Ditmaal waren het zwaaiende armen, te grote snelheden en electrische verbruiksartikelen

Kantonrechter Burg. D. Rijnders. Ambtenaar O.M.: Mr v. Buuren. De zitting van het Kantongerecht van Vrijdag was over een morgen- en middagzitting verdeeld en nam een groot deel van de dag in beslag. Lange zittingen zijn nooit erg prettig, maar er was nu nog al wat variatie in het menu. Allereerst was door ziekte van Mr v. d. Velde, Burgemeester D. Rijnders van Middelharnis, waarnemend kantonrechter, terwijl in de morgenzitting evenals het vorig jaar de lerares, mej. Mr E. v. d. Berg, met de leerlingen van de 3o en 4e klasse der H.B.S. eens een kijkje kwam nemen. De eerste verdachte P. v. d. Wende

De eerste verdachte P. v. d. Wende te Ooltgensplaat was niet in het bezit van een vergunning om electrische artikelen te mogen verkopen. Verd. legde ter zitting een schrijven over van de Fa. Stokvis, waarin deze bevestigt, dat v. d. Wende reeds in 1942 en 1943 electrische apparaten van haar betrok. Bovendien was verd. van mening, dat, omdat hij reeds voor 1940 daarin gehandeld had, thans een dergelijke vergunning niet meer nodig was.

Pres.: U had dit moeten aanvragen, want U bent niet in het bezit van de vereiste diploma's. Get. v. Maastricht was een neef van

Get. v. Maastricht was een neef van verd. en had reeds voor 1940 bij v. d. WeiKde gewerkt. Pres.: Wat is van voor 1940?

Get.: Toen ik de ambachtsschool verliet en wanneer dat precies was, kan ik U niet meer zeggen. Verd.: Het was de bedoeling, dat get. in de toekomst de zaak van mijn moeder zou overnemen.

Pres.: Wat was het nu eigenlijk voor een installatie, die U in de landbouwloods te Ooltgensplaat hebt aangelegd? Get.: De generator, die op de installatie staat, is zwakstroom, maar de rest kan ook voor sterkstroom gebruikt worden. Ambt. O.M., Hier is dus sprake van

Ambt. O.M., Hier is dus sprake van een dubieus karakter, want de installatie kan inderdaad zowel voor sterk- als zwakstroom gebruikt worden en daaronri moet ik in deze vrijspraak requireren, waarmede de pres. accoord ging.

Geluk by een ongeluk W. I. Linke te Dordrecht verleende in de Krakeelstraat te Sommelsdijk geen voorrang aan het van rechts komend verkeer.

Verd. geeft het toe, maar beroept zich erop, dat hij niet voldoende ter plaatse bekend was en dat ook nergens een bord stond, waaruit bleek, dat er een zijstraat in aantocht was.

Get. L. J. C. V. Alphen te Nieuwe Tonge, bestuurder van de bestelauto der R.T.M, kwam uit de van Gorkumstraat en had dit ongeluk niet kunnen voorkomen.

Volgens de ambtenaar maakte verd. een fout, doch had het geluk, dat er weinig schade werd aangericht. Eis ƒ 15.— of 6 d.h.

ƒ 15.— of 6 d.h. U moet in de bebouwde kom voortaan beter uitkijken, aldus de president. ƒ 10.— of 5 d.h.

L. Dorsman te Ooltgensplaat, niet versch. was niet in het bezit van een vergunning om electrische artikelen te verkopen.

De Ambt. O. M. wUde er rekening mede houden, dat er pas de laatste tijd electrisch op Oost Plakkee werd aangelegd. Zowel de eis als de uitspraak luidden

Zowel de eis als de uitspraak luidden ƒ 10.— of 5 d.h. Vervolgens werd de aangehouden zaak tegen P. de Jong te Dirksland behandeld. Verd. bleef volhouden, dat hij slechts

Verd. bleef volhouden, dat hij slechts 3 ä 4 minuten voor het huis van Huysen had geparkeerd. Get. J. L. Th. Huysen te Nieuwe

Get. J. L. Th. Huysen te Nieuwe Tonge verklaarde, dat de Jong een duivenklok voor reparatie kwam brengen en dit zakelijk gesprek had niet langer geduurd dan 5 minuten.

De ambtenaar verzocht deze zaak aan te houden tot 14 Juli in verband met de eenheid van het onderzoek, hetgeen de pres. inwilligde.

A. de Graaff te Dirksland, niet verschenen overtrad de vestigingswet. De ambtenaar, wilde de zaak, die nu reeds meer dan een jaar loopt, niet langer aanhouden en eiste daarom ƒ 25.— of 10 d.h. Uitspraak ƒ 15.— of 7 d.h. De zaak contra J. v. Loon te Oude

De zaak contra J. v. Loon te Oude Tonge in verband met vestiging werd op verzoek van de raadsman uitgesteld.

Hy ruikt wel.. P. Mierop te Middelharnis riep zijn hond, welke liep te snuffelen naar wild, niet terug.

Verd.: Het beest kijkt niet naar wild. Hij ruikt wel maar blijft verder overal van af. Pres.: Wat is het voor een hond?

Verd.: Een patrijshond. Pres.: Het is dus wel een jachthond maar hij kijkt nooit naar wild.

Verd.: De politie heeft een uur staan kijken en heeft niet gezien, dat hij een haasje verschalkte. Get. wachtm. v. Vliet heeft de hond

Get. wachtm. v. Vliet heeft de hond wel zien sporen, maar hij heeft in dit half uur niets gevangen.

Verd.: Het is geen hond van mij, maar hij gaat wel altijd met me mee. De Ambt. O.M. achtte het wettig en

De Ambt. O.M. achtte het wettig en overtuigend bewijs geleverd en het wilde er bij de ambt, niet in, dat dit een hond is, die geen wild opspoort. Els ƒ 7.50 of 3 d.h. Uitspraak ƒ 5.— of 2 d.h. Verd.: Ik zal het er mee moeten doen.

Pres.: U kunt direct betalen, als U wilt. Verd.: Ik heb op het ogenblik geen

geld in mijn zak. J. V. Groningen te Sommelsdijk nam bij het gemeentehuis te Melissant met zijn auto de bocht naar links te kort.

Verd.: Ik nam de bocht zoals het behoorde en voor de tekening geef ik niets, want deze is pas gemaakt, nadat mijn wagen weg was. Zodra ze mij waarschuwden, ben ik gestopt. Ik dacht dat ik iets verloren was.

Get. M. V. d. Bosch te Melissant stond op de hoek van de Voorstraat en zag het hele geval gebeuren. Verd. nam de bocht zo kort, dat hij de wielrijder moest raken. Hoe het precies gebeurd is, kan ik U niet vertellen, omdat tijdens het ongerval de auto het gezicht wegnam tussen de wielrijder en mij aldus getuige De zaak werd aangehouden, teneinde de niet verschenen getuige Hameete te horen. J. J JHathijsse te Den Bommel ver- voerde op zijn vrachtauto meer personen dan waartoe hij gerechtigd was. Verd.: Er waren meerdere zitbanken

Verd.: Er waren meerdere zitbanken achter op de laadbak aangebracht. Voor dit feit ben ik nog nooit eerder aangehouden. Van het voorjaar ben ik ook op deze wijze naar de Jaarbeurs geweest.

Pres.: Het mag alleen met de daartoe bestemde zitplaatsen. De ambtenaar achtte het bewijs geleverd en wilde met de omstandigheden rekening houden en eiste ƒ 5.— of 3 dh. Uitspraak ƒ 3.— of 1 d.h.

Ik kon niet anders De heer Parmentier, directeur der Drinkwaterleiding te Middelharnis reed met zijn auto te veel naar links op de Dijkstelweg te Ouddorp en veroorzaakte daardoor een botsing met een vrachtauto komende van de Westerweg.

Verd. vond de zaak niet juist weergegeven. Ik reed op het midden van de weg en op het moment, dat er een auto van links kwam, zag ik niets anders dan een groep bomen ,een persoon en een auto en kon tenslotte niet anders doen dan tegen de auto aanrijden. Op het moment dat we tegen elkaar

Op het moment dat we tegen elkaar botsten was het een kwestie van 25 cm. Had ik op een betonnen weg gestopt was het ongeval niet gebeurd, maar doordat het op een grintweg was, slipten de banden teveel. Tot overmaat van ramp schoot er een bout uit de zitbank en kreeg ik het stuur in mijn maag en schoot mijn hoofd tegen het dak. Pres.: Hoeveel ruimte was er tussen de persoon en de plaats des onheils?

Verd.: Naar mijn mening kunnen dat maar enkele meters geweest zijn. Pres.: Heeft U tijdig een signaal gegeven? Verd.: Dat doe ik altijd. Het over

Verd.: Dat doe ik altijd. Het overzicht van de weg was niet slecht, alleen was het mij onbekend dat er een zijweg was.

Pres.: U reed ongeveer 50 km. Was dit niet een te grote snelheid voor de betrekkelijke smalle wegen van Ouddorp, waarop toch de uiterste voorzichtigheid betracht moet worden? Verd. meende dat dat weinig uitgemaakt zou hebben. Pres.: Dan had U die 25 cm niet no

Pres.: Dan had U die 25 cm niet nodig gehad en had er geen botsing plaats gevonden.

Ambt. O.M.: U zegt de gewoonte te hebben gedurig te claxoneren, maar één der getuigen spreekt dat tegen. Verd.: Dat doe ik uit gewoonte.

Verd.: Dat doe ik uit gewoonte. Ambt. O.M.: Hoe ver was de bocht van het ongeluk verwijderd. Verd.: Ongeveer 100 ä 200 m.

Ambt. O. M.: Door stille getuigen is uitgewezen, dat de vrachtwagen 50 cm door Uw auto achteruit is gezet. Verd.: Dat bestaat niet, want dan was mijn hele wagentje in elkaar gedrukt. Get. P. Mulder te Sommelsdijk kwam met een vrachtauto beladen met 6000 kg kunstmest en een eigen gewicht van 3500 kg met een snelheid van 20—22 km de Westerweg uitrijden. Pres.: Zag U het ongeluk aankomen?

Pres.: Zag U het ongeluk aankomen? Get.: Jawel, edelachtbare. Pres.: Reed de heer Parmentier links of rechts van de weg? Get. Middenop.

Pres.: Had Uw auto nog schade? Get.: Voor ongeveer ƒ 100.—. Ambt. O.M.: Hoeveel werd Uw wagen achteruit gedrukt?

Get.: Ongeveer 20 cm. Pres.: Waar raakte de luxe wagen U ? Get.: Rechts, terwijl ik op de voetrem stond. Get. K. Nieuwland te Ouddorp, ma

Get. K. Nieuwland te Ouddorp, machinist op het pompstation had er geen bezwaar tegen om getuigenis af te leggen, hoewel dat niet behoefde. Pres.: Hoe wist U de snelheid?

Pres.: Hoe wist U de snelheid? Get.: Even van te voren had ik op de teller gekeken en toen reden we 47,5 km.

Pres.: Waar reed de heer Parmentier ? Get.: Midden op de rijbaan. Pres.: Op hoeveel afstand stond Meijer van het ongeluk af?

van het ongeluk af? Get: Ongeveer 10 m. Pres.: Kan dit geen 100 m zijn? Get.: Uitgesloten! Pres.: Was het noodzakelijk dat dhr

Parmentier midden op de weg bleef? Get.: Neen, want de persoon (Meijer) stond binnen het hekje. Pres.: Is er een signaal gegeven?

Get.: Ja, verscheidene malen. Pres.: In het procesverbaal verklaarde U juist andersom! Get.: Dat kan niet. Pres.: Hoe hard reed de vrachtauto?

Pres.: Hoe hard reed de vrachtauto? Get.: Deze stond stil toen de aanrijding plaats had.

Pres.: Maakt het volgens U verschil of het een grint- of betonweg was? Get.: Ja zeker, want als de weg van beton was geweest, hadden we eerder stil gestaan en zou de botsing waarschijnlijk niet plaats gehad hebben. Ambt. O.M.: Wanneer claxoneerde

Ambt. O.M.: Wanneer claxoneerde verd. voor het laatst?

Get.: Op ongeveer 30 m. Get. P. Westhoeve te Ouddorp stond tijdens het ongeval er 100 m vandaan.

Pres.: U hebt een signaal horen geven. Wie deed dat? Get.: Beide bestuurders.

Pres.: Hoe weet U dat? Get.: Omdat ik op een verhoging van 3 m stond en zodoende het gehele geval heb gezien.

Regelmatig werden er door dhr Pf^ mentier signalen gegeven en toen ineens was het kledder. Na het ongeluk heb ik mijn hulp aangeboden.

Pres.: Wat zag U toen? , Get.: Dat de vrachtauto 20 a 30 cm achteruit was geduwd. .. ,„„

achteruit was geduwd. .. ,„„ Pres.: Hoe ver stond Meijer er vandaan?

daan? Get.: Ongeveer 10 «­ . , v^d Pres.: vird. als U minder hard Iw gereden, zou U waarschijnlijk niets g

raakt hebben. (Zie voor vervolg pag. 2 Ie kolom)

Verd.: Ja, maar ik moest kiezen, tussen bomen, een persoon en do auto en nu vind ik dit niet de slechtste keuze. Ambt. O.M.: De keuze was niet zo beroerd, maar het was zo beroerd, dat U die keuze moest maken. U hebt zelf die positie geschapen, dat U moest kiezen tussen mens of machine.

