Verslag afscheidsdienst ds. A. Geuze

Zondagavond 18 september nam ds. A. Geuze afscheid als herder en leraar van zijn geliefde gemeente Gouda-Gerbrandyweg, die hij vanaf 13 november 2018 voor de tweede maal mocht dienen. De tekstwoorden voor de afscheidsdienst nam hij uit Hebreeën 13:20 en 21: De God nu des vredes, Die den groten Herder der schapen door het bloed des eeuwigen testaments uit de doden heeft wedergebracht, namelijk onzen Heere Jezus Christus, Die volmake u in alle goed werk, opdat gij Zijn wil moogt doen; werkende in u hetgeen voor Hem welbehaaglijk is, door Jezus Christus, Denwelken zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. Het thema van de preek was ”Onze innige wens en bede bij ons afscheid van de gemeente.” Hij bepaalde zijn hoorders bij drie punten: herscheppende genade, doorbrekende genade en volhardende genade.

Herscheppende genade

Het waren Paulus’ laatste, innige en liefdevolle vermaningen aan de Hebreeën. Paulus wijst er op dat er alleen een volkomen verzoening is in het allesreinigende bloed van de Heere Jezus Christus. De God des vredes heeft de weg der zaligheid uitgedacht. De Heere is de mens voor geweest, toen hij zo diep van God afviel. Wij zijn de oorlog aangegaan met de God des vredes. De mens heeft God de rug toegekeerd om nooit meer terug te gaan. De Kerk is in zichzelf dood in de misdaden en de zonden, maar wordt op Gods tijd levend gemaakt, omdat Hij Zijn leven gegeven heeft door dat bloed des eeuwigen testaments. Alleen dat bloed heeft waarde. De God des vredes heeft gedachten des vredes gehad en niet des kwaads. Dat is de eeuwige liefde Gods, het eeuwige welbehagen Gods. Het is herscheppende genade voor één die de eeuwige dood verdiend heeft. We wensen u van harte toe dat de God des vredes zich over uw ziel mocht ontfermen. Hij is de grote Herder der schapen. Hij zal de gemeente nooit begeven en nooit verlaten en doorgaan met Zijn herscheppende genade zolang de zon en de maan zullen zijn. Is die herscheppende genade in uw hart gekomen?

Doorbrekende genade

Het is Paulus’ innige wens en gebed dat het herscheppende genadewerk, volmaakt mag worden: Die volmake u in alle goed werk. Dan gaat zo’n ziel aanvankelijk God vrezen en liefhebben met de hele ziel. Al kan men dat niet zien in de droefenis en het Godsgemis. Maar de voortgaande ontdekking en het doorbreken van die genade, die volmake u. Dan is het aanvankelijk een droefheid naar de levende God. Maar het zal eindigen in een droefheid naar de Persoon van de Heere Jezus Christus, de Herder der schapen, om met Hem vervuld te mogen worden, om door Hem in de gemeenschap Gods teruggebracht te worden. Dan is het nodig dat de Heilige Geest de oorzaak van de scheiding tussen God en de ziel gaat ontdekken. Dat we tegen de Gods des vredes gezondigd hebben, dat we Hem aangetast hebben in Zijn deugden. Dat doet bittere liefdestranen schreien. Dan worden we schuldenaar voor God en gaan we het voor de Heere verliezen. Dan brengt de Heere ons op dat plaatsje dat we het uitroepen: Uw vonnis is gans rechtvaardig. Is er nog een weg om die welverdiende straf te ontgaan en weer in Uw gemeenschap hersteld te worden? Als dan de Heere alles afsnijdt dan kunnen we niet leven en niet sterven. Maar dan is het: Ik trok hen met mensenzelen, met touwen der liefde. Dan gaat Hij Zichzelf bekendmaken als de Schoonste aller mensenkinderen. Dan mag zo’n ziel zinken op de rots Jezus Christus en Die gekruisigd. Heeft dat heerlijke doorbrekende genadewerk mogen plaatsvinden onder de bediening van het Woord?

Volhardende genade

Paulus wenst ook dat het genadewerk zichtbaar mag zijn in het persoonlijke leven door volhardende genade: opdat gij Zijn wil moogt doen. Niet uw wil, die vaak haaks staat op Zijn wil. Maar dat u mag buigen onder Zijn wil: Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzo ook op de aarde. Daardoor wordt Hij het meest verheerlijkt: Werkende in u hetgeen voor Hem welbehaaglijk is. Maar daarin ook te volharden door Jezus Christus. Om dan die grote les te leren: Zonder mij kunt gij niets doen. Het is niets uit mij, maar alles uit Hem: Die in de kracht Gods bewaard wordt door het geloof tot de zaligheid, die bereid is om geopenbaard te worden in den laatsten tijd. Die volhardende genade houdt in een leven als vreemdeling. Dan kunnen we de haat van de wereld verwachten en zullen de beproevingen niet uitblijven. Maar dan wil de Heere in de beproeving de uitkomst soms zo heerlijk geven. Hij heeft overwonnen: In de wereld zult gij verdrukking hebben; maar hebt goeden moed, Ik heb de wereld overwonnen. De Heere zal volhardende genade geven in het opgelegde kruis. Dat kan alleen maar gedragen worden als die genade des geloofs in beoefening is. Dan mag de Kerk wel eens zeggen: Gode zij dank voor Zijn onuitsprekelijke gave.

De dominee mag en moet de gemeente in de handen van de grote Herder der schapen overgeven. Hij draagt zorg. Wat nu nog voor ons verborgen is, zal Hij in de toekomst openbaren. Namens zijn vrouw bedankt de dominee de gemeente en kerkenraad voor de oprechte liefde, verbondenheid en trouw. Ouderling M.J. Visser sprak de dominee namens kerkenraad en gemeente een hartelijk dank- en afscheidswoord toe. De gemeente zong ds. Geuze staande Psalm 84:3 toe. Daarna legde de dominee voor de laatste keer als eigen herder en leraar de zegen des HEEREN op de gemeente.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen