Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Avontuur in oud China

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Avontuur in oud China

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

P do voet gevolgd door de bedien- , boi-eikte hij de poort. Hoewel zijn t bonsde, was hij uiterlijk heel kalm. z« zijn weg versperden Tot zijn w verlichting deden zij dit niet. ai' toen hij voorbijging spoog een van hem in het gezicht. Hij bedwong verontwaardiging en vervolgde zijn 6*

"weiijk bemerkte hij, dat na enkele Men van een der bedienden een soli van de wacht de poort verliet en volgde.

HOOFDSTUK VII.

P enige afstand gevolgd door de aaat, kwam Forsyth op het punt, ar de weg naar het huis van de koop- 1 afboog van dien, die voerde naar zendingshuis. Een ogenblik stond hij twijfel. Zou hij Kathlijn Barrington oeken of niet? Besluiteloos vervolgwj eerst zijn weg, maar keerde vastaden terug. soldaat stond stil en leunde op zijn ^r. Toen hij evenwel zag, dat de vreemdeling zich begaf naar het huis van Barrington, toonde hij levendige belangstelling.

Nauwelijks was Forsyth in de poort van Barrington's huis, of de soldaat keerde zich haastig om en - ijlde terug naar het paleis van de mandarijn. Terwijl Forsyth de tuin doorliep, zag hij eens rond en onder oen kerseboom zag hij een damesfiguur in een witte japon. Ofsch«on hij het gezicht niet kon zien, twijfelde hij er geen ogenblik aan, dat het Kathlijn was en tussen de bloem bedden door richtte hij zijn schreden naar haar. Haar van terzijde ftaderende, zag hij op haar gezicht een peinzenden trek. Om zijn nadering aan te kondigen, kuchtte hij even en terstond sprong zij overeind terwijl een glimlach van blijdschap in haar ogen schitterde. „Gelukkig!" riep zij uit. „Ik was juist

„Gelukkig!" riep zij uit. „Ik was juist in gedachten met u bezig dokter Forsyth. Ik vroeg mij af, wat er wel gebeuren zou in het paleis en ik was bang, heel bang. Maar de tijger heeft u geen kwaad gedaan?" „Nog niet", antwoordde hij rustig.

„Dreigde Li-Weng-Hoo u?" „Ja", antwoordde hij. „Maar bedreigde mensen leven lang". ,,Niet in China", viel zij hem in de rede. „Dit land is een broeinest van misdaden. Als hij u dreigde, moet u zeer voorzichtig zijn. Wat heeft u hem gezegd? Ik denk, dat u hem verbitterd hebt".

„Ik beschuldigde hem van medeplichtigheid aan de Opiumhandel hier in de stad. En hij gaf mij tot zonsondergang tijd, om Yong-Foo te verlaten".

„Dan moet u gaan". „Ik zal niet gaan. Er zijn belangrijke redenen, die me noodzaken te blijven". -„En meer belangrijke, die u moeten

-„En meer belangrijke, die u moeten leiden, om te vertrekken", antwoordde zij ernstig. „O, u begrijpt het niet. De mandarijn is een gevaarlijk man. Ieder ogenblik zal uw leven nu in gevaar zijn. En er zijn zoveel wegen, die hij kan volgen, zonder dat hijzelf gevaar loopt, verdacht te worden: vergif, dolk en nog veel meer. Hij zal zelf misschien niets doen, maar na één of twee dagen, na een maand of een paar maanden, zal ineens de kreet oprijzen van: ,,Vreemde duivels" en het plebs zal zich samenhopen en het zendingshuis bestormen. Dan wordt u mishandeld, gedood en Li- Weng-Hoo's mannen zullen komen, om de orde te herstellen, maar juist te laat, om u te redden. U kent de sluwheid van zo'n Oosterling niet zo goed, als "

„Maar ik verzeker u, dat ik die ken" zei Forsyth. „Ik geloof, dat u de handelvnjze van de mandarijn juist aangeeft. Maar u rekent niet met mijn Beschermer. Zijn arm zal mij redden". ,,Niet in Yong-Foo. Er zijn negentig

,,Niet in Yong-Foo. Er zijn negentig duizend Chinezen in deze stad. Zij allen zullen op een woord, een wenk van de mandarijn zijn wensen volbrengen. Tegenover zulke getallen zijt gij geheel hulpeloos — als een kleine mug voor Li- Weng-Hoo, een mug, die hij met de voet kan verpletteren. Eén gefluister van hem en honderd slaven zullen zich mét hun dolken op u werpen en het zendingshuis zal als een begrafenisvuur voor u verbrand worden. U moet gaan", herhaalde zij met klem. „U moet terstond gaan". Haar angst voor zijn welzijn was dui

Haar angst voor zijn welzijn was duidelijk zichtbaar. Bn zijn hart dankte daarvoor. Maar een onwankelbaar gevoel van plicht maakte het hem onmogelijk aan haar verzoek te voldoen. Gedurende enige ogenblikken keek hij haar aan en sprak dan zachtjes: „Ik dacht dat u mij niet van de weg van de plicht trachtte af te voeren."

„Dat wil ik niet", was haar antwoord. ,,Maar wél van de weg des doods — vooral van die weg, als de Chinezen voor u bereiden. Als u tot zonsondergang de tijd hebt, moet u onverwijld Yong-Poo verlaten".

„Ik zal niet gaan", antwoordde hij. „Er zijn belangrijke redenen, waarom ik moet blijven. Als ik deze stad verliet, zou dit niet alleen een bewijs van lafhartigheid zijri, maar het zou ook een erkenning van schuld zijn". „Van schuld?" riep zij verwonderd uit. Maar terwijl hij een ogenblik wachtte

met zijn antwoord, maakte de blik van verwondering plotseling plaats voor een angstige vragenden blik.

„Ja, schuld", antwoordde hij. „De mandarijn heeft mij beschuldigd, van opium gesmokkeld te hebben". „O, maar dat is al te dwaas. Dat is onmogelijk". „Toch is het niet zo onmogelijk en

„Toch is het niet zo onmogelijk en dwaas, als u schijnt te denken", antwoordde hij.

„Ik twijfel er niet aan, dat ik opium in Yong-Poo heb gebracht, maar ik deed het onwetend". „Vreselijk", riep zij plotseling uit,

„Vreselijk", riep zij plotseling uit, wanhopig. „Vreselijk". Weer lag op haar gezicht de lijdende blik, die hij een uur tevoren gezien had, toen hij haar verteld had van het aandeel van de mandarijn in de Opiumhandel. Nu was evenwel die blik nog lijdender en niet de minste twijfel aan haar onschuld bleef nu nog bij hem over. Terwijl hij haar medelijdend aanzag

Terwijl hij haar medelijdend aanzag zei hij: „Li-Weng-Hoo was in staat mij nauwkeurig de hoeveelheid gesmokkelde opium mede te delen. Het was voor een grote som, om nauwkeurig te wezen drie pocols, zegge drie honderd en zestig pond en het bevond zich in kistjes, die deel uitmaakten van de lading, die u mij verzocht, naar Yong-Poo over te brengen, toen u in Ka Ting achterbleef". Hij zag haar beven, als een riethalm. Haar gezicht was doodsbleek. Het was als lag er een trek op haar gelaat van erkenning en schuld. Zij probeerde te spreken, maar hun lippen weigerden dienst. Eindelijk fluisterde zij: „O, ik wist het niet, ik wist het niet, ofschoon ik het had kunnen vermoeden. Als ik dat "

„Kathlijn, Kathlijn, kom eens hier!" klonk ineens een hese stem. 't Was die van Leiand Barrington. Forsyth zag de koopman in de veranda staan. Barrington herkende hem eveneens en wuifde hem toe met de hand, terwijl tegelijkertijd een schaterlach door de tuin klonk. Forsyth begreep dat alle gelegenheid voor verdere verklaringen tussen hem en het- meisje voorbij was en ook Kathlijn zag dit blijkbaar in. „Ik zal moeten gaan", gelooft u mij?" Haar ogen smeekten om vertrouwen. Haar stem

't Was hem duidelijk, dat Kathlijn Barrington smeekte om zijn gunstige opinie; dat zij zijn geloof, zijn vertrouwen in haar onschuld van het hoogste belang achtte, althans op grote prijs stelde. In een enkel moment waren al zijn kwade vermoedens jegens haar verdwenen.

„Ja", zei hij ernstig, „ik geloof in uw..."

„Kathlijn, kom je haast?" Duidelijk liet het ongeduld zich horen in de stem van Barrington. Het meisje richtte zich huiswaarts, maar keek nog eens om.

„U moet vanavond nog vertrekken". „Neen", antwoordde hij. „Ik zal hier blijven". (Wordt vervolgd,)

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 25 maart 1950

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's

Avontuur in oud China

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 25 maart 1950

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's