Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Over de toepassing van het heil - John Flavel (ca. 1630-1691) - 180

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Over de toepassing van het heil - John Flavel (ca. 1630-1691) - 180

Hoofdstuk 27 – De zonde gedood (3) Maar die van Christus zijn, hebben het vlees gekruist met de bewegingen en begeerlijkheden. Galaten 5:24

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het kruisigen van de zonde houdt noodzakelijkerwijs in dat haar heerschappij in de ziel omvergeworpen wordt. Een gedode zonde kan geen heersende zonde zijn (Rom. 6:12-14). Twee dingen vormen de heerschappij van de zonde, namelijk haar volle kracht, en de onderwerping van de ziel daaraan. Wat de volheid van haar kracht betreft: die komt daaruit voort dat zij past bij het verdorven hart van de mens en er genoegen aan schenkt. Die kracht schijnt even nodig als de rechterhand, en even nuttig en aangenaam als het rechteroog (Matth. 5:29). Maar een hart dat der zonde afgestorven is, is dood voor alle genoegens en voordelen van de zonde: het heeft er geen behagen of vreugde in en de zonde wordt haar tot een dagelijkse last en klacht.

Het doden van de zonde vooronderstelt de verlichting van de geest en de overtuiging van het geweten. Daarom kan de zonde de geest niet misleiden en verblinden; zij kan de wil niet betoveren en de genegenheden niet verstrikken, zoals zij dat gewoon was te doen, en dus verliest zij haar macht over de ziel en wordt die macht vernietigd.

Het kruisigen van het vlees houdt in dat de kracht van de zonde in de ziel geleidelijk afneemt. De dood aan het kruis was een langzame dood. Iemand die gekruisigd was, werd van uur tot uur zwakker. Zo is het ook in het doden van zonde. De ziel is aldoor bezig zich te reinigen van alle besmetting des vleses en des geestes, voleindigende de heiligmaking in de vreze Gods (2 Kor. 7:1). Zoals het lichaam der zonde almaar zwakker wordt gemaakt, wordt ook de inwendige mens, de nieuwe schepping, vernieuwd van dag tot dag (2 Kor. 4:16). Immers, de heiligmaking is een voortgaand werk van de Geest. In de mate waarin de heiligheid toeneemt en steeds dieper wortelt in de ziel, nemen de kracht en de invloed van de zonde af en zinkt zij steeds dieper weg totdat zij ten laatste in de overwinning wordt verzwolgen.

Het kruisigen van het vlees vestigt onze aandacht erop dat het de bedoeling van elke gelovige is alle geestelijke middelen en geheiligde instrumenten te gebruiken om de zonde te vernietigen. Er is niets in deze wereld waarnaar een gelovig hart vuriger verlangt dan dat de zonde wordt gedood en het er volkomen van wordt bevrijd (Rom. 7:24). De oprechtheid van dit verlangen komt dan ook daarin tot uiting dat de gelovige elke dag Gods middelen ter genezing gebruikt. Zulke mensen wachten zich elke dag voor de dingen die aanleiding zijn tot zondigen. Job 31:1: Ik heb een verbond gemaakt met mijn ogen. Er is een méér dan gewone waakzaamheid aangaande hun bijzondere of eigen zonde. Psalm 18:24: Ik wachtte mij voor mijn ongerechtigheid. Er is een ernstig roepen naar de hemel om voorkómende genade. Psalm 19:14: Houd Uw knecht ook terug van trotsheden; laat ze niet over mij heersen. Er is een diepe verootmoediging van de ziel voor zonden in het verleden, en dat is een uitnemend middel om zonden in de toekomst te voorkomen. 2 Korinthe 7:11: …gij zijt bedroefd geworden naar God: hoe grote naarstigheid heeft het in u gewrocht! Er is de zorg om hetgeen de zonde wil, niet te bevorderen of te begunstigen, door het vlees te voeden om zijn lusten te volbrengen, zoals anderen dat doen (Rom. 13:13, 14). Er is de gewilligheid om nodige terechtwijzingen vanwege de zonde te verdragen: De rechtvaardige sla mij, het zal weldadigheid zijn (Ps. 141:5).

Een wedergeboren ziel maakt elke dag gebruik van deze en soortgelijke middelen om de zonde te doden en zij past ze toe.

Tot zover dan over het eerste punt: wat het doden van de zonde, of het kruisigen van het vlees inhoudt.

Het tweede. Nu zullen we de redenen onderzoeken waarom dit werk van de Geest met de figuurlijke uitdrukking van het ’kruisigen van het vlees’ wordt aangeduid. Welnu, de grond en reden van het gebruik van deze uitdrukking is de gelijkenis die het doden van de zonde heeft met de dood aan het kruis. Dat blijkt uit vijf bijzonderheden.

De dood aan het kruis was een pijnlijke dood, en het doden van de zonde is een heel pijnlijk werk. Het is als het afhouwen van onze rechterhand en het uitrukken van ons rechteroog (Matth. 5:29). Het zal vele duizenden tranen en zuchten kosten, gebeden, een krachtig roepen tot de hemel, voordat er één zonde zal worden gedood. Omdat dit werk zo moeilijk is - en voornamelijk hierom - zegt de Schrift dat de weg nauw is, en de poort eng, die tot het leven leidt, en dat er weinigen zijn die dezelve vinden (Matth. 7:14); en ook dat de rechtvaardigen zelf nauwelijks zalig worden.

De dood aan het kruis was pijnlijk in alles. Elk lichaamsdeel, elk zintuig, elke pees en elke zenuw was aan een martelende pijn onderhevig. Zo is het ook bij het doden van de zonde: het is niet dit of dat bijzondere deel, deze of die daad, maar het gehele lichaam der zonde moet tenietgedaan worden (Rom. 6:6); en dus is er strijd in elk vermogen van de ziel. Gods Geest, door Wiens hand de zonde wordt gedood, strijdt immers niet tegen deze of die bijzondere begeerte, maar tegen de zonde als zonde - en om die reden tegen elke zonde in elk vermogen van de ziel; en dus is er strijd en angst in elk deel.

De dood aan het kruis was een langzame dood. Aan hem die deze dood onderging, werd de gunst van een snelle dood ontzegd. Net zo is het met de dood van de zonde. Ook al doodt Gods Geest de zonde van dag tot dag, dan wordt toch door de droeve ervaring van alle gelovigen op aarde de waarheid bevestigd dat het sterven van de zonde een lang sterven is. En als we ernaar vragen waarom God het, bij al het andere, zo beschikt, schijnt één reden te zijn dat de verdorvenheden in de gelovigen, net als de Kanaänieten in het land van Israël, worden overgelaten om Gods volk te beproeven en te oefenen. Het is om ons waakzaam te laten blijven, dat we zullen bidden, treuren en geloven, ja, opdat we ons al onze dagen over de rijkdom van vergevende en voorkómende genade zullen verwonderen, en we die zullen prijzen.

(wordt vervolgd)

© 2008 Den Hertog B.V., Houten.

Geschonken genade

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 mei 2020

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Over de toepassing van het heil - John Flavel (ca. 1630-1691) - 180

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 mei 2020

De Wachter Sions | 12 Pagina's