Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De tabernakeldienst (254)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De tabernakeldienst (254)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vorige keer hebben we kunnen lezen hoe de Heere de twee zonen van Aäron, Nadab en Abíhu, onmiddellijk met de dood strafte, omdat zij tegen Zijn uitdrukkelijk bevel vréémd vuur in hun wierookvaten hadden genomen. Zij hadden geen gloeiende kolen van het koperen brandofferaltaar geschept, waardoor zij Christus’ bloed en voorbede verachtten! Het vreselijke gevolg was dat zij beiden stierven, nadat zij de vorige dag tot priesters waren gewijd. Ondanks dat de zoet ruikende wierook een aangename geur verspreidde, was dit voor de Heere een ondraaglijke stank die Zijn heilige wraak opriep om hen te doden.

Wat een ernstige waarschuwing voor allen die werkzaam zijn in de dienst des Heeren en verder voor een ieder die bidt buiten Christus’ verdienste én voorbede! Als onze gebeden nooit verhoord worden, zouden we de Heere niet de schuld kunnen geven, want niemand heeft recht op verhoring. Hoewel we het bidden nooit mogen nalaten, behoort bovenvermelde ons in de knel te brengen, opdat we door genade onze geestelijke armoede inleven en als ellendige, onwaardige, rechteloze zondaars de Heere om ontferming gaan smeken.

Een ernstige waarschuwing!

Was deze straf van Nadab en Abíhu te zwaar? Nee, zij hadden tegen het uitdrukkelijke voorschrift vreemd vuur in hun wierookvaten genomen. Het heilige vuur wees op de bijzondere relatie tussen het brandofferaltaar en het reukaltaar. Het brandofferaltaar beeldde namelijk Christus af Die Zich als een Lam aan het vloekhout van het kruis zou opofferen. Het reukofferaltaar symboliseerde Christus’ hogepriesterlijke voorbede bij God de Vader. We hebben daarom stilgestaan bij de ernstige waarschuwing: Geen vreemd vuur. Ons gebed kan nooit verhoord worden dan alleen om Christus’ lijden en sterven op Golgotha én om Zijn voorbede bij God de Vader in de hemel. Neem de volgende ernstige waarschuwing ter harte: nooit kunnen we buiten Christus voor God bestaan met al onze eigengerechtigheid en godsdienstige verrichtingen. Ons bidden kan in onze oren aangenaam klinken, zoals de farizeeër die voorin de tempel stond en God dankte dat hij geen tollenaar of een andere zondaar was, maar in Gods oren was zijn hoogdravende taal als het rauw, rollend ’kroa-kroa’ geroep van een ekster (Luk. 18: 11,12). Alles wat wij zonder God doen is zonde. Wij bidden zonder God, wij zingen zonder God, wij lezen uit Gods Woord en spreken erover zonder God. We klagen zonder God over de donkere tijd, zijn verschrikt over het vreselijke Godsoordeel middels het virus, maar worden geen zondaar voor God.

Och, dat we heilig vuur, het ware gebed in ons hart mochten ontvangen. Is dat mogelijk? Ja, bij de Heere zijn alle dingen mogelijk! We hebben beloofd dat we na de uitleg over het ’vreemde vuur’ een vriendelijke nodiging laten volgen voor arme, verloren zondaars.

Een vriendelijke nodiging.

We vergelijken het gebed met heilig vuur, een kostelijke vrucht van het vernieuwde hart. Zulke gebeden zijn als de aangename wierookgeur die de Heere behaagt en waaraan Hij getuigenis geeft: Want zie, hij bidt (Hand. 9:11b). Zie dit duidelijk afgebeeld in de gelijkenis van de boetvaardige tollenaar die met een vernieuwd hart opging naar de tempel om vergeving van zijn schuld te bidden (Luk. 18: 13,14). Het doel van deze gelijkenis is om aan te geven hoe Christus boetvaardige zondaars met Zijn verborgen koord van liefde trekt om genade van God af te smeken. Onderzoek of uw zielsgesteldheid is als deze boetvaardige tollenaar, en vervolgens hoe zich dit in uw leven openbaart.

Hebt u zoals de tollenaar die van verre stond, boetvaardige voeten, omdat u de kloof en afstand tussen God en uw ziel inleeft en toch zonder Hem niet kan leven? Hebt u boetvaardige ogen, zodat u met de tollenaar zelfs de ogen niet naar de hemel durft op te heffen, omdat u een indruk hebt van Gods hoge majesteit en uw eigen onwaardigheid? Hebt u boetvaardige handen, zoals de tollenaar die op zijn borst sloeg, omdat dáár uw verdorven bestaan, uw arglistige hart en vuile bron van het kwaad is waar uw zondige gedachten, woorden en werken uit voortkomen? Hebt u een boetvaardige mond, zodat u het innige smeekgebed opzendt: O God, zijt mij zondaar genadig? Smeekt u zo om genade, om barmhartigheid?

Smeekt u om met God verzoend te worden zoals de eigenlijke betekenis is? Verzoening, omdat u inleeft dat God van Zijn recht niet kan afstaan en er zonder Christus’ bloed geen verzoening mogelijk is? Neemt u de toevlucht tot God om in Jezus en Zijn bloed aangezien te mogen worden? God zal u niet verstoten. Hoor hoe de gelijkenis wordt afgesloten met de genadige verhoring op het ootmoedige gebed om verzoening door recht: Deze ging af gerechtvaardigd in zijn huis. Dit gebed was voor God als de zoete wierookgeur die Hem in Christus aangenaam was, zodat de tollenaargerechtvaardigd werd! Hij mocht weten met God verzoend te zijn en een recht te hebben ontvangen op het eeuwige leven om het bloed en de gerechtigheid van Christus. Wat een voorrecht als er ook onder onze lezers zijn die kennis hebben aan een verzoend God voor hun hart, en een Borg Die voor hun schuld heeft betaald!

Zegt u nu: ’O, wat zou ik alles wel willen geven om als Zachéüs de tollenaar Christus met blijdschap te ontvangen en uit Zijn mond te horen: Heden is dezen huize zaligheid geschied (Luk. 19: 6,9). Ik zou Christus als die dierbare Persoon des Middelaars met beide armen omhelzen. Ik zou God heel mijn leven prijzen als ik Christus van de Vader geschonken zou krijgen. Ik begeer een voortdurende omgang met Christus en wens altijd in Zijn nabijheid te zijn.’

We willen u dit zeggen dat naarmate uw gebed langer op antwoord wacht, de verhoring des te heerlijker zal zijn, zoals een volledig rijpe appel, door langer aan de boom te hangen. We willen u daarom wijzen op de vertroostende woorden uit Jesaja 65:24: Eer zij roepen, zo zal Ik antwoorden, terwijl zij nog spreken, zo zal Ik horen. Christus spreekt zalig die naar Hem hongert en dorst: Zalig zijn die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid; want zij zullen verzadigd worden (Matth. 5:6). Laat u toch door satan of wie dan ook niet afschrikken. Als Christus u zalig spreekt, dan schenkt Hij ook het levend geloof waardoor u de zaligheid in Hem proeft. Wat leert het wierookvat met het reukwerk u? Om tot de Heere de toevlucht te nemen en te smeken om een levend geloof, want daarin ligt uw verzekering dat u uit vrije genade voor God in Christus zalig bent. U zult met Petrus van harte instemmen: U dan, die gelooft, is Hij dierbaar (1 Petr. 2:7). Door dit levend geloof verkrijgt u getuigenis in uw ziel vergeving van zonden te hebben ontvangen op grond van Christus’ dierbaar bloed en gerechtigheid. Wat is het levend geloof een bijzondere geloofsgenade uit Christus’ volheid!

We geloven dat er velen van Gods volk in duisternis verkeren door meer te staan naar de bewuste vergeving van zonde dan naar een levend geloof. Veelzeggend is de uitdrukking van Andrew Gray: ’Het is een grote dwaling van velen, dat zij meer staan naar de verzekering van een bewust aandeel in de vergeving van zonden, dan naar een levende oefening des geloofs.’ We hebben verschillenden onder Gods volk gekend die ons vertelden hoe Christus waarde voor hun ziel had gekregen, en er direct op lieten volgen: ’maar ik kan er niet mee sterven, want ik moet met God verzoend worden.’ We geloven niet dat dit de heilige bedoeling van Gods Geest is. Het geloof twijfelt niet en duldt ook niet dat de vlam van liefde door ongeloofstaal wordt uitgedoofd. Het gevolg was dat zij zichzelf in diepe duisternis en op de zeef van satan brachten! We raden u aan de Heere te smeken om een levend geloof in Christus te ontvangen. Dit geloof richt zich op Christus en Zijn Middelaarswerk. Smeek daarom om vermeerdering van uw geloof en u zult u dicht bij Christus houden en Hem met beide armen omhelzen. Och, kon ik zwakgelovigen Christus zo voorstellen, dat u Hem door een levend geloof mocht liefhebben en door Hem tot God te gaan! (Hebr. 7:25). Kon ik mijn onbekeerde medereiziger recht jaloers op Christus maken. God geve het u, jullie uit genade!

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 maart 2021

De Wachter Sions | 12 Pagina's

De tabernakeldienst (254)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 maart 2021

De Wachter Sions | 12 Pagina's