Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Petrus, een visser van mensen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Petrus, een visser van mensen

22. Grote wonderen

4 minuten leestijd

De vervolging tegen de christenen leek voorbij te zijn. In heel het land van Israël kwamen nu kleine gemeenten voor: in Judéa, in Samaría en in Galiléa. De Heere zegende het werk van de apostelen en steeds meer mensen kwamen tot bekering. Ook de apostel Petrus bezocht de gemeenten om die te versterken in het geloof. Zo kwam hij op zekere dag in een dorpje aan dat Lydda heette, niet ver van de havenstad Joppe (nu Jafo), waar een kleine christengemeente was. In de Bijbel staat dat hij afkwam tot de heiligen (Hand. 9:32).

In deze plaats ontmoette hij een zekere Enéas, een man die al acht jaren lam was en zich bijna niet meer bewegen kon. Maar er ging met hem een groot wonder gebeuren. Toen Petrus hem zag, ging hij naar hem toe en sprak: Enéas, Jezus Christus maakt u gezond; sta op en spreid uzelven het bed (vers 34). Op datzelfde ogenblik stond de lamme man onmiddellijk op en verliet zijn bed waarop hij zoveel jaren machteloos had neergelegen. Iedereen zag het met grote verbazing aan en veel mensen die in Lydda en in de nabijgelegen kustvlakte van Saron woonden en die zich mogelijk tot dusver wat afzijdig hadden gehouden, kwamen door dat grote wonder tot het geloof in de Heere Jezus.

Terwijl Petrus in Lydda verkeerde, kreeg hij een boodschap vanuit Joppe om naar die havenplaats te komen. Ook daar was een bloeiende christengemeente ontstaan die juist tijdens Petrus’ bezoek aan Lydda in grote droefheid verkeerde. Zojuist was er een vrouw gestorven die Tabítha of Dorkas heette, een ware discipelin van de Heere Jezus. Zij toonde haar geloof uit haar werken, want we lezen in de Bijbel van haar: Deze was vol van goede werken en aalmoezen, die ze deed (vers 36). Geen wonder dat, toen zij na een korte, ernstige ziekte overleed, de gemeente in diepe rouw verkeerde. En dan lezen we iets heel opmerkelijks, iets heel uitzonderlijks. Vanuit de gemeente van Joppe werden er twee mannen naar Lydda gestuurd om aan Petrus te vragen of hij hun gemeente onmiddellijk zou willen bezoeken. Petrus deed wat zij van hem verlangden en ging meteen met hen mee. Toen hij in de gemeente van Joppe kwam, brachten zij hem naar de opperzaal waar de overleden weldoenster lag en al de weduwen stonden bij hem, wenende en tonende de rokken en klederen, die Dorkas gemaakt had als zij bij haar was (vers 39).

Waarom was Petrus eigenlijk geroepen? Tabítha was toch overleden? Als zij ziek was geweest, hadden ze hem kunnen roepen om een gebed voor haar te doen. Maar zij was overleden en daarom kon er voor haar toch niets gedaan worden! We lezen immers in Hebr. 9:27: En gelijk het den mensen gezet is éénmaal te sterven, en daarna het oordeel (…). Eénmaal sterven we! Maar waarom dan toch Petrus geroepen? Was dat niet zinloos? Nee, want de verwachting leefde onder de christenen van Joppe dat Petrus in Gods kracht haar zou kunnen opwekken, zoals eenmaal Lázarus door de Heere Jezus was opgewekt. Er zijn verhalen in omloop waarin beweerd wordt dat op het gebed van een kind van God een dode tot leven zou zijn gekomen. Maar dat is volgens Calvijn onmogelijk. Na de apostolische tijd is een dergelijke levendmaking van doden niet meer voorgekomen, zegt hij. Wel is het meer dan eens gebeurd dat de Heere door middel van het gebed iemand uit een zware bewusteloosheid tegen alle verwachting in deed ontwaken en het ervaren mocht worden: ’Op uw noodgeschrei deed Ik grote wonderen’.

Het beroep op Petrus was niet tevergeefs. Nadat hij alle treurende mensen uit de opperkamer waar de overledene lag opgebaard liet vertrekken, knielde hij neder en bad; (vers 40a). Er ging dus in de eenzaamheid een grote worsteling met de Heere aan vooraf. In eigen kracht was ook Petrus een machteloze man, maar hij mocht het ervaren: Zij hebben op Hem gezien, ja, Hem als een waterstroom aangelopen; en hun aangezichten zijn niet schaamrood geworden (Ps. 34:6). En zich kerende naar het dode lichaam, sprak hij: Tabítha, sta op. Meteen gebeurde het onbegrijpelijke wonder dat de over ­ leden vrouw tot leven kwam, want we lezen verder in diezelfde tekst: En zij deed haar ogen open, en Petrus gezien hebbende, zat zij overeind. Daarna reikte hij de levendgemaakte vrouw de hand toe en richtte haar op. Vervolgens riep hij hen die de opperkamer op zijn bevel hadden moeten verlaten weer in de kamer en stelde haar levend voor hen (vers 41).

Daar zagen zij het onbegrijpelijke wonder van de Heere. Geen wonder dat er in de hele stad Joppe over dit opzienbarende wonder gesproken werd. Maar daar bleef het niet bij, want het allervoornaamste was dat velen geloofden in den Heere (vers 42). Hierna verliet Petrus het huis van Tabitha en bleef een poosje in het huis van een zekere Simon, een lederbereider (vers 43). Zijn beroep werd verafschuwd door de Joden omdat hij de huiden van onreine dieren gebruikte. Daarom moest hij aan de oostkant van de stad wonen, zodat een westenwind de onreine geur niet over de stad zou kunnen verspreiden. Maar volgens de Bijbel woonde deze Simon aan de zee. Het was voor Petrus geen bezwaar bij hem zijn bovenkamertje te betrekken.

(Volgende keer D.V. 23. Petrus en Cornelius)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 maart 2021

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Petrus, een visser van mensen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 maart 2021

De Wachter Sions | 12 Pagina's