Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geplant in het Huis des Heeren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geplant in het Huis des Heeren

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Die in het huis des Heeren geplant zijn, dien zal gegeven worden te groeien in de voorhoven onzes Gods.(Ps. 92 : 14.)

In dit woord is sprake van planten, maar ook van het geven van wasdom.

Het eerste gedeelte van den tekst spreekt van een geplant zijn in het huis des Heeren. Onder het Isfaël van den ouden dag was het huis des Heeren: de tabernakel in de woestijn en daaroia de tempel te Jeruzalem. Vóór de eigönlijke tent der samenkomst en vóór het eigenlijke tempelgebouw v/erd gevonden het voorhof, de plaats waar het volk samenkwam, om de "werkzaamheden der priesters te aanschouwen en van daar den Naam des Heeren aan te roepen. Die heilige gebouwen waren als feet ware het hart van het godsdisnstig leven van het volk, dat in waarheid God vreest, door alle eeuwen heen. Letten wij maar op den bouw van den tabernakel. Die eigenlijke tent was vervaardigd van berderen, van planken, die naast' elkander stonden, vast aaneen gesloten. Zij waren één voor éèn gevest in zilveren voeten, die aan de buitenzijde der planken door ringen werden gestoken, welke ringisn aan de planken bevestigd waren. Die planken waren aan de buitenzijde ruw, ongeschaafd; maar aan de binnenzijde, naar het inwendige van de tent gekeerd, zuiver glad geschaaifd en met een laag fijn goud overtrokken, Ben schaduw zeicisn wij, van des Heeren Kerk in innerlijken zin. Ijnmers, die Kerk bestaat uit personen, die afzonderUjk toegebracht worden. Voor het uiterlijke is aan hen geen bijzonders, aan hen is niets begeerlijks voor het oog. Zoo lang zij in dit leven zijn vertoonen zij vaak het karakter van ongeschaafd hout, onaanzienlijk voor het menschenoog. Maar hun innerlijk levisn Is bewerkt door den Heiligen Geest en overtogen met het goud der verdienste va?i Christus Jezus, waardoor zij aangenaam zijn in het oog des Heeren. Zij zijn ingevest in zilveren voeten, in een onvergankelijk fundament, dat door ge^n roest wordt aangetast, veel minder kan worden verteerd. Het fundament, waarop zij rusten, is zoowel het onveranderlijk welbehagen Gods als de nooit te verdonkeren verdienste van hun Borg en Zaligmaker, die hen kocht met den duren prijs van Zijn dierbaar bloed. Zij zijn saamverbonden door disn band des Geestes en, hoewel zij afzonderlijke personen zijn, zijn zij toch weer'^én geheel, éèn volk, èèn lichaam, één gebouw, beoogende één doel: de grootmaking van den nooit volprezen" NaéCm van hun Koning en Heere.

Als dus de dichter van Psalm 92 spreekt van het geplant zijn in het huis des Heeren, spreekt hij van de werking des Heiligen Geestes, die de afzonderlijke personen toebrengt tot die gemeente, die zal zalig wor­ ,di3n. Dat hij handelt over een geestelijke planting is duidelijk, als wij letten op het verband dezer woorden. Die geplant is, dien zal het gegeven worden te groeien. Die groei zal, volgens het voorgaande vers, zijn als de groei van den palmboom, als de wasdom van den cederboom. Die wasdom zal leiden tot het dragen van vruchten; zelfs tot in den grijzen ouderdom toe, volgens vers 15. , De dichter vergelijkt dus het leven van

De dichter vergelijkt dus het leven van Gods volk bij het leven^van een boom, die geplant wordt in des Heer.an huis, Nu stond er in den voorhof van den tabernakel, noch in dien van den tempel niet een eenige boom. Dus is hier in geen enkel opzicht mogelijkheid van een letterlijke vertaling. De beteekenis dezer woorden is zuiver geestelijk.

Die in het huis des Heeren geplant zijn, zegt de dichter van hen, die dan Heere vreezen. Zij zijn daar dus niet maar van zelf opgegroeid uit een overgewaaid zaad; zij­ hebben daar niet altijd hun standplaats gehad;­ zij zijn er geplant; Zij zijn uit den grond) waarop zij van nature groeien, losgemaakt, en overgebracht naar den hof des Heeren, om daar nu voortaan hun leven te vinden. Die groote weldaad, die verheerlijkt wordt aan elk die genade kant, wordt in het Woord des Heeren genoemd met den naam: wedergeboorte, .en duidt dus aan de vernieuwing des harten tot de vreeze Gods.

("Wlprdt vervolgd.)

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 november 1942

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's

Geplant in het Huis des Heeren

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 november 1942

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's