid niet raken, en soms ook wel over dingen die de zaligheid betreffen of de praktijk van het christendom. Comrie wil de punten liever niet noemen, maar noemt de gemeente van Korinthe als voorbeeld van het verkeerde.

Het gaat iedereen aan

Comrie behandelt deze zaken breedvoerig. Hij betrekt dit op de kerk in het algemeen, en in het bijzonder op onbekeerden en op Gods kinderen. Hij begint met een waarschuwing. Mensen moeten niet zoals Kaïn van God weggaan. Integendeel. David wendt zich tot de HEERE: ‘Maak mij levend om Uws Naams wil’. Juist dat gebed en de opwekking daartoe werkt Comrie in deze preek aandachtig uit, zowel voor onbekeerden als voor Gods kinderen.

Het nader kennisnemen hiervan bij de auteur zelf is ook in onze tijd leerzaam. De Heere zou het dienstbaar kunnen stellen.

Hoezeer de zorgen van deze tijd noodzaken tot bezinning, we mogen niet nalaten op te merken de vele goede dingen die de Heere ons nog geeft. De dienst des Woords mag geregelde voortgang hebben. Daar wordt overwegend met aandacht en betrokkenheid naar geluisterd. Laat het ons klein maken wat de Heere nog toeschikt; want hoedanig zijn wij? Het moge ons temeer aanzetten tot het ootmoedige smeekgebed om de toepassing door Zijn Heilige Geest. Opdat toch niet door de dwaasheid van onze zonden al de bemoeienissen eenmaal tegen ons zouden getuigen.

De Heere moge de hof doorwaaien en uit enkel genade vrucht geven bij Hem vandaan. Want van Christus staat er: ‘Zijn arbeidsloon is voor Zijn aangezicht’.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 maart 2025

De Saambinder | 24 Pagina's

Wat ons verbindt

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 maart 2025

De Saambinder | 24 Pagina's