Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nedergedaald ter helle

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nedergedaald ter helle

4 minuten leestijd

In de geloofsbelijdenis, verwoord in de Twaalf Artikelen, wordt de staat van vernedering van Jezus Christus afgesloten met de woorden: ‘Nedergedaald ter helle’.

Chronologisch worden de trappen van de vernedering beleden van Zijn ontvangenis van de Heilige Geest tot en met Zijn begrafenis. Daarna volgt het belijden van Zijn nederdaling ter helle. Hierbij is het van belang te beseffen dat bij dat artikel de chronologie wordt losgelaten. Het is een onjuiste gedachte, een dwaling, te geloven dat de Borg daadwerkelijk in de hel is geweest. Het is een plaats, en dat moet met ernst onder de aandacht worden gebracht, die reëel is. De hel is de plaats van de verdoemden. Hiervan heeft Jezus Zelf tot drie keer gezegd, in Markus 9: ‘Waar hun worm niet sterft en het vuur niet wordt uitgeblust’.

Wij mogen hierover niet dan met grote huiver en eerbied spreken. Het is de plaats waar zij, die niet gewild hebben dat Jezus Koning over hen zou zijn, een wroegend geweten zullen hebben, zoals een worm die altijd knaagt. Waar de straf van Gods toorn over de zonde, uitgedrukt met de woorden ‘onuitblusselijk vuur’, niet zal ophouden. Deze eeuwige straf zal niet te dragen zijn en toch gedragen moeten worden.

Lezer, zie deze straf te ontvluchten! En dat kan toch niet anders dan door een gelovig toevlucht nemen tot de vernederde en verhoogde Christus! Zoals verwoord in Zondag 2 tot en met 6 van de Heidelbergse Catechismus.

Helse kwelling

Nee, Jezus is niet op deze plaats geweest. Hij heeft die wel doorleefd, opdat de Zijnen daar niet hoeven te komen. In de woorden ‘nedergedaald ter helle’ belijdt de Kerk des Heeren dat haar Borg ‘door Zijn onuitsprekelijke benauwdheid, smarten, verschrikking en helse kwelling, in welke Hij in Zijn ganse lijden, maar inzonderheid aan het kruis, gezonken was, haar van de helse benauwdheid en pijn verlost heeft’.

Wat een onuitsprekelijke troost! Gods kind leert in meer of mindere mate met de dichter van Psalm 116 uit te roepen: ‘De banden des doods hadden mij omvangen, en de angsten der hel hadden mij getroffen’. Niet alleen aan het begin van het geestelijk leven, maar zeker ook bij de verdere oefeningen van het geloof kan Gods toorn en de verdiende straf zo op de ziel drukken alsof de hel tegenwoordig is. Wie zal hier woorden aan kunnen geven? Hoe zal hier troost gegeven kúnnen worden dan alleen met deze woorden: ‘Ik geloof in Jezus Christus Die is nedergedaald ter helle’?

In deze zeer hoge aanvechting moet er geloof geoefend worden. Uit deze aanvechting is er maar één uitweg: als de Heilige Geest een geloofsoog geeft op de diepte van het lijden van de Borg.

Vanaf Zijn ontvangenis tot aan Zijn begrafenis heeft de Borg geleden. Wat is dat voor lijden geweest? Gelijk aan het lijden dat geleden wordt in de hel. Wat de Borg geleden heeft, is onuitsprekelijk. Om twee plaatsen te noemen waar het intens zichtbaar wordt: Gethsémané en Golgotha. Als Christus met Zijn jongeren in de hof is, ‘begon Hij droevig en zeer beangst te worden’. Het is het voorgevoel van de last van de toorn van God en de helse kwelling die Hij aan het kruis zou lijden. Dit is zo intens geweest dat het Hem het bloedig zweet heeft uitgedrukt. Waarom wij Hem aan het vloekhout hangend horen uitroepen: ‘Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?’ Hij hangt daar onder de last van de toorn van God over de zonde, zonder iets van Gods gunst en hulp gewaar te worden.

Hoogste aanvechting

‘God van God verlaten’, zegt Luther, ‘wie kan dat verstaan’? Nee, het is niet te verstaan, maar in de hoogste aanvechting van Gods kind ligt hier zijn verzekerdheid en troost. Hij ging die weg voor mij, mij verlossend van de helse benauwdheid en pijn. Lezer, zie hier uw toekomst als u zich niet bekeert. Uw toekomst is aangrijpend ernstig en zeker. Vliedt de toekomende toorn!

Kind des Heeren, dat de vraag van de discipelen de uwe zij: ‘Vermeerder ons het geloof’. Het geloof dat zijn vastheid oefent op de beloften van God. Niet in mij, maar buiten mij in een Ander. Juist op die momenten waarin u denkt weg te zinken in een welverdiende straf, het helse vuur, ligt de enige zekerheid en troost in: ‘Jezus Christus, Die is nedergedaald ter helle’.

slot


1. Zijn nederige geboorte

2. Zijn lijden

3. Zijn dood

4. Zijn begrafenis

5. Zijn nederdaling ter hel

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 april 2025

De Saambinder | 24 Pagina's

Nedergedaald ter helle

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 april 2025

De Saambinder | 24 Pagina's