Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verlangen naar toewijding

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verlangen naar toewijding

Calvijn over het leven als christen (1)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Calvijn had veel te zeggen over het thema heiliging en navolging van Christus. Het deel uit de Institutie dat gaat over het leven als christen, is zelfs apart uitgegeven onder de titel Het gulden boekske. Welk gouden onderwijs heeft Calvijn voor ons als het gaat om dit onderwerp?

Enkele jaren geleden werd aan de recent overleden Anglicaanse theoloog James I. Packer gevraagd welke boeken de meeste indruk op hem hadden gemaakt. Als eerste noemde hij Calvijns Institutie. Waarom zette Packer dit werk bovenaan? Hij vond hierin een indrukwekkende samenhang van christelijke leer, geloof en vroomheid. In enkele artikelen staan we stil bij de hoofdstukken waarin de hervormer het leven als christen beschrijft.

Institutie

Met de Institutie van Calvijn (1509-1564) staan we bij het brongebied van het gereformeerd protestantisme. Bewust spreken we over de gereformeerde variant ervan, omdat er ook een lutherse tak was die vooral in Duitsland voorkwam. Voor het gereformeerd protestantisme komen we allereerst in Zwitserland terecht, waar Calvijn, de hervormer van Genève, een vooraanstaande plaats innam. Zijn bekendste werk is ongetwijfeld de Institutie of onderwijzing in de christelijke godsdienst. Voor het eerst verscheen dit werk in 1536 als een soort catechismus. Daarna groeide het uit tot een leerboek voor theologische studenten, dat in 1559 zijn definitieve vorm kreeg. Volgens de structuur van de Apostolische Geloofsbelijdenis bespreekt de Institutie het werk van de Vader (boek I), de Zoon (boek II) en de Heilige Geest (boek III en IV). In 2009 verscheen de mooie vertaling van dr. C.A. de Niet, waarvan ik gebruik heb gemaakt.

Christenleven

In het derde boek behandelt Calvijn het werk van de Heilige Geest. Hij begint zijn bespreking met het centrale punt dat Gods Geest de geestelijke verbondenheid met Christus tot stand brengt en deze vervolgens in stand houdt. In dit kader behandelt Calvijn noties als geloof, wedergeboorte en rechtvaardiging.

Na de hoofdstukken over geloof en wedergeboorte volgt een gedeelte over het leven als christen (hoofdstukken 6-10). Opmerkelijk is dat dit gedeelte uit de Institutie in 1550 afzonderlijk, zowel in het Latijn als in het Frans, werd uitgegeven. In het Nederlands verscheen het werk in 1858 onder de titel: Gulden boekske over de regt christelijken wandel, uyt het Hoogduytsch, waarna het vervolgens verschillende keren is herdrukt.

In 2009 werd het werk uitgegeven in de serie Graankorrels, onder de titel Het gulden boekske. Deze titel geeft terecht aan dat het om een beknopt geschrift gaat, waarin binnen de honderd bladzijden geestelijke thema’s als zelfverloochening, kruisdragen en toekomstverwachting aan de orde komen. Waarom is dit gedeelte uit Calvijns hoofdwerk afzonderlijk op de markt gebracht? Het lijkt erop dat deze hoofdstukken in kort bestek en kernachtig enkele belangrijke aspecten van het geestelijke leven verwoorden.

Gods wet?

Het is de vraag waarom Calvijn Gods wet niet ter sprake brengt in dit gedeelte van zijn leerboek. Eerder in de Institutie (boek II) heeft de hervormer immers de Tien Geboden afzonderlijk en uitvoerig behandeld. Daarbij heeft hij benadrukt dat de wet allereerst de zonde openlegt en zo schuldbewust maakt, maar vooral is bedoeld als leidraad voor het christenleven. Calvijn had dus kunnen verwijzen naar zijn eerdere bespreking van de geboden. Aan het begin van hoofdstuk 6 stelt hij inderdaad dat het christenzijn goed omschreven kan worden als een nieuw leven in het spoor van Gods geboden. Ter vergelijking kunnen we denken aan het derde deel van de Heidelbergse Catechismus, dat het leven van de dankbaarheid bespreekt. Daarvan vormen gebod en gebed de twee centrale aspecten.

