Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De waarde van de belijdenisgeschriften

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De waarde van de belijdenisgeschriften

7 minuten leestijd

Van tijd tot tijd duikt de vraag op. Dat kan zijn tijdens een gewone catechisatie of bij een huisbezoek. Maar het kan ook zijn onder invloed van Evangelische kringen, forums e.d. dat de vraag herhaald wordt. Waarom hebben we eigenlijk belijdenisgeschriften? We hebben toch Gods Woord? Is dat dan niet genoeg? Hebben we met de belijdenisgeschriften niet een soort papieren paus, die uitmaakt hoe je Gods Woord moet lezen? Is de belijdenis niet een keurslijf voor een onbevangen exegese van Gods Woord?

Deze vragen worden niet voor de eerste keer gesteld. De Remonstranten wilden vóór en tijdens de Dordtse synode (1618-1619) nadrukkelijk de inhoud van de Nederlandse Geloofsbelijdenis (1561) en de Heidelbergse Catechismus (1563) ter discussie stellen. De vragen zijn te vergelijken met nieuwe wegen, aangelegd op oude sporen. 1 In dit artikel willen we iets over het ontstaan, de inhoud en het belang van de belijdenisgeschriften aanstippen. We betrekken daarbij ook de geloofsbelijdenissen uit de eerste eeuwen. 2

Het ontstaan van de belijdenisgeschriften

1. Allereerst is het goed om te letten op het ontstaan van sommige geloofsbelijdenissen. We denken aan de zogenaamde Twaalf artikelen. Deze zijn ontstaan uit de doopformule die Jezus Zijn discipelen heeft opgedragen. Deze belijdenis is daarmee zeer nauw verwant met het optreden van Jezus Zelf en de woorden die Hij letterlijk gesproken heeft.

Het was voor de kerk in deze eerste eeuwen een zaak van leven of dood om deze belijdenis af te leggen. Belijders werden soms nadrukkelijk voor de keus gesteld: wilt u deze belijdenis afzweren of wilt u voor deze belijdenis sterven? Velen bleven staande: de belijdenis die ze uitspraken was voor hen een zaak van leven of dood.

2. Iets soortgelijks zien we als het gaat over de Nederlandse geloofs- belijdenis. Guido de Brès vertaalde deze uit het Frans. Hij wilde aan koning Filips II duidelijk maken dat de belijders van de Gereformeerde leer geen doperse opstandelingen waren, maar trouwe onderdanen van de vorst. Ook hij heeft dit belijden moeten bekopen met zijn leven.

Zo dragen sommige belijdenisgeschriften de rook van brandstapel met zich mee, of zijn de bloedspatten van de schavotten op de kaften achtergebleven. (Het mag ons als nageslacht wel bescheiden maken in de beoordeling van de belijdenisgeschriften).

3. Voorts is het van groot belang om te overwegen dat enkele belijdenisgeschriften geschreven zijn in een tijd dat dwalingen de kerk dreigden te verscheuren. Tot behoud van de eenheid van de kerk was het dwingend noodzakelijk om de leer van Gods Woord helder te vertolken. Daarbij ging het niet om kleine dingen, maar om zaken van eeuwigheidsbelang. We denken aan Franciscus Gomarus (1563-1641). In de aanloop naar de Dordtse synode moest hij de degens kruisen met Jacobus Arminius (1560-1609), de voorman van de Remonstranten. Hij drong aan op het samenroepen van een synode en het bespreken van de geschillen. Tijdens de conferentie voor de hoge raad in 1608 gaf Gomarus aan dat er met Arminius verschillen bestonden ”in ’t fondament der Saligheyt”. Hij sprak dat hij met dit gevoelen voor het oordeel Gods niet zou durven verschijnen. 3

De inhoud van de belijdenisgeschriften

De onverzettelijke houding van het voorgeslacht had te maken met de ínhoud van de belijdenisgeschriften. De belijdenisgeschriften die wij onderschrijven, zijn alle een systematische weergave van het Woord van God. Heel mooi is dat zichtbaar te maken in bijvoorbeeld een uitgave van de Heidelbergse Catechismus, waarin bij elke vraag soms tientallen teksten uit het Woord van God als onderbouwing worden gegeven. Verder zien we soms dat een belijdenisartikel voor een deel een opsomming van teksten uit Gods Woord is (bijv. NGB art.14). Paragraaf I,2 uit de Dordtse leerregels vind ik daarvan het mooiste voorbeeld: ”Maar hierin is de liefde Gods geopenbaard, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon in de wereld gezonden heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe (1 Joh. 4:9; Joh. 3:16).”

Dat is dan ook de kracht van onze belijdenisgeschriften. Belijdenisgeschriften willen niet meer en niet minder dan een systematische weergave van de inhoud van Gods Woord zijn. In elk belijdenisgeschrift horen we de echo van het Woord van God.

Het gezag van de belijdenisgeschriften

Hebben de belijdenisgeschriften dan hetzelfde gezag als het Woord van God? Ja en nee. Nee, als het gaat om de absoluutheid van het gezag. Alleen Gods Woord is door de Heilige Geest geïnspireerd. Wij buigen onder het gezag van elk woord uit het Woord, want het is Gods Woord. Dat kunnen we niet op dezelfde manier van de belijdenisgeschriften zeggen. Wat we echter wel kunnen zeggen, is dat de belijdenisgeschriften zoals we deze onderschrijven, geheel op Gods Woord gegrond zijn.

Zij zijn in deze vorm ook door de kerk aanvaard. Bij het afleggen van openbare geloofsbelijdenis verbinden wij ons dan ook aan de inhoud van de belijdenisgeschriften. Vrijwillig verbinden we ons aan de inhoud van de Drie Formulieren van Enigheid, omdat we de diepe overtuiging hebben dat ze op Gods Woord gegrond zijn.

We hebben daarmee niet meer de ruimte om van uitspraken uit de belijdenis te zeggen: ”Ik denk daar toch anders over.” Nee, we hebben ons onderworpen aan de leer der kerk – zoals een van de belijdenisvragen dat zo uitdrukt – en daarmee ook aan de Drie Formulieren van Enigheid.

De noodzaak van de belijdenisgeschriften

Bij de beschrijving van het ontstaan van de belijdenisgeschriften kwam ook ons derde punt, de noodzaak van de belijdenisgeschriften, reeds om de hoek kijken. We noemen in het kort nog enige andere argumenten die de noodzaak van belijdenisgeschriften aantonen.

a. Belijdenisgeschriften zijn een getuigenis naar buiten, naar hen die niet tot de kerk behoren. We noemden reeds het voorbeeld van Guido de Brès.

b. Belijdenisgeschriften zijn noodzakelijk vanwege de bedrieglijkheid van ons eigen hart. Ons verstand over God en Goddelijke zaken is gering en bovendien door de zonde verduisterd. Ons hart is tot elke zonde geneigd, en daarmee ook tot een leugenleer. Dat maakt het noodzakelijk voor elk mens om beschermd te worden tegen dwalingen van buiten, maar ook tegen dwalingen vanuit het eigen hart.

c. Er is een Bijbelse opdracht om de inhoud, de leer van Gods Woord door te geven aan een volgende generatie. De eis tot overdracht is in Gods Woord verankerd. 4 De be lijdenisgeschriften bieden een houvast om deze leer systematisch door te geven.

d. De belijdenisgeschriften bevorderen de eenheid van Gods kerk. Spottend is over de Drie Formulieren van Enigheid wel eens gezegd dat het formulieren van ’onenigheid’ zijn. In de praktijk biedt het echter houvast aan allen die de leer van Gods Woord van harte onderschrijven. Dat kan ook gelden over kerkmuren heen: wanneer met hen die buiten ons zijn soms de hartelijke verbondenheid aan de leer der waarheid wordt gevonden, toont dat eenheid.

e. Tenslotte zijn de Drie Formulieren van Enigheid richtlijn voor alle ambtsdragers, die bij de aanvaarding van hun ambt nog een keer nadrukkelijk ondertekenen dat ze alles zullen doen wat in hun vermogen ligt om de leer van Gods Woord en de Drie Formulieren van Enigheid te bevorderen. Deze eenheid biedt houvast op kerkelijke vergaderingen bij allerlei handelingen waarbij de leer van Gods Woord is betrokken.

Een oproep

Elke zondag wordt in al onze gemeenten een van de Drie Formulieren van Enigheid, namelijk de Heidelbergse Catechismus, behandeld. In een aantal gemeenten wordt met de oudere catechisanten de Neder-landse Geloofsbelijdenis en de Dordtse Leerregels behandeld. Een vraag ter afsluiting en ter over

Een vraag ter afsluiting en ter overweging. Hoe gaan we als belíjdende leden met onze Nederlandse Geloofsbelijdenis en onze Dordtse Leerregels om? Zijn zij in het heden nog op enigerlei wijze voorwerp van onze aandacht? De belijdenisgeschriften der kerk zijn het onderzoek waard. Ook als we geen catechisant meer zijn.

Noten

1. In 1968 verscheen van de hand van de gebroeders J.H. en W.H. Velema het boekje ”Nieuwe wegen oude sporen”.

2. De Apostolische geloofsbelijdenis (de 12 artikelen), de Geloofsbelijdenis van Nicéa en de Geloofsbelijdenis van Athanasius.

3. Dr. G.P. van Itterzon, Franciscus Gomarus, Groningen-Castricum, 1979, p. 119-128

4. We verwijzen naar ons artikel over de Noodzaak van de catechese in DWS van 3 september jl.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 september 2020

De Wachter Sions | 12 Pagina's

De waarde van de belijdenisgeschriften

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 september 2020

De Wachter Sions | 12 Pagina's