Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Evangelisatie (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Evangelisatie (1)

5 minuten leestijd

Het is een mooie zondagmorgen, ergens rond het jaar 1815. In het Engelse dorpje Pulverbatch wordt op de deur geklopt van het huisje van Charles en Sukey Harley, een jong en onbezorgd stel. Sukey doet open en ziet twee buurvrouwen staan: Nancy Rowland en Nancy Smith. “Goedemorgen Sukey. We hebben een vraag aan je. We hebben al een paar keer gemerkt dat je ons nakijkt als we naar de kerk gaan. Wel, wat zou je ervan denken om eens mee te gaan?” Sukey begint hard te lachen. “Ik meegaan naar de kerk? Hoe kom je erbij! Het is een aardig gezicht om jullie te zien gaan, dat wel. Ik vraag me vaak af hoe jullie dat kunnen volhouden om in de kerk te zitten als de zon schijnt en de vogels zo mooi zingen. Dan kun je toch veel beter wat in het veld wandelen, denk ik zo.”

“De zondag is van de Heere”, zei de ene buurvrouw zacht. “Hij is het zo waard om gediend te worden”, voegde de andere buurvrouw er aan toe. Hoe de vrouwen ook spreken, ze kunnen Sukey niet overhalen om mee te gaan. Maar de volgende zondag komen ze opnieuw. Hoe het verder met Sukey is gegaan, is te lezen in het boek ‘Uit het leven van Sukey Harley’ (2002, Den Hertog, Houten). Uiteindelijk gaf Sukey toe en ging met haar buurvrouwen mee naar de kerk. Het werd haar tot een eeuwige zegen.

Wat een spiegel wordt ons hier door de beide Nancy’s voorgehouden! Wat een bewogenheid met de onkerkelijke medemens sprak hier uit. Wanneer er in een gemeente geen bewogenheid is over het heil van de zielen in het eigen dorp of in de eigen stad, dan zegt dat iets over de geestelijke toestand van die gemeente. Als het recht ligt, zal de bewogenheid met zielen in de nabije omgeving gevoeld worden. Niet voor niets wordt tijdens elk visitatiebezoek aan de plaatselijke kerkenraad gevraagd wat er aan evangelisatie wordt gedaan.

Kerkelijke evangelisatie

Wat de buurvrouwen van Sukey Harley deden, noemen we persoonlijke evangelisatie. Het deputaatschap Zending en Evangelisatie schreef in 2022 een bezinnende nota over meer georganiseerde vormen van evangelisatie: kerkelijke evangelisatie. Op de synodes van 2022 en 2023 is de nota ‘Bezinning op evangelisatie’ behandeld en vastgesteld. Als definitie wordt gehanteerd: Evangelisatie is de arbeid om de van het geloof vervreemde christenheid wederom voor het Evangelie van Christus te winnen.

Waar kunnen we de opdracht tot evangeliseren in de Bijbel vinden? Die is te vinden in de bekende zendingsopdracht uit Matthéüs 28:19: Gaat dan heen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in den Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes; lerende hen onderhouden alles wat Ik u geboden heb. Dit is primair een opdracht aan de discipelen, en met hen aan al Gods geroepen knechten. Het gaat bij de genoemde zendingsopdracht om al de volken of alle creaturen (volgens Markus 16:15), dichtbij en ver weg, waar zij zich ook bevinden. Kanttekening 17 van Markus 16:15 zegt ‘namelijk niet alleen den Joden, maar ook den Grieken of heidenen’. Daar hoort ook het eigen volk in ons arme vaderland bij.

Daarnaast is er ook een opdracht voor alle gelovigen om door woorden en werken te getuigen van Christus (Matth. 5:13-16).

Geen vraag

Voor predikanten zoals ds. G.H. Kersten en ds. F. Mallan was het geen vraag of er een opdracht was tot evangelisatie. Zo schreef ds. Mallan in De Wachter Sions van 5 mei 1988 in een ‘Antwoord per brief’: ‘Er is natuurlijk ook niets op tegen, als er enige evangelisatiearbeid wordt verricht in ons eigen land. Van geslacht tot geslacht kan er een verregaande vervreemding van Gods Woord zijn gekomen. We hebben in ons kerkelijk leven vroeger ook nog aan inlandse zending gedaan.’

Ds. Mallan bedoelde evangelist J. van der Panne, die in Zuid-Nederland in roomse gebieden evangeliseerde. In hetzelfde artikel vertelt ds. Mallan over een gesprek dat Van der Panne had met een pastoor in de auto. ‘De pastoor vroeg hem wie hij was en hoe hij heette. Daarop gaf hij ten antwoord, dat hij Jan Albederver heette. Dat vond die pastoor niet zo’n mooie naam. Maar zijn chauffeur zei tegen hem: Weet u wel, dat u ook zo heet?’

Dat voorbeeld geeft aan dat de boodschap die tijdens evangelisatie-activiteiten klinkt, dezelfde moet zijn zoals we die in onze kerken horen: niets uit de mens, alles uit God.

In de pogingen om de leer der waarheid op eenvoudige wijze onder de aandacht van onkerkelijken te brengen bestaat het risico dat de boodschap te oppervlakkig wordt. Maar de verhouding tussen wet en evangelie en de aandacht voor de drie stukken van de Heidelbergse Catechismus mogen niet uit balans raken. Daarom is gedegen ambtelijk toezicht op en nauwe betrokkenheid van ambtsdragers bij evangelisatie onmisbaar. In een volgend artikel wat meer over de praktische kanten van evangelisatie.

Deputaatschap Zending en Evangelisatie (DZE)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 8 mei 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Evangelisatie (1)

Bekijk de hele uitgave van woensdag 8 mei 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's