Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christen in Pakistan

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christen in Pakistan

Na bezoek ontstaat genuanceerder beeld van Islamitische Republiek

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Met de media-aandacht rond Asia Bibi nog vers in het geheugen, kun je onbewust een nogal dramatisch beeld van Pakistan hebben. Pakistan? Kun je daar als christen wel binnenkomen? En is het niet heel onveilig daar? VEILIGHEID Met het oog op de veiligheid van christenen in Pakistan vragen we – op hun nadrukkelijk verzoek – of niemand dit artikel of bijbehorende foto’s online of op social media met anderen wil delen.

Moslims vertellen vrijmoedig aan hun buren dat ze genezen zijn door christelijke gebeden

Tijdens een bezoek aan enkele Pakistaanse theologische opleidingen blijkt het echter wel wat genuanceerder te liggen. Tijdens het uiterst gastvrije onthaal merk ik bij verschillende mensen zelfs bijna een soort boosheid naar buitenlandse media. Pakistanen voelen zich miskend door buitenlanders. Alsof het een heel onveilig land zou zijn, waar continue aanslagen worden gepleegd en waar je als christen je leven niet zeker bent.

Aangenaam verrast reageren ze dan ook op de komst van een buitenlander. Geen kans wordt onbenut gelaten om te tonen dat Pakistan een prachtig land is. En ik kan niet ontkennen dat ze gelijk hebben. Op uitnodiging van de Pakistaanse kerken bezocht ik via de GZB een aantal theologische opleidingen om gastcolleges te geven. Voor dit bezoek van enkele weken verstrekte de Pakistaanse overheid een officieel ‘zendelingsvisum’. Misschien niet het eerste wat je verwacht bij Pakistan, maar je kunt dus gewoon legaal zendeling zijn in de Islamitische Republiek Pakistan. Dat maakt nieuwsgierig, hoe zit dat?

Minderheid

Pakistan als Islamitische Staat bestaat sinds 1947. Christenen zijn in Pakistan altijd een kleine minderheid geweest. De schattingen lopen op dit moment uiteen van 1,5 tot 4 procent van de bevolking. Met een bevolking van ruim 200 miljoen inwoners betekent dit dat er nog steeds miljoenen christenen zijn.

Hoe is het christendom in Pakistan terechtgekomen? Pakistaanse christenen hechten er terecht aan dat het de apostel Thomas al was die in Pakistan het Evangelie bracht. Het Evangelie was daar dus veel eerder dan in Nederland. Daarna is het soms echter ook tijden nagenoeg afwezig geweest. In de negentiende eeuw werd er vanuit met name Engeland veel zending in Pakistan bedreven. Hele bevolkingsgroepen lieten zich dopen, en tot op de dag van vandaag bepaalt die herleving het gezicht van het huidige christendom in Pakistan. Christenen zijn in Pakistan een minderheid, maar wel een vanaf het begin erkende minderheid. In de groene vlag van het land is welbewust een wit vlak opgenomen dat de ruimte voor ‘minderheden’ symboliseert.

Vervolging?

Wat betekent dat in de praktijk? We horen immers vaak verontrustende berichtgeving uit dat land. ‘Inderdaad is er discriminatie, maar dat wil niet zeggen dat we vervolgd worden’, zegt een van predikanten die ik ontmoet.

Feit is echter dat een deel van de Pakistaanse wetgeving beïnvloed is door de sharia. Op godslastering staat de doodstraf. Op dit moment zitten meer dan honderd christenen in de gevangenis vanwege deze wet. Daarbij moet echter vermeld worden dat er nog meer moslims vanwege deze wet in hechtenis zitten. Is het dan christenvervolging?

Niet onmogelijk

In Pakistaan staat je geloofsovertuiging op je identiteitsdocument afgedrukt. Als je je registratie als moslim wilt laten veranderen in ‘christen’, is dat nagenoeg onmogelijk – andersom is overigens geen probleem. En moslims die zich laten dopen, kunnen bedreigd worden vanuit hun (voormalige) netwerk. Ook de kerk die aan die doop heeft meegewerkt kan daar danig hinder door ondervinden.

Toch wordt het christenen niet onmogelijk gemaakt om christen te zijn. De overheid voorziet in beveiligers die de kerk moeten beschermen tegen mogelijke aanslagen.

Christenen zijn moedig. Kerkgebouwen zijn duidelijk als kerken herkenbaar, inclusief kruisen en andere christelijke symbolen. Ook zie je in verschillende steden auto’s en riksja’s rondrijden met een ichthus‑ vis erop. Op YouTube en andere social media wordt vrijuit reclame gemaakt voor christelijke bijeenkomsten en christelijke videoboodschappen worden volop verspreid.

Christen zijn in Pakistan is bepaald niet altijd makkelijk, maar zeker niet onmogelijk.

Ontgoochelend verhaal

Op een middag is er een bijeenkomst met de predikanten van een bepaalde classis waar ik op dat moment ben. Ze nemen uitgebreid de tijd voor onderlinge ontmoeting, zang en gebed. Geïnteresseerd vragen de collega’s naar de situatie van de kerk in Nederland. Nu ben ik degene die hun een ontgoochelend verhaal moet vertellen. Nogal wat collega’s blijken namelijk het beeld te hebben dat iedereen in Nederland wel christen is. Ik benoem iets van onze christelijke geschiedenis en geef uitleg over de huidige situatie van de kerk in Nederland, de lege kerk in Europa. Het raakt hen zichtbaar. De vragen branden los: Hoe hebben jullie het als kerk zo ver kunnen laten komen? Wat doen jullie nu dan om al die ‘agnosten’ Jezus te laten ontmoeten? Hoe verspreiden jullie het Evangelie? Wat doen de jongeren? Bidden en vasten jullie wel dan? Hoe kunnen we jullie helpen?

Ter plekke gaan alle collega’s in hun eigen taal luidkeels in gebed. Het ontroert me. Ik versta er uiteraard weinig van, maar minutenlang klinkt er vanuit alle hoeken van de zaal hartstochtelijk gebed, waarin steeds weer de woorden Holland en Netherlands opklinken.

Gebedsdienst

Ik zou hen graag even meegenomen hebben naar Nederland om hen onder te dompelen in de situatie hier en hun om advies te vragen. Van deze moedige christenen zouden wij wel eens veel kunnen leren. Een van de vragen die we bespreken, is op welke manieren wij invulling geven aan onze missionaire roeping. Hoe verspreiden wij het Evangelie eigenlijk aan de mensen om ons heen? Een in Pakistan beproefde manier is het houden van openbare gebedsdiensten. Wekelijks is de kerk op een doordeweekse avond geopend voor een gebeds‑dienst. Tientallen en in sommige plaatsen zelfs honderden mensen komen daar op af. Dit zijn niet alleen christenen – dat zou je wellicht denken – maar ook vele hindoes en moslims schuiven onbekommerd aan. Deze zielen komen met reikhalzend verlangend onder het Woord en krijgen de Naam van Jezus over hen uitgesproken. Vrijuit!

Geloofsgesprekken

Tientallen jaren is de kerk in Pakistan geoefend in het leven als minderheidsgroep. En iedere christen probeert daar op zijn manier mee om te gaan. Ik ontmoet het bestuur van de jeugdvereniging in een grote stad. Zij proberen goed opgeleide christenjongeren in te zetten om achtergestelde christenjongeren te helpen aan een studie of baan.

Het grootste deel van de christenen behoort namelijk economisch tot de onderlaag van de bevolking en discriminatie is iets waar zij dagelijks mee te maken hebben. Tegelijk zijn er echter ook christenen op aanzienlijke posten in bijvoorbeeld het leger en de zakenwereld. Van jongs af aan wordt geleerd om diaconaat in de praktijk te brengen.

Theologische opleidingen laten moslims gebruik maken van hun bibliotheek. Hierdoor wederzijdse geloofsgesprekken ontstaan: Wie is Jezus nu eigenlijk? Is het christendom wel een ‘westerse’ godsdienst?

Moslims vertellen vrijmoedig aan hun buren dat ze genezen zijn door christelijke gebeden. God is aan het werk in Pakistan zeggen de christenen daar. Hoe ze dat merken? Omdat er verdrukking is.

‘Hebben jullie in Nederland het misschien te gemakkelijk gehad’, vragen ze me ‘en zijn jullie daardoor op je lauweren gaan rusten en vergeten te volharden in bidden en vasten?’

Ik weet even niet wat ik moet zeggen. Er is nog veel te leren van onze Pakistaanse broeders en zusters.

Studenten vormen

Dr. Maqsood is seminariedocent. Hij heeft voor studie met zijn gezin meerdere jaren in het buitenland gewoond en is gepromoveerd in Oxford. Waarom is hij weer teruggegaan naar Pakistan? ‘Daar is maar één antwoord op, zegt hij: ‘Roeping’. Voor het geld hoeft hij het niet te doen. Een basisschoolleerkracht krijgt meer loon dan een seminariedocent. En het onderling gekonkel tussen kerkleiders stimuleerde evenmin om terug te komen. Maar dr. Maqsood houdt van zijn land en van zijn mensen. ‘Op dit seminarie vormen wij al jarenlang studenten om het zout en het licht te zijn. Door heel het land vind je geestelijke leiders die door ons zijn opgeleid. Wij bidden, hopen en geloven dat we zo tot zegen mogen zijn voor Pakistan.’ Vroomheid en wetenschap gaan hand in hand. Alle collegedagen beginnen met een dienst in de kapel en iedere vrijdag is een dag van gebed en vasten. ‘Tegelijk stellen we hoge eisen aan de kwaliteit van de papers die studenten schrijven. We hechten aan goed gekwalificeerde docenten en lessen van niveau.’

Het contact met de Nederlandse kerk in de vorm van gastdocentschappen via de GZB draagt daaraan bij. In de ontmoeting vanuit verschillende tradities en culturen rondom dezelfde Bijbel leer je van elkaar. Juist de mix van lokale docenten en een docent van ‘overzee’ helpt de theologiestudenten om relevant te zijn in hun context. ‘Er is nog heel veel werk in ons land te doen, maar soms weet je niet waar te beginnen. Wil je meebidden om wijsheid daarin?’

Jezus verkondigen

Evangelist Aslam is een bescheiden man, maar al snel merk je dat hij een enorme denkkracht heeft. Vragen die hij stelt, een enkele opmerking die hij maakt, daar zit diepte in. Zijn grijze baard verraadt ook dat hij de jongste niet meer is. Als hij na enig aandringen vertelt over zijn leven, raak ik nog meer onder de indruk. Apologetiek heeft zijn hart en is zijn leven. In gebieden waar weinig christenen wonen, probeert hij in contact te komen met de bevolking en mensen aan het denken te zetten door de vragen die hij stelt. Zijn kennis van het Arabisch is indrukwekkend en dat merken de mensen ook.

In het gastcollege dat ik geef via de GZB gaan we onder andere in gesprek over wat het betekent dat Jezus de Zoon van God is. Hoe verwoord je dat op zo’n manier dat mensen daar niet een verkeerd beeld bij krijgen? Op een boeiende wijze weet hij de ene na de andere vergelijking te berde te brengen om maar te kunnen tonen wie Jezus is. Proclameren noemt hij het zelf. Weer zo’n les voor me: je kunt dus ‘verkondigen’ door vragen te stellen. Tegelijk geeft hij zelf aan blij te zijn met gastdocenten uit andere landen: ‘Dan zie je soms iets in, wat je anders niet zag.’

Jongeren toerusten

Ds. Kamran is gespecialiseerd in kerkelijk jeugdwerk. ‘Met onze jongeren hier hebben we vijf aandachtsvelden: educatief, financieel, geestelijk, sociaal en sportief. Dat betekent zowel dat wij de jongeren helpen als dat de jongeren elkaar helpen.

• Educatief: elkaar helpen met huiswerk en bijvoorbeeld het vinden van goede scholing.

• Financieel: soms letterlijk elkaar geld en middelen geven, maar ook leren hoe je verantwoord je inkomsten en uitgaven kunt beheren.

• Geestelijk: geloofsvorming door catechese, gebed, bijbelstudie en niet te vergeten zingen.

• Sociaal: onderling contact en ontmoeting stimuleren, gezellig samen zijn, activiteiten ondernemen, ook met jongeren uit de wijdere regio.

• Sportief: cricket is populair onder de jongeren, al ben ik zelf meer fan van badminton.

In het contact tussen de generaties is er in de Pakistaanse kerk nog veel te winnen. Over en weer is er nog wel eens wat argwaan, soms helaas ook terecht. Hoe hebben jullie in Nederland daar aandacht voor? Welke ruimte krijgen jongeren in het leiderschap bijvoorbeeld?

Een ander zorgpunt zie ik bij onze young professionals. Ze zijn wel bekwaam in hun vakgebied, maar nog niet zo goed toegerust in het christelijk geloof. Ze bewegen zich vaak in een netwerk met andersgelovigen. Dat biedt weliswaar enorme missionaire kansen, maar de jongeren voelen zich vaak verlegen, niet in staat om het geloof van hun ouders of grootouders te verwoorden. Hebben we ze daarvoor genoeg toegerust? Wellicht dat de internationale contacten met medechristenen daarin kunnen helpen.’

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 juni 2020

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Christen in Pakistan

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 juni 2020

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's