Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gericht op Gods toekomst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gericht op Gods toekomst

Calvijn over het leven als christen (4, slot)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De gebeden van Calvijn eindigen vaak met een verwijzing naar Gods toekomst, waarin alle voorlopigheid en gebrokenheid verdwenen zullen zijn. Ze hebben een eschatologische spits. Ook in zijn beschrijving van het christenleven komt deze toekomstgerichtheid sterk naar voren.

Calvijn sluit zijn beschrijving van het christenleven af met een toekomstgericht hoofdstuk: ‘Over de overdenking van het toekomende leven’. Hoe komt een gelovige tot deze geestelijke verwachting? Een dergelijke levenshouding is namelijk volgens hem bepaald geen vanzelfsprekendheid, want wij mensen houden van nature bijzonder van dit tijdelijke leven.

Vluchtig leven

Concreet bedoelt de hervormer dat we zo bezig kunnen zijn met aardse zaken als geld, eer en genot dat we graag ons blijvende geluk in deze wereld zoeken. Op de vraag hoe dit verandert, biedt het Evangelie het geneesmiddel. Het geloof in Christus geeft vergeving, vernieuwing én hoop op het toekomstige leven. Calvijn laat dit hoofdstuk helemaal aansluiten bij het kruisdragen door te stellen dat God een middel heeft om onze overdreven liefde tot het aardse tegen te gaan: tegenspoed en tegenslag. Vorige keer zagen we dat kruisdagen een oefening is in geloof en volharding in het spoor van Christus. Nu blijkt er nog een ander doel te zijn: ‘Dan hebben dus pas werkelijk baat bij de leerschool van het kruis, wanneer wij leren dat dit leven, wanneer het op zijn eigen waarde geschat wordt, rusteloos, vol verwarring, op talloze manieren ongelukkig en in geen enkel opzicht echt gelukkig is; dat alles wat als de goede dingen van het leven beschouwd wordt, onzeker, onbestendig, vergankelijk en met veel kwaad vermengd en bezoedeld is.’

God geeft het kruis om de gelovigen te bepalen bij hun vluchtige en vaak vruchteloze aardse bestaan. Deze verachting van het tegenwoordige leven is geen doel op zich, maar dient het verlangen naar de volmaaktheid.

Levensvisie

Het zou eigenlijk voor de hand moeten liggen dat wij mensen onze vergankelijkheid beseffen, want de dood is aan alle kanten om ons heen. Toch leven velen volgens Calvijn alsof ze de onsterfelijkheid bezitten. Na een begrafenis bijvoorbeeld gaat het leven vaak weer vlug verder zonder dat de menselijke broosheid echte indruk heeft gemaakt. Ook een christen dreigt gemakkelijk in de ban te raken van allerlei aantrekkelijke aardse zaken. Daarom dient hij voortdurend teruggeroepen te worden tot de goede visie op het leven. Calvijn is op dit punt namelijk radicaal: ‘de aarde moet ofwel haar waarde voor ons verliezen, ofwel ons in een onbeheerste liefde tot haar gevangen houden.’

Het lijkt erop dat Calvijn een nogal negatieve visie op het aardse leven heeft. Gaat hij zo niet te veel voorbij aan het goede dat de Heere geeft? De hervormer antwoordt op deze vraag door te stellen dat levensverachting niet moet leiden tot afkeer en ondankbaarheid ten opzichte van God. Behalve de ellende die we op aarde vaak tegenkomen, zijn er tegelijk veel zegeningen, zoals het dagelijkse levenslicht en allerlei middelen die ons leven in stand houden. Voor gelovigen is er nog een diepere dimensie, omdat goede gaven tekenen zijn van Gods goedheid en voorproefjes van de toekomstige glorie. Ze dienen dan ook het verlangen naar de volmaaktheid te stimuleren.

Wachtpost

We proeven de spanning in Calvijns gedachtegang. Het aardse leven is op zichzelf genomen niets waard en het is dan ook niet vreemd dat gevoelige naturen in de wanhoop terecht zijn gekomen. Voor een christen komt hier nog een belangrijke dimensie bij: het licht van het toekomstige leven. De onzekerheid van het aardse leven dient het verlangen naar Gods toekomst te stimuleren. Omgekeerd verliest dit leven in vergelijking met het toekomstige zijn waarde: ‘Want als de hemel het vaderland is, wat is de aarde anders dan een oord van ballingschap? Als afreizen uit de wereld ingaan in het leven is, wat is de wereld dan anders dan een graf? Wat is in de wereld vertoeven anders dan verzonken liggen in de dood?’

Deze forse woorden vragen om twee kanttekeningen. Ten eerste richt de minachting zich eigenlijk niet tegen het leven zelf, maar tegen de zonde die steeds weer ellende, pijn, teleurstelling en dood veroorzaakt. Ten tweede heeft een christen in de gebrokenheid op aarde de roeping om in liefde volgens Gods wil te leven. Calvijn gebruikt in dit verband het bekende beeld van een wachtpost. Hoewel de wachter uitziet naar het moment van zijn aflossing, blijft hij trouw en gehoorzaam op zijn post. Hoezeer de gerichtheid op Gods toekomst ook weegt, het hangt van Gods leiding af wanneer het moment van de aflossing aanbreekt.

