De Nachtwacht

Dinsdagavond vergaderde de gemeenteraad onder leiding van wnd. bürgern. Tijl, die na opening met gebed de notulen door dhr. v. d. Wende deed voorlezen, welke onveranderd werden vastgesteld.

Bij de ingekomen stukken bevond zich een door Ged. Staten goedgekeurd raads. besluit en een rapport van het Verificatiebureau inzake de kasopname, waaruit bleek, dat een en ander in orde was bevonden. De gemeentebegroting 1947 was eveneens terugontvangen van Ged. Staten, waarbij dit college enkele aanmerkingen had gemaakt. Gevraagd werd om een opgave van de salarissen van het personeel der op te richten Kleuterschool met de mededeling dat voor deze tak van onderwijs nog geen uitgaven mogen worden gedaan, alvorens een nader schrijven hieromtrent van Ged. Staten ontvangen is. De Voorz. zeide dat de gevraagde opgave —»(Hoofd ƒ 1600.— en helpster ƒ 400.—) zal worden verstrekt en verder een afwachtende houding zal worden aangenomen. Ged. Staten adviseerden vervolgens een heffing in te stellen op het ophalen vaji vuilnis, waartegen bij B. en W. en de Raad bedenkingen rezen. Algemeen was men van oordeel, dat velen zich hieraan zouden onttrekken door geen vuilnis mee te geven, doch dit in sloten e.d. te deponeren. Verder verzochten Ged. Staten een verklaring van de Raad, dat de algemene voorwaarden voor noodlijdende gemeenten zullen worden nageleefd. Besloten werd hieraan te voldoen. „We zijn dus stadskind", zei de Voorzitter.

Tenslotte zagen Ged. Staten de nachtwachtdienst als een onderdeel van politie-zorg en was bij dit college de vraag gerezen of deze extra uitgave wel verantwoord is en of deze dienst niet aan de Rijkspolitie kan worden opgedragen. In verband met dit punt bracht de Voorz. een schrijven van dhr. L. Oudze gel ter sprake, waarin deze verzocht om ontslag uit zijn gemeentefuncties, per 1 Aug. met het oog op zijn benoeming bij de R.T.M.

Waar de opzegtermijn eigenlijk drie maanden bedraagt, stelden B. en W. voor hem per 18 Aug. zijn ontslag te verlenen, waarmede de Raad accoord ging. Wel vroeg dhr. van Alphen of dit ont

Wel vroeg dhr. van Alphen of dit ontslag geen bezwaren zou opleveren en of er reeds in de vacature was voorzien.

De Voorz. zei, dat het de bedoeling was een tijdelijke vervanger aan te stellen. De vraag is nu echter: moet de functie van Nachtwacht worden aangehouden of niet? B. en W. achten — gezien de organisatie bij de politie — deze dienst niet overbodig, hoewel het college meende, dat er weinig sollicitanten zullen komen. Thans brengt de nachtwachtdienst geen extra kosten mede voor de gemeente, omdat de kosten van deze dienst worden afgetrokken van de Rijksbijdrage voor de politie. Wordt echter de nieuwe financiële regeling,- voorgesteld door de commissie Oud, van kracht, dan komen de volle kosten ten lEiste vaji de gemeente.

Dhr. Van Alphen zei, dat het gebleken is, dat de nachtwacht wel degelijk zijn nut kan hebben bij brand, diefstallen en frauduleuze handelingen. In de korte zomernachten achtte spr. de wacht niet zo belangrijk als in de wintermaanden, waarom desnoods volstaan zou kunnen volstaan met sollicitanten voor de winter op te roepen.

De Voorz. merkte op, dat de vraag rijst, of deze dienst voldoende gesalarieerd wordt. Het salaris is thans ƒ 1000 per jaar.

Dhr. Opstelten zag' deze kwestie in sa. menhang met de gemeente-politie. Hij heeft een compliment voor de tegenwoordige nachtwacht, die altijd in de weer is, zonder iets af te doen aan de

Zondagsciiensten Artsen.

Zondag 10 Augustus.

Middelhamis-Sonunelsdijk. Afwezig de artsen C F. Arends te Middelharnis en Tj. Kuipers te Sommelsdijk. Voor spoedgevallen de arts A. Kievit, Telef. 90 te Middelharnis.

Dirksland-Melissant-Herkingen. Afwezig Dr. P. Boot te Dirksland. Voor spoedgevallen de artsen G. Huisman, Melissant, Tel. ,1512 en B. Elvé, Dirksland, Telef. 262.

Oost-Flakkee. Afwezig de artsen P. Bouman te Stad; C. W. Kramers te Ooltgensplaat; P. de Man te Nieuwe Tonge. Voor spoedgevallen de artsen G. J. Buth Den Bommel, Telef, 6; P. C. J. Voogd te Oude Tonge, Telef. 59.

capaciteiten van zijn -voorganger. Als de regeling aan de (Rijkspolitie moet worden overgelaten ,heeft de gemeente geen zekerheid of het goed gedaan wordt. De gemeente-politie staat rechtstreeks onder de burgemeester en zolang dit apparaat er niet is, wou spr. de nachtwacht handhaven.

Ook dhr. Dekker verklaarde zich voor handhaving. Geen enkel politie-apparaat kan deze taak volgens hem zo intensief verrichten. Zou de nieuwe fin. regeling moeilijkheden geven, dan kan de sollicitanten meegedeeld worden, dat de functie tijdelijk kan zijn. Als deze dienst er echter afgaat, blijven dan de andere functies bezet?

De Voorz. zei, dat het salaris van de huidige functionnaris als gemeentebode, nachtwacht, '"'' —^—'' onderhoud brandweermate­ riaal en schoonhouden arrestantenlokaal ƒ 1580.— beloopt. B. en W. meenden er dan ook het schoonhouden gemeentehuis en gymnastieklokaal aan te moeten verbinden, wat een verhoging van ƒ 50.— betekende.

Dhr. Zweerus vond deze taak voor één persoon te zwaar. Moet de vrouw van de sollicitant ook meehelpen, daji zijn er weer 2 personen voor dit bedrag aan het weik. De nachturen kunnen volgens spr. zeker op 1% keer de daguren gerekend worden. Spr. wou zo mogelijk ook de nachtwacht intact houden.

Dhr. Van Alphen bepleitte nogmaals de onmisbaarheid van deze dienst. Van overdracht naar de Rijkspolitie ziet spr. geen heil, daar de 2 beambten ieder al 8 uur dienst hebben, dus er geen nachtdienst meer bij kunnen doen. Dhr. Lngtenburg rekende 5 uren voor

Dhr. Lngtenburg rekende 5 uren voor de nachtdienst en drie uren per dag voor de overige functies en dhr. Dekker stelde nog voor het schoonhouden gemeentehuis te laten vervallen. Uiteindelijk werd besloten sollicitanten op te roepen voor de openvallende functies, waarbij dan komt schoonhouden gymnastieklokaal met bovenverdieping.

Verder besloot de Raad de woning Voorstraat A 2 aan te kopen voor ƒ 1775 en het voorgedeelte daarvan voor de gem.-ontvanger in te richten, terwijl de achterzijde door de gem.-architect kan worden benut. Dhr. Dekker vroeg of onderbrenging

Dhr. Dekker vroeg of onderbrenging van de politie niet urgenter was, waarop de Voorz. antwoordde, dat de politie voor zichzelf moet zorgen. Thans wordt door hun de burgemeesterskamer gebruikt, doch als er een nieuwe burgemeester komt, moet deze kamer vrijgemaakt worden. In onderling overleg zou de politie dan misschien gebruik kunnen maken van de architectenkamer. Op voorstel van B. en W. werd besloten voor aankoop, inrichting en herstel van dit pand een geldlening aan te gaan van ƒ 2500.— ä 314 %. Gedacht was de centr. verwarming van het gem.-huis naar dit pand door te rekken, doch waar dit plm. ƒ 500 zou kosten, wil men daartoe nog niet overgaan em hierin op andere wflze voorzien. Dhr. Opstelten zag voor het aan het

Dhr. Opstelten zag voor het aan het doel geschikt maken van dit pand een ngrijpende verbouwing nodig, die nu iet kan plaats vinden. Daarom advieerde hij zo min mogelijk kosten er aan e spanderen, maar het later ineens oed te doen. Voor de verwarming zou men gaskachels kunnen nemen. Zie vervolg pag. 2 Ie kolom.

VERVOLG GEMEENTERAAD NIEtTWE TONGE

Dhr. Dekker merkte naar aanleiding van het laatste op er rekening mee te houden ,dat we een ontvanger hebben die veel uren maakt, wat de gaskachels wel eens duur kon maken.

Daarna werd de veranderde instructie voor de Schoolschoonhouder door een nieuwe vervangen en goedgekeurd. De bepaling is er nu in opgenomen, dat de school één keer per week moet worden gedweild, wat tot heden nimmer geschiedde.

Op verzoek van Ged. Staten moest ook de instructie gem.-geneesheer worden gewijzigd. In hoofdzaak liep dit over de afwezigheid van de arts. Deze heeft verzocht de redactie zo te stellen, dat bi langer dan 5 dagen afwezigheid uit de gemeente hiervan kennis moet worden gegeven aan de burgemeester en bij langer afwezigheid dan 14 dagen de arts diens toestemming behoeft. Voorheen was dit resp. 1 en 8 dagen.

