Teken

Geliefde lezer,

De grote dag van Christus’ wederkomst is aanstaande. Hoe zullen we daar staan voor de Rechter van hemel en aarde, de Koning der koningen, Christus? Hij zal Zich nooit vergissen! Hij kent al de Zijnen bij name. Eens sprak Hij: Ik ben de goede Herder; en Ik ken de Mijnen en word van de Mijnen gekend (Joh. 10:14). Het zal dus een wederzijds kennen van elkaar zijn. Onmiddellijk zal Hij het teken zien aan de voorhoofden van Zijn schapen. Ze zullen staan aan Zijn rechterhand. Dan zal Hij tot hun eeuwige verwondering toeroepen: Komt, gij gezegenden Mijns Vaders, beërft dat Koninkrijk hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld (Matth. 25:34). Met verheugend beven hebben ze vaak verlangd naar dit ogenblik. Hoe krachtig kwam het Goddelijke werk in de ziel van Job openbaar toen hij in zijn diepste beproeving uit mocht roepen: Want ik weet: mijn Verlosser leeft, Hij zal de laatste over het stof opstaan; Denwelken ik voor mij aanschouwen zal, en niet een vreemde (Job 19:25, 27b).

Hier op aarde worden ze dus al gemerkt als behorende tot Jezus’ kudde. Sommigen denken dat het altijd aan de buitenkant te zien en te horen moet zijn of men zo’n gemerkt schaap is. Met veel uitelijk vertoon en gewichtige godsdienstige taal moet de indruk gewekt worden dat men een getekende van Christus’ kuddeke is. Maar juist de ware lieden die zuchten worden daarin vaak zo teleurgesteld. Er is geen geestelijke herkenning. Het is een onzichtbaar teken wat zich openbaart in een stil zuchten; maar soms, als de nood groot is, ook in een uitroepen. In de Engelse taal staat er zelfs ‘schreeuwen’.

Dat teken aan het voorhoofd kunnen de ware zuchters nu juist bij zichzelf niet waarnemen. Wel zuchten ze steeds in zichzelf over hun geestelijke armoede. Ze zuchten ook onder de gruwelen die om hen heen bedreven worden, maar tegelijkertijd kunnen ze boven niemand uitkomen. Ze treuren over de plaag van het eigen hart. Vaak denken ze: ‘eens zal ik met alles nog bedrogen uitkomen’. Vaak stemmen ze van harte met de apostel in: Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods? (Rom. 7:24). Toch mag het wel eens onverwachts anders worden wanneer ze getrouw de middelen, ’s Heeren ordinantiën, waarnemen:

Schoon ’k arm ben en ellendig,

Denkt God aan mij bestendig;

Gij zijt mijn hulp, mijn kracht,

Mijn Redder, o mijn God!

Bestierder van mijn lot,

Vertoef niet, hoor mijn klacht.

Tijdens hun verzuchtingen mag dan het oog geslagen worden op de Man Die met linnen bekleed is. Wat wordt Hij dan oneindig dierbaar voor hun benauwde ziel. Ze worden dan in zichzelf nog armer maar mogen een ogenblik alles in Hem vinden. Dan wordt het zo waar: U dan, die gelooft, is Hij dierbaar (1 Petr. 2:7). Het is dus een zeer verborgen werk des harten.

Geliefde lezer, nu komt het er maar voor u en mij op aan om dat teken aan ons voorhoofd, dat betekent: aan onze ziel te hebben. Het is het teken en zegel van de verkiezing Gods van eeuwigheid. De volkomen gerechtigheid van Christus wordt ons dan door de werkingen van de Heilige Geest toegepast in de weg van de waarachtige bekering. In het uur van Gods welbehagen wordt de ziel van dood levend gemaakt, waardoor Hij een levend zuchten naar God werkt. Het ingeschapen nieuwe leven gaat treuren onder een drukkende schuld en krijgt een niet te verklaren droefenis naar God. Het wordt dan werkelijkheid: Want mijn leven is verteerd van droefenis, en mijn jaren van zuchten; mijn kracht is vervallen door mijn ongerechtigheid, en mijn beenderen zijn doorknaagd (Ps. 31:11).

Ze worden ingeleid in de diepte van hun verlorenheid en krijgen in het verborgen op ’s Heeren tijd een betrekking op de Man met linnen bekleed. Wat een wegzinken in het wonder van zalig worden ‘om niet’ is er in hun ziel wanneer ze Hem ontdekt krijgen door het geloof. Men mag er dan iets van beleven dat Hij is nedergedaald ter helle voor zo’n monster van ongerechtigheid. Dan wordt het teken weer opnieuw verzegeld aan het voorhoofd. Het is dan als het ware een stille toeknik van de hemel. Wat wordt het dan een wonder dat de Heere nog naar hen omziet en van alles afweet. Het wordt dan weer zo ervaren dat het zaligworden een eenzijdig werk is uit louter genade. Temidden van de gruwelen vanbuiten en vanbinnen mag men dan het hoofd uit de gebreken opheffen en uitroepen met Paulus: Want ik word van deze twee gedrongen, hebbende begeerte om ontbonden te worden en met Christus te zijn; want dat is zeer verre het beste (Filipp. 1:23).

We leven in een beangstigende tijd, waarin de rechtvaardige vaak zwijgend over de aarde gaat vanwege de internationale afval van de levende God. De zonden van Sodom en Gomorra mogen vrijuit bedreven worden. Toch gaat de Man met linnen bekleed gedurig rond in Zijn ambtelijke bediening. Hij tekent al de Zijnen met Zijn kostbaar verzoenend bloed. Daartoe bedauwt Hij ook Zijn knechten, die naar allerlei delen van de wereld worden uitgezonden, met Zijn Geest, Die hen in alle waarheid leidt. Dan mogen ze wel eens ervaren temidden van hun zuchten en schreeuwen: En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet wat wij bidden zullen gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen (Rom. 8:26). Het is de heilige zalfolie die uit de hemel drupt.

Geliefde lezer, eens komt God terug op alle uitwendige weldaden die u als een afgezonderde onder Gods Woord mag ontvangen. Ze gaan maar mee tot het graf. Vergeet niet dat de andere zes mannen die Ezechiël zag, engelen Gods waren die gezonden werden om het oordeel der verwoesting uit te voeren. Zoek toch uw ziel als een buit onder de oordelen uit te mogen dragen.

Ware zuchters en schreeuwers houdt moed: Hij hoort ‘het zuchten der gevangenen’.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen