De opstanding van Jezus

Geliefde lezer, wat zoekt u, de aardse schatten of de hemelse schatten? De aardse schatten zijn tijdelijk. De hemelse schatten zijn eeuwig. De vrouwen bij het graf zochten de hemelse Schat. Ze zochten Jezus, Die gekruisigd was. U ook?

Op de eerste dag der week wekte God de Vader Zijn Zoon op. Daarmee gaf de Vader te kennen dat Gods recht voldaan was, dat het werk der verzoening volkomen volbracht was. De Vader als Rechter was voldaan met de betaling van Zijn geliefde Zoon. De opwekking door Vader was een antwoord op het zesde kruiswoord van Christus: Het is volbracht. De wet is vervuld, de schuld is betaald, aan het recht Gods is genoeg gedaan.

Christus stond op door eigen kracht. Hij is de Overwinnaar over de dood. Hij heeft de dood verslonden tot overwinning. Hij heeft satans kop vermorzeld. Hij heeft de hel overwonnen, de hel gesloten en de hemel geopend. Door Zijn opstanding wilde Hij laten zien dat de zonden van Zijn volk weggenomen zijn, de vloek der wet is weg. Om Zijn werk door Zijn Geest toe te passen in de harten van zondaren. Hij is niet alleen een Middelaar van verdienste, maar ook van toepassing.

De vrouwen begrepen het niet. Alle wonderen en alle beloften leken op niets uit te lopen. Ze begrepen niet dat het missen van Jezus zou leiden tot grotere weldaden en meer zegeningen.

Nu wilden de vrouwen de laatste eer aan Jezus bewijzen. Bij het graf zagen ze dat de steen was afgewenteld. Ze zien de engel, die zegt: Vreest gijlieden niet; want ik weet dat gij zoekt Jezus, Die gekruisigd was. Hij is hier niet; want Hij is opgestaan, gelijk Hij gezegd heeft. Welk een troostwoord van God door middel van de engel! Aan een volk vol vrees, aan een arm en ellendig volk.

Vreest niet. Zij die waarlijk Jezus zoeken hebben geen reden om te vrezen. Een ziel die Jezus zoekt, is al door Hem gevonden en zal Hem ook vinden.

Hoe vaak vreest Gods kind. Al hebt u in het dodelijkst tijdsgewricht de belofte van Jezus ontvangen; al mag u Hem door het geloof kennen. U hebt Hem leren kennen als Profeet. Welk een lieflijk onderwijs. U mag dan een goeddoende Jezus volgen. Wat ontvangt u veel onderwijs uit Zijn Woord. Wat mag Zijn liefde geproefd worden!

Maar om opnieuw met al het onderwijs de dood in te gaan. Met de belofte in de dood, met Jezus de dood in. Opnieuw Jezus kwijt; dan is alles kwijt. Soms kan het in de ziel zo stil zijn; geen uitgangen, geen nood, geen verlangen. Wat kan het dan laag aflopen in uw ziel.

‘Zou God Zijn gena vergeten? Nooit meer van ontferming weten?’

Maar als Jezus dan Zelf opnieuw de ziel uithaalt en verlangend maakt. Dan dorst de ziel naar God, naar Christus. Dan roept u uit: ‘Geef mij Jezus of ik sterf, want buiten Jezus is geen leven, maar een eeuwig zielsverderf.’ Een nieuwe verschijning van Christus is een nieuw onbevattelijk wonder!

Dan mag u de voortreffelijkheid, de heerlijkheid en de schoonheid van Christus zien. Dan is Hij uw hoogste Profeet – voor zulk een blinde, dwaze en onwetende. Hij is uw enige Priester – voor zo’n doodschuldige. Hij betaalt voor u, Hij bidt voor u, Hij zegent u. Maar Hij is ook uw eeuwige Koning; Hij bewaart en beschermt u – voor zo’n machteloze, krachteloze, zwak van moed en klein van krachten, stof en as. Hij is de Schoonste aller mensenkinderen. Genade is in Zijn lippen uitgestort. Wat een troost voor Gods volk, die hun weg voor de Heere elke keer weer verzondigen.

U ontvangt onderwijs van Hem als Priester. Om te leren waarom Hij Zich vernederd heeft. Het is volbracht: Vaders toorn gestild, de zondeschuld betaald, Vaders wil en deugden verheerlijkt, satans kop vermorzeld, de dood overwonnen, de vloek weggenomen, helse angsten geleden. Waarom? Ik voor u, daar gij anders de eeuwige dood moest sterven. Deze Mijn hartelijke liefde en trouw. Dan zinkt uw ziel in verwondering weg, en u zegt: ‘Heere Jezus, U bent overgeleverd om mijn zonden, om mijn ontrouw, om mijn vijandschap.’ U als de grootste der zondaren, u wordt als vijand met God verzoend. Dan staat u onder Kájafas, onder Pilatus, onder Barábbas.

Maar om Jezus ook te kennen in de gangen van Zijn verhoging. Opdat bewaarheid zou worden in uw zielenleven: Welke overgeleverd is om onze zonden en opgewekt om onze rechtvaardigmaking (Rom. 4:25). Om gerechtvaardigd te mogen worden.

Wat voelt u dan uw gemis, volk des Heeren. Om nu te kunnen zeggen: Hij is de mijne en ik ben de Zijne. Hoe is dat mogelijk?

Wanneer God om Zijn recht komt, wanneer satan en de wet uw dood eisen. Maar Jezus met Zijn verdienste tussentreedt als de hemelse Advocaat. En dat God de Vader als Rechter, op grond van Christus’ voldoening, u met Zich verzoent. Dan geldt voor u: Wij dan gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God door onzen Heere Jezus Christus (Rom. 5:1). Dan mag u vrede met God hebben door onze Heere Jezus Christus. En de Heilige Geest verzekert u daarvan (Rom. 8:14-16).

Jezus’ opstanding kennen, betekent Jezus volgen. Dat is een stervend leven beoefenen. Een kruisweg bewandelen, een weg van sterven aan de wereld, sterven aan de zonden, sterven aan mezelf. Om te leven in en door Jezus. Om te leven naar Zijn wil. Om Zijn voetstappen te drukken. Ik ben met Christus gekruist; en ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij; en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons Gods, Die mij liefgehad heeft en Zichzelven voor mij overgegeven heeft (Gal. 2:20). Dan is mijn geloof in Hem, mijn hoop op Hem, mijn liefde tot Hem. Om steeds opnieuw bediend te worden uit Zijn volheid en genade.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen