Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het Kijkvenster

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het Kijkvenster

5 minuten leestijd

Een nieuwe Bflbelvertaling — Is die nodig?

Reeds jaren lang wordt op voorstel van het Nederlands Bijbelgenootschap gewerkt aan een nieuwe Bijbelvertaling Het Nieuwe Testament is gereed en reeds uitgegeven. Een uiterst moeizaam werk. Met het Oude Testament zijn de professoren en andere geleerde theologen bezig, maar het zal nog lang duren eer ook dit aan de drukpers kan worden overgegeven. Eigenlijk is men al een halve eeuw doende aan nieuwe Bijbelvertalingen. De Leidse vertaling van Dr. Oort is het meest in de kring der modernen geliefd. De nieuwe Nieuwe Tesamenten (welk een woordspeling!) worden druk verkocht, ach ja, waarom zou men er ook uit nieuwsgierigheid niet eens in kijken? Dat doet ook menig gereformeerd man; maar mij kan het niet bekoren.

Onze Bijbel is vertaald, overgebracht in Nederlands, uit de oude talen. Was die Statenvertaling er niet, dan zou er toch een vertaling moeten komen, wilden wij de Bijbel kunnen lezen. Maar er i een Statenvertaling, en ze is onovertreffelijk. En nu is het zo eigenaardig dat ge zo weinig het volk om een nieuwe vertaling hoort vragen. Hier en daa een opgeblazen jongeman, die vrees ouderwets te zijn als hij er niet om zo vragen, maar, vraagt ons volk nu om een nieuwe Bijbel? Neen, Geen sprak 'van. Ik zit misschien in de conservatieve hoek, maar ik hoor er niet om roepen. Heb er ook zelf niet de minste behoefte aan. Het zijn de domine's en professoren die er steeds over spreken en vaak via hun kerkeraad de class eens voor hün wagentje spannen, om he weer eens op de Sjmode ter sprake t brengen. Ik vraag maar: Wat mankeert er aan

Ik vraag maar: Wat mankeert er aan onze Bijbel? 't Is waar, de taal verandert steeds. Het Nederlands of Diets ui de middeleeuwen kunnen wij bijna nie meer begrijpen. Maar is er iemand die eerlijk verzekeren kan, dat hij de Bijbel taal niet verstaat? Neen, toch? Is het nu zo héél erg, dat er in Rom. 6 staat „Wij, die wij der zonde gestorven zijn" en in 1 Petr. 1 „Die gij door Hem gelooft," en in vers 23 „Die, gij wedergeboren zijt?" Ons volk moest zijn Bijbel zo lief hebben en er zo dankbaar voor zijn, dat het deze thans niet meer gebruikte uitdrukkingen gaarne wilde overstappen:

Maar het zijn de predikanten en de „inleiders" op de Jongelingsverenigingen die de bezwaren aandikken en de roep om een nieuwe vertaling warm houden. Bovendien moet men twee dingen niet vergeten. Het eerste is, dat in de dagen van de Dordtsche Synode de kerk met veel meer Geesteslicht bedeeld was dan nu en de Heere kennelijjj; medewrocht om ons na de uitleiding uit Rome Zijn lieve Woord te schenken. De Overheid steunde de kerk, vandaar „Staten vertaling." Men kwam er nog niet van in, dat de Overheid niet rechtstreeks aan de ordinantiën Gods gebonden was; dat is een vinding van de 206 eeuw. Ten tweede was de kerk niet zo verregaand verdeeld als thans en kon „de" kerk aan ,,de" kerk een Bijbel geven. Met welk gezag treden de tegenwoordige vertalers echter op? Dat zou ik wel eens vrillen horen. Leidt dit niet tot een verder uiteen

Leidt dit niet tot een verder uiteengaan van ons kerkvolk als de ene kerk een Bijbel­zus en de andere een Bijbel­zo op de kansel heeft? Men denke dat eens in. Ook in de omgang met elkander. Als ons leven enige diepte heeft, als 't iets anders inhoudt, iets verder strekt dan de dingen dezer wereld, spreken we toch in verband met het Woord en naar het Woord. Hoe moet dat gaan als we zo zeer uiteenlopende teksten hebben ? Maar de zaak zal wel doorgaan. Hulde aan de wetenschappelijke theologen van onze eeuw! De tijd zal het wel leren, waar we terechtkomen. Zegt men nu: gij zijt conservatief, gij wilt maar net oude vasthouden omdat het oud is, dan antwoord ik: zeker, ik behoud mijn statenvertaling zolang ze goed leesbaar is, zolang die taal te verstaan is en dat zal nog wel een onafzienbare tijd het geval zijn. iBn daarin verenig ik mij met al het oude gereformeerde volkje. Dat heeft meer bekommering hoe het Gode­behagelijk leven zal, dan dat het Zijn Woord gaat veranderen. Want wij zijn wedergeboren, niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwrig blijvende Woord van God (1 Petr. 1 : 23.) En met deze achterblijvers zal men wel blijven worstelen in onze verlichte eeuw. WAARNEMER.

Distributie ­ nieuws

UITREIKING BONKAAKTEN 7e EN 8e PERIODE 1947

De Leider van den Distributiekring Middelharnis maakt bekend dat bij de uitreiking van nieuwe bonkaarten ook de inlegvellen van alle gezinsleden moeten worden overgelegd. Zelfverzorgers, die dus een oproep ontvangen tot het afhalen van hun bonkaarten gelieven er voor te zorgen dat zich in de stamkaar­' ten ook de daarbij behoorende inlegvellen bevinden. Over de uitreiking van bonkaarten aan niet­zelfverzorgers volgt t.z.t. no^ een publicatie.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 26 april 1947

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's

Uit het Kijkvenster

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 26 april 1947

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's