De reden dat Calvijn toch nog enkele andere noties inbrengt, is dat we blijkbaar geestelijk traag zijn en daarom volgens hem ‘veel aansporing en ondersteuning nodig hebben’. Met deze woorden bedoelt hij dat het geloofsleven inderdaad gehoorzaamheid aan Gods gebod kent, maar dat verschillende motieven nodig zijn om christenen op die weg te brengen en hen er vervolgens op te houden. Calvijn zal drie motieven noemen: heiligheid, gelijkvormigheid en dankbaarheid. Eigenlijk zijn drie motieven volgens hem veel te weinig om het christenleven te omschrijven, want het onderwerp is zo veelzijdig dat hij makkelijk een dik boek zou kunnen schrijven over deze thematiek. Toch kiest hij voor beknoptheid.

Heiligheid

Het eerste motief voor het christenleven is heiligheid, waarmee direct het unieke van elke gelovige is aangegeven. Hij is namelijk nauw met God verbonden en dat heeft directe gevolgen voor zijn dagelijkse leven. Zo is hij geroepen om zijn God in een christelijke levensstijl te weerspiegelen, allereerst in heiligheid. Met het oog op deze roeping wijst Calvijn op het bijbelwoord Leviticus 19:1 dat in het Nieuwe Testament, in 1 Petrus 1:16, opnieuw klinkt: ‘Wees heilig, want Ik ben heilig.’ Het nauwe verband is duidelijk: omdat God heilig is, dient Zijn volk ook heilig te zijn. In zijn derde Schriftcitaat wijst Calvijn op de toekomst, want de eigenheid van het nieuwe Jeruzalem is haar heiligheid, waardoor niets onreins mag binnenkomen (Open.21:10,27). Calvijn bedoelt niet dat heiligheid een soort voorwaarde is om tot gemeenschap met de Heere te komen. Het gevaar van verdienste ligt dan op de loer en dit wil de hervormer op allerlei manieren tegengaan. Hij wil juist aangeven dat de omgang met God niet samen kan gaan met ongerechtigheid en onreinheid, maar met de heiligheid die in Zijn wet zichtbaar wordt.

Gelijkvormigheid

Op de vraag hoe Gods heiligheid zichtbaar wordt in het christenleven, kunnen we vervolgens wijzen op Gods geboden. Toch slaan we dan volgens Calvijn een belangrijk tweede motief over en dat is de gelijkvormigheid aan Christus. Hij omschrijft deze gelijkvormigheid als volgt:

‘En om ons nog meer daartoe op te wekken laat de Schrift zien dat God de Vader ons niet alleen met Zich verzoend heeft in Zijn Gezalfde, maar ons in Hem ook het beeld getekend heeft waaraan wij naar Zijn wil gelijkvormig moeten worden.’

Op dit punt komt een belangrijk verschil met de heidense leefwijze aan het licht. Heidense filosofen riepen ook op tot een humane levensstijl, maar zij kwamen niet verder dan opwekkingen om de menselijke natuur met menselijke middelen te ontwikkelen. Zoals we zagen, wijst de Bijbel de mens volgens Calvijn op de compleet andere richting van de heiligheid. Het onoverkomelijke probleem is echter dat niemand deze kan weerspiegelen, want elk mens is zondaar geworden en heeft verlossing nodig.

Hier komen we bij Calvijns tweede kernmotief voor het christenleven: de Verlosser Jezus Christus is tegelijk het grote Voorbeeld van een heilig en toegewijd leven. De hervormer verwerkt hier wat de Bijbel zegt over Gods grote doel met de Zijnen: de gelijkvormigheid aan de Zoon (Rom.8:29). Hij bedoelt dat een leven in gehoorzaamheid aan Gods geboden alleen mogelijk is vanuit de gemeenschap met Christus en de navolging van Hem. Christenzijn in de praktijk betekent immers dat het beeld van Christus zichtbaar wordt.

Dankbaarheid

De genoemde motieven heiligheid en gelijkvormigheid kunnen de indruk geven dat het leven als christen erg intensief en daarom onaantrekkelijk is. Het derde motief dat Calvijn noemt, geeft echter aan in welke sfeer het geestelijke leven staat: die van de dankbaarheid. We kunnen dit vergelijken met het derde deel van de Heidelbergse Catechismus, waarin het christenleven plaats krijgt in het stuk van de dankbaarheid. Calvijn verbindt de christelijke dankbaarheid aan de drie-enige God. Als God Vader wordt genoemd, is het dan niet ondankbaar wanneer Zijn kinderen niet als kinderen leven? Als Christus de gelovigen heeft gereinigd van hun zonden, is het dan niet ondankbaar als ze zich opnieuw geestelijk bevuilen? Als Hij Hoofd in de hemel is, ligt het dan niet voor de hand om de heilige hemelse dingen te zoeken en niet de aardse en zondige (Kol.3:1- 2)? Als de Heilige Geest gelovigen tot tempels maakt waarin Hij woont, moeten zij er dan niet voor zorgen dat hun lichamen zuiver en ongeschonden blijven? Dagelijkse dankbaarheid voor Gods verlossing is dus een belangrijk motief om als christen te leven.

Oprechtheid

Calvijn is pastoraal als hij opmerkt dat het christenleven nog onvolmaakt is. Als God namelijk een volmaakte heiligheid zou vragen, zou er geen kerk kunnen zijn en zouden er evenmin christenen kunnen bestaan. Toch wil de hervormer het streven naar volmaaktheid wel stimuleren. Ook al is de geestelijke kracht van gelovigen klein, toch worden ze geroepen om elke dag een stukje verder te komen op de weg.

Het gevaar is namelijk aanwezig om God met een halve toewijding tevreden te willen stellen. Gelukkig geeft daarbij niet zozeer het bereikte resultaat van het christenzijn de doorslag, maar de oprechtheid van hart, dat is het verlangen naar toewijding die het totale leven doortrekt:

‘Met dat woord bedoelt Hij een eenvoud en zuiverheid van gemoed die vrij is van schone schijn of huichelarij en waarvan het tegenovergestelde dubbelhartigheid is. Hij wil daarmee als het ware zeggen dat het een geestelijk beginsel om op de juiste wijze te leven is, wanneer het diepste verlangen van het hart aan God toegewijd wordt om oprecht heiligheid en gerechtigheid te betrachten.’

Calvijn wekt zijn lezers op om de geloofsweg in deze oprechtheid en met het einddoel voor ogen te volgen.

Hart en leven

Het gedeelte over het christenleven geeft ons in kort bestek zicht op de bedoeling van Calvijns Institutie. Centraal in zijn leerboek staat het onderwijs over het werk van God drie-enig. De geloofskennis van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest raakt het hart en vernieuwt de mens van binnenuit. Deze innerlijke verandering wordt vervolgens zichtbaar in een christenleven volgens Gods bedoeling en daarbij vormen heiligheid, gelijkvormigheid aan Christus en dankbaarheid drie centrale motieven. Calvijns bedoeling is de beoefening van de bijbelse vroomheid als een hartelijk, toegewijd en eerbiedig leven met God. De volgende keer zien we dat het onderwijs van Christus hierbij centraal staat.


Toegewijd leven

In vier artikelen belichten we Calvijns visie op toegewijd leven als christen.

1. Motieven

2. Zelfverloochening

3. Kruisdragen

4. Gericht op Gods toekomst

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 oktober 2020

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Verlangen naar toewijding

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 oktober 2020

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's