Dhr. Opstelten informeerde hoe dikwijls de arts dit mag doen. Spr. twijfelt geen ogenblik aan misbruik van de tegenwoordige arts, doch een instructie wordt ook voor de toekomst gemaakt.

De limiet van 5 dagen vond spr. wel tamelijk lang.

De Vooriz. zei dat de arts bij afwezigheid al is het maar voor één dag, een plaatsvervanger aan moet wijzen, buiten lasten van de gemeentekas. ,,Ik zal het wel zo maken, dat de heren er genoegen mee nemen", zei spr.

Tenslotte werden voor het nazien van de rekening van Burg. Armbestuur '46 en de begroting 1948 commissies aangewezen, enkele pensioengrondslagen vastgesteld en een wijziging gem.-begroting '47, wat betrof financiële regelingen, vastgesteld.

In de rondvraag bepleitte dhr. Dekkler een verhoging van de uitkering aan de armlastigen. Hierbij wilde hij onderscheid maken tussen de groep, die geheel zelfstandig staan en degene, die eventueel door hun kinderen zouden kunnen worden gesteund. Spr. achtte het de plicht van het opkomende geslacht om het afgaande te ondersteunen. Deze plicht van de kinderen t.a.v. de ouders wordt in vele gevallen verwaarloosd. Spr. stelde voor een verhoging van 25% toe te passen.

De Voorz. zeide dat deze kwestie al bij B. en W. heeft voorgezeten, doch een verhoging is met het oog op de komende regeling der zorg voor ouden van dagen van Regeringswege uitgesteld. Vermoedelijk zal deze regeling 1 Oct. in werking treden. Komen de armlastigen dan nog tekort, dan zou een nadere voorziening kunnen worden getroffen. Thans genieten alleenwonenden ƒ 10.— en samenwonenden ƒ 14.—.

Dhr. Dekker merkte op, dat in de noodvoorziening ook selectie zal worden toegepast. Bij eventuele aanvulling wou spr. ook deze selectie toepassen. Spr. gaf in overweging tot 1 Oct. de behoeftigen tegemoet te komen. Het is nog niet zeker of dan de nieuwe regeling al in werking treedt. Dhr. Ijugtenburg was het met dhr.

Dhr. Ijugtenburg was het met dhr. Dekker eens. Spr. zei ten opzichte van de houding der kinderen t.o.v. de ouders, dat degenen, die 't niet kunnen doen, hun ouders steunen en die het wel kunnen, doen het niet. Dat is ook het oordeel van de voogdijraden in de grote steden.

Dhr. Van Alphen herinnerde er aan, dat voorheen te dezer zake steeds overleg werd gepleegd met de Diaconie. Spr. wilde thans ook de Diaconie hierin erkennen, waarvan de Voorz. toezegging deed.

Besloten werd dat deze kwestie nog nader door B. en W. zal worden bezien. Daarna ging de Raad over in besloten zitting.

Gevoelige straffen voor schoenenfabrikanten

Door de Controledienst van het Directoraat-Generaal van de Prijzen werd een aantal schoenenfabrikanten geverbaliseerd voor het berekenen van hogere prijzen dan geoorloofd was. In verscheidene gevallen heeft thans berechting plaats gehad.

De Tuchtrechter voor de Prijzen te Breda legde aan de eigenaars van een schoenenfabriek te Moergestel ƒ 30.000— boete op, terwijl de eigenaars van 2 schoenenfabrieken te Dongen tot betaling van ƒ 45.000.— en ƒ 105.000.— werden veroordeeld; de eigenaars van 2 andere fabrieken in Dongen moesten respectievelflk ƒ 9.000.— en ,f 15.000.— afdragen en een fabrikant uit Oisterwijk heeft ƒ 10.000.— te betalen. Twee fabrikanten in Nijmegen zijn veroordeeld tot betaling van respectievelijk ƒ 30.000.— en ƒ 50.200.—, terwijl nog andere zaken tegen overtreders in behandeling zijn. De Calculatiebeschikking Schoenen bevat de bepaling, dat de fabrikanten op 1947, die op 1 April j.1. in werking trad, onuitwisbare wijze, duidelijk leesbaar en op een direct zichtbare plaats in de hielvoering of op de loopzooi van de linkerschoen van ieder paar de maximaal toelaatbare gebruikersprijs moeten vernielden, zodat het publiek hierdoor de prijs, die ten hoogste voor de schoenen mag worden verlangd, zelf kan controleren. Op de juistheid van de aangebrachte prijzen wordt door de Controledienst van de Prljsbeheersing nauwlettend toegezien.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen