Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Achter Jezus aan

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Achter Jezus aan

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Maar Hij keerde Zich om en zei tegen Petrus: Ga weg achter Mij, satan! U bent een struikelblok voor Mij (…). Toen zei Jezus tegen Zijn discipelen: Als iemand achter Mij aan wil komen, moet hij zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen. Mattheüs 16:23-24

Bij Zijn eerste lijdensaankondiging noemt Jezus het kruis. Dat doet Hij echter niet met betrekking tot Zijn eigen sterven, Hij noemt het kruis met het oog op wie Hem volgen. Jezus volgen is kruisdragen.

Als Jezus gaat vertellen hóe Hij Christus is en zal zijn, namelijk langs de weg van lijden, sterven en opstanding, breekt er iets bij Petrus. Hij neemt Jezus apart en leest Hem de les: er is geen sprake van dat dit gebeurt.

Het is nauwelijks voor te stellen, maar Petrus, de rotsman, blijkt ineens een struikelblok te zijn op de weg van Jezus. Als je door genade mag weten wie de Heere Jezus voor je is – je Borg, je Zaligmaker, de Redder van je zonden – dan ben je een zalig mens. Wie dat met mond en hart belijdt, zal door de poorten van de hel niet overweldigd worden.

Daarmee is echter niet alles gezegd. Onze aandacht wordt zomaar weer afgeleid door wat we meemaken in ons leven, door tegenslagen, door een vertroebeld zicht op de Heere of door de zonde. Daardoor denken wij het beter te weten dan Hij.

Verzoeking

De tegenstand van Petrus is een verzoeking voor Jezus. Uitgerekend een van Zijn meest geliefde leerlingen blokkeert Zijn weg, de weg die Hij móét gaan naar Jeruzalem waar Hij veel móét lijden. Dat is geen onafwendbaar noodlot. Het is de weg die Zijn Vader Hem wijst – dezelfde Vader in de hemelen als Die Petrus zijn belijdenis op de lippen heeft gelegd. Het betreft de weg van het oordeel, dat alleen Hij kan dragen. Het is de weg van verzoening, die alleen Hij kan bewerken. Het is de weg van het lijden, dat alleen Hij kan ondergaan. Als díé weg geblokkeerd wordt, zullen de poorten van de hel wijd open staan en zal ieder mens verloren gaan.

Op je plek

Wat een duivelse verzoeking is dit. En Jezus? Hij keert zich om, van Petrus af. Dat doet Hij niet om hem de rug toe te keren, maar om hem zijn plek te wijzen. ‘Ga weg achter Mij, satan,’ klinkt het. Je schrikt zomaar van dat woord. Noemt Jezus Petrus hier satan? Ja, omdat Jezus de grote tegenstander zelf ziet opdoemen achter Petrus. Maar Petrus wijst Hij niet af. Integendeel. ‘Achter Mij’ is de plek van Petrus, de plek van iedere leerling van Jezus, de plek van genade. Dat is de enige plek waar we veilig zijn, voor de poorten van de hel weggerukt. Door zich om te keren gaat Jezus voor Petrus staan, in plaats van andersom. En in de weg die Hij móét gaan, gaat Hij voor Petrus instaan en voor eenieder die Hij liefheeft en liefgehad heeft tot het einde.

Achter Mij, ken je plek. Zo richt Jezus Zich tot al Zijn discipelen: ‘Als iemand achter Mij aan wil komen, moet hij zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen.’ Willen we dat? Achter Hem aan komen? Dat vraagt zelfverloochening, het betekent dat we leren zeggen: ‘Niet meer ik leef, Christus leeft in mij.’

Kruisdragen

Het vraagt ook het dragen van het kruis. We denken dan al snel aan de moeite, de zorgen, het verdriet van het leven. Immers, ieder huis heeft zijn kruis. Maar als Jezus hier het kruis noemt, dan kunnen zijn leerlingen maar aan één ding denken: het executiewerktuig van de Romeinen.

Wie draagt het kruis? Dat is de veroordeelde zelf. Jezus volgen betekent leven als een veroordeelde. Wie gelooft, is vrijgesproken in Christus. Maar door de wereld wordt hij veroordeeld. Dat kan diep gaan. Gelovigen kunnen tot de dood toe vervolgd worden, bijvoorbeeld. Ook als het zover niet komt, is geloven kruisdragen. Al is het maar, zoals bij Petrus, een confrontatie met jezelf en je zonde. Wat kunnen we daardoor aangevochten worden.

Toch heeft dit nooit het laatste woord. We kunnen pas kruisdragen als we beseffen en geloven dat Jezus voor ons het kruis gedragen heeft. Dat wordt je niet door vlees en bloed geopenbaard, maar door de Vader die in de hemelen is.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 maart 2020

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Achter Jezus aan

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 maart 2020

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's