Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

25 jaar bij de GZB

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

25 jaar bij de GZB

Mr. A. van der Poel: ‘Hoe houden we zending op de agenda?’

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Voor mr. Arie van der Poel is 2019 een jubileumjaar: op 1 juni was hij 25 jaar in dienst bij de GZB. Welke ontwikkelingen in de zending heeft hij meegemaakt? Voor welke uitdagingen staat de GZB volgens hem?

Op de vraag waar zijn betrokkenheid bij zending vandaan komt, antwoordt Van der Poel: ‘Mijn belangstelling voor zending is pas echt ontstaan toen ik als redacteur geestelijk leven bij EO radio direct in contact kwam met zendingswerkers en ook zelf op reis ging. Met name een bezoek samen met Aad Kamsteeg aan de kerk in China maakte diepe indruk op me. De geloofsmoed, volharding maar ook blijdschap van Chinese christenen raakte me. In die tijd heb ik ook een paar langere interviews gemaakt met prof. Johannes Verkuyl, een inspirerende zendingsman die – hij was toen al in de tachtig – met passie vertelde over zijn werk. Zo groeide mijn verlangen om zelf ook iets te mogen gaan bijdragen aan het zendingswerk en maakte ik uiteindelijk de overstap van de EO naar de GZB.’

Jarenlang bent u ‘secretaris Afrika’ geweest. Welke ontwikkelingen in de aanpak van het werk hebt u in uw tijd meegemaakt?

‘Toen ik bij de GZB begon, waren er in Kenia nog zeven zendingswerkers bij een relatief kleine kerk werkzaam. In veel opzichten was de kerk afhankelijk geworden van de GZB. In feite was er onbedoeld een relatie van donor en ontvanger ontstaan, wat ongezond doorwerkte in de verhoudingen. Er is gaandeweg meer oog gekomen voor het feit dat je met geld ook veel stuk kunt maken en de eigen verantwoordelijkheid van lokale kerken kunt wegnemen. Voor mezelf is het opbouwen van goede relaties op basis van gelijkwaardigheid, eerst goed luisteren en doorvragen wat daar nodig is en samen werken aan een gedeeld verlangen, steeds belangrijker geworden. En vooral niet te snel aannemen dat je alles wel begrijpt. We hebben ook meer geleerd om te ontvangen van onze broeders en zusters in Christus in andere culturen en contexten. Het grote Godsvertrouwen en het hartstochtelijke bidden van Afrikaanse christenen in moeilijke situaties van armoede of oorlog heeft me vaak klein en beschaamd gemaakt. Ik ben onder de indruk geraakt van het vrijmoedige getuigen en de missionaire houding van veel Afrikaanse christenen.

In de opleiding van predikanten is naast het blijvende belang van goede kennisoverdracht ook meer aandacht gekomen voor de praktijk van het werk en de persoon van de predikant. Goed kunnen luisteren, niet heersen maar dienen en het belang van toerusting van gemeenteleden zijn daarmee veel meer op de voorgrond komen te staan. Gaandeweg is de focus van het werk daarmee meer op de gemeente komen te liggen en is steeds meer de vraag geworden wat al ons werk bijdraagt aan de opbouw van lokale gemeenten en hoe zij zelf getuige kunnen zijn in hun eigen omgeving.’

U schreef ooit over een opwekking van de kerk in Algerije. Blijkbaar kan (in tegenstelling tot een uitspraak van Luther) het Evangelie terugkeren als het ergens weg was?

‘In het land waar ooit de wieg stond van kerkvader Augustinus en waar de kerk door onderlinge twisten en de komst van de islam zo goed als verdwenen was, zijn nu weer bloeiende gemeenten. Omdat de kerk de afgelopen decennia zo hard gegroeid is, maken de autoriteiten zich inmiddels zoveel zorgen dat kerken worden gesloten. De uitspraak van Luther dat Gods Woord als een voorbijtrekkende regenbui is, die niet terugkeert waar hij eenmaal is geweest gaat dus – gelukkig maar! – niet altijd op. De Geest waait waarheen Hij wil.

Het mooie is dat in Algerije juist daar krachtige gemeenten zijn ontstaan waar zendelingen jarenlang hebben gewerkt, zonder zelf veel vrucht te hebben gezien. Het goede zaad van het Evangelie kan soms tientallen jaren in de grond liggen voordat het ontkiemt. Dat is een les maar ook een bemoediging voor zendingswerkers.’

Nu bent u regiocoördinator Midden-Oosten en Centraal-Azië – wat is uw persoonlijke betrokkenheid bij deze gebieden?

‘Van de jonge en snel groeiende kerk in Afrika naar de bedreigde kerk in het Midden-Oosten en Centraal- Azië was een boeiende overgang. Beperkte godsdienstvrijheid, lijden vanwege je geloof, gediscrimineerd worden omdat je christen bent, gevaar lopen als je christen wordt: het is dagelijkse realiteit voor veel christenen in deze regio. Tegelijkertijd ervaar je dat ook hier God aan het werk is. Er is te midden van veel onzekerheid en oorlogsgeweld ook openheid voor het Evangelie. Mensen zijn op zoek naar vrede voor het hart. Ik ontmoet moedige gelovigen die het Evangelie delen in hun familie en omgeving. Wat me daarbij vaak opvalt, is dat ze zich juist inzetten voor de kwetsbare naaste.

In Centraal-Azië zijn dat onder meer daklozen, verslaafden, mishandelde vrouwen. Christenen zijn hier van betekenis door zich in te zetten voor deze groepen. Daar gaat een goed getuigenis en werfkracht van uit. Ik zie het als een voorrecht om juist hier de kwetsbare en tegelijkertijd ook vaak missionaire kerk te mogen dienen.’

Voor welke uitdagingen staat de zending in het algemeen en de GZB in het bijzonder?

‘Hoe houden we zending als roeping van de kerk op de agenda en in het hart van de gemeente? Dat is echt een grote uitdaging. Kortere en concrete diaconale projecten scoren vaak beter dan theologisch onderwijs en gemeente-opbouw, terwijl dat juist zo belangrijk is. Blijvend gebed en meeleven vanuit de gemeente voor de voortgang van het Evangelie in de wereld is daarom cruciaal. Grote uitdaging voor ons is ook hoe de jongere generatie te bereiken en betrokken te houden.

Als er een zendingswerker is uitgezonden uit de gemeente, groeit de betrokkenheid vaak sterk. Het is nodig dat er steeds nieuwe mensen komen die zich geroepen weten om uitgezonden te worden. Mensen met liefde voor God en met het verlangen om het Evangelie van Jezus Christus wereldwijd te delen.’

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 december 2019

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

25 jaar bij de GZB

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 december 2019

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's