Dood

Gezien de toekomstgerichtheid van het geloof verbaast het Calvijn hoeveel christenen de dood voor zich uitschuiven. De reden hiervan is ongetwijfeld angst. Hij vraagt zich echter af of er dan niet meer verlangen is naar het vaderland. De tegenreactie kan zijn dat een mens graag wil blijven leven. Hoewel de hervormer toegeeft dat we vastgekleefd zijn aan al het aardse, de bijbelse notie van verlangen geeft hem des te meer reden om uit te zien naar het eeuwige leven. De nauwe samenhang van christenleven en toekomstverwachting brengt Calvijn tot de treffende uitspraak: ‘Laten we echter dit voor vastgesteld houden dat niemand vorderingen maakt in de school van Christus als hij niet met blijdschap uitziet naar de dag van zijn dood en die van de opstanding.’

Calvijn kan deze verregaande woorden schrijven doordat hij de overdenking van het toekomende leven in nauwe samenhang ziet met het kruisdragen. Hoe sterker gelovigen worden geconfronteerd met tegenslag en vervolging, hoe sterker ze zullen uitzien naar de tijd dat God alle tranen van de ogen zal afwissen.

Maat

In het licht van dit sterke toekomstperspectief is de vraag op welke manier christenen moeten leven.

Calvijn gebruikt hiervoor het beeld van een pelgrimsreis. Als gelovigen op doorreis zijn in deze wereld, moeten ze ervoor zorgen dat aardse zaken geen belemmering vormen maar eerder bevorderlijk werken. Calvijn beseft dat er op dit punt twee gevaren zijn.

Enerzijds gaat men de bijbelse grens over door dermate streng te worden dat er uiteindelijk alleen nog water en brood overblijven. Een belangrijke regel is echter om het doel te zien dat God met Zijn gaven voorheeft.

Concreet houdt dit het volgende in: Voedsel is nodig, maar we mogen er ook dankbaar en blij van genieten. Kleding kunnen we evenmin missen, maar we mogen ook letten op sierlijkheid. Gewassen en vruchten zijn bestemd voor menselijk gebruik én trekken aan door de geuren en kleuren ervan. Calvijn geeft duidelijk dus ruimte aan het genieten, want God heeft ervoor gezorgd dat allerlei dingen aantrekkingskracht bezitten. Daarom is het zeker Gods bedoeling niet dat de mens op een blok hout lijkt dat niets ziet, ruikt en voelt.

Anderzijds ziet Calvijn niet minder het gevaar van een ongebonden vrijheid, die al vlug overdadigheid tot gevolg heeft. Dat is evenmin Gods bedoeling.

Overdreven aandacht voor aardse zaken leidt immers al vlug tot een leven waarin dankbaarheid aan God, afhankelijkheid van Hem en aandacht voor de geloofswerkelijkheid grotendeels verdwenen zijn. Al pleit Calvijn dus voor evenwicht, het zwaartepunt valt voor hem op maat en soberheid. Samengevat dienen aardse zaken hulpmiddelen te zijn op weg naar de hemelse heerlijkheid en geen struikelblokken.

Tevredenheid en roeping

Enkele kernwoorden omschrijven volgens Calvijn de goede christelijke levenshouding. Het eerste is tevredenheid, de geestelijke houding die in alle omstandigheden op Gods goede hand let. Wie tevredenheid mist, wordt in tegenspoed al vlug onrustig en verteerd door het verlangen naar meer. In voorspoed zijn juist misbruik en hoogmoed vaak een gevaar. Verder gaat tevredenheid samen met rentmeesterschap, dat aardse zaken goed gebruikt, daarbij de naaste niet vergeet en bij de zonde wegblijft.

Calvijn wijst eveneens op de betekenis van de christelijke roeping. Het bevordert de rust als ieder christen leeft bij zijn door God gegeven levensroeping of beroep. Wie een onopvallend leven leidt, hoeft zich dan niet koste wat het kost omhoog te werken, terwijl iemand op een verantwoordelijke positie zich bemoedigd mag weten door hulp van de Heere. Het gaat erom Hem te dienen op de plaats waar Hij je heeft gesteld.

Goed begrip

Calvijns negatieve woorden over het aardse leven kunnen tot verkeerde gedachten leiden als ze niet in het juiste verband worden geplaatst. Zeker in onze tijd, waarin de focus op het leven hier en nu alleen maar sterker is geworden.

Ten eerste heeft de hervormer zwaar getild aan de doorwerking van de zonde die op allerlei manieren tastbaar is in de gebrokenheid van velen. Is dat niet een notie die we op allerlei manieren in het bijbelboek Prediker aantreffen? In toegespitste zin komt deze ellende naar voren in het lijden om Christus’ Naam.

Ten tweede staan Calvijns uitspraken in het licht van Gods toekomstige heerlijkheid. De christelijke hoop heeft volgens hem als gevolg dat gelovigen ‘vreemdelingen en bijwoners’ zijn (Hebr.11:13), die zich daarom niet moeten laten ophouden door de verleidingen van voorspoed of tegenspoed. Sterker dan de hervormer doet, verkondigen Schriftwoorden dat de verwachting van de toekomstige verlossing kracht, moed en volharding geeft om in het heden de Heere te dienen (2 Kor.4).

Tegelijk stelt Calvijn terecht dat er in dit gebroken leven voldoende goede gaven van God zijn waarvan we dankbaar en blij mogen genieten. Het zijn voorproefjes van de toekomst: de eeuwigdurende gemeenschap met Hem.


Toegewijd leven

In vier artikelen belichten we Calvijns visie op toegewijd leven als christen.

1. Motieven

2. Zelfverloochening

3. Kruisdragen

4. Gericht op Gods toekomst

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 november 2020

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Gericht op Gods toekomst

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 november 2020

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's