Verd. komt nl. met een grote snelheid aanrijden op een betrekkelijk smalle weg, waar bovendien het uitzicht wordt belemmerd door struil^gewas. Ik verwet verdachte niet, dat hij te snel gereden heeft, maar wel voor een dergelgke weg en onder dergelijke omstandigheden en dan nog midden op de weg. Had verd. mot dezelfde snelheid rechts van de weg gereden, dan was er vermoedeHjk niets gebeurd. Verd.: Moest Mulder inij dan geen

Verd.: Moest Mulder inij dan geen voorrang verlenen? Ambt. O.M.: Dus m.a.w., ik moest door kunnen rijden.

Bovendien heeft men een behoorlijke kracht en snelheid nodig om 9,3 ton 20 cm achteruit te schuiven en daarom achtte de Ambt. het veilig en overtuigend bewijs geleverd, maar omdat verd. had geclaxoneerd, eistte de ambtenaar ƒ 125.— of 50 d.h. met ontzegging van de rijbevoegdheid voor de tijd van zes maanden. Pres.: Het is mij bekend, dat dhr

Pres.: Het is mij bekend, dat dhr Parmentier een voorzichtig rijder is en daarom wordt verd. veroordeeld voor onvoorzichtigheid ƒ 25.— of 10 dh. en voor de snelheid ƒ 50.— of 25 d.h. en omdat de rechter weet, dat verd. het rijbewijs nodig heeft zal hij toch geen ontzegging uitspreken.

Verd. kan het bewijs niet aanvaarden, dat door zijn auto'tje die zware vrachtwagen achteruit is gezet. Verder vindt dhr Parmentier de straf te hoog, want hij zat in een muizenval en Icon niet anders.

P. J. v. d. Vliet te Rotterdam bereed een motor, waarvan het achterlicht niet brandde.

Op het moment, dat de agent mij controleerde, brandde het niet, maar ik zou het beleefder gevonden hebben, wanneer de agent mij een waarschuwing zou hebben gegeven aldus vei-d. De ambtenaar is het eens met verd.,

De ambtenaar is het eens met verd., dat het zeer gevaarlijk is zonder licht te rijden en eist ƒ 15.— of 6 d.h., hetgeen conform de uitspraak is.

J. A, Roelands te Steenbergen parkeerde te Oude Tongo zijn onverlichte auto onder een lantaarn, die niet brandde. ƒ 10.— of i d.h.

C. Nieuwland te Dirksland, N. A. Witvliet te Melissant en M. v. Splunder te Goedereede hadden geen van alle een bel op hun fiets. Zij kregen ƒ 3.— of 1 d.h.

J. G. Nobels te Ooltgensplaat reed met zijn auto in de verkeerde richting over de Molendgk te Nieuwe Tong e. ƒ 3.— of 1 d.h. J.- Kamerling te Den Bommel par

J.- Kamerling te Den Bommel parkeerde op verboden terrein. ƒ 4.— of 2 d.h. Het was anders

P. Borgdorff te Den Bommel parkeerde zyn auto zonder achterverlichting op de Kaai.

Verd.: Ik ben helemaal niet op de Kaai geweest. Pres.: Wist je dat je licht kapot was?

Verd.: Ik ben aangehouden voor mijn papieren, maar niet voor mijn verlichting. Mijn papieren waren in orde, maar even later deelde de politie nog mede, dat het achterlicht niet brandde. Ik stond echter niet geparkeerd, maar de poilitie hield mij staande. De zaak werd aangehouden om verbalisant te horen. C. Korteweg te Ooltgensplaat be

C. Korteweg te Ooltgensplaat bestuurde een boerenwagen zonder achtterlichten. Ambt. O.M.: Dergelijke onverlichte

voertuigen zijn een groot gevaar voor het verkeer. ƒ 10.— of 4 d.h.

') Reeids vanoiuls gedaan! M. V. d. Ham te Nieuwe Tonge verkocht op de Zuiddijk 12 electrische verbruiksartikelen zonder vestigingsvergunning. Dit heb ik altijd gedaan. Maar U hebt toch geen vergunning?

Maar U hebt toch geen vergunning? Deze is door m^j aangevraagd bij hot Ministerie, doch hierop heb ik nog geen antwoord gehad. Wanneer hebt U dit aangevraagd. Omstreeks Mei van dit jaar.

Ambt. O. M.: Verd. moet een vergunning hebben, maar wil reltening houden met de omstandigheden. Eis ƒ 10.— of 4 d.h.

Ik ben toch ingeschreven als handelaar In verlichtingsartikelen en hierbij Is niet bepaald of dit petroleum of iets anders is. Ambt. O. M.: Een inschrijving bij de

Ambt. O. M.: Een inschrijving bij de

K. V. K. is niet voldoende. Pres.: U moet nu eenmaal een ver

Pres.: U moet nu eenmaal een verklaring van de Minister hebben en anders bent U in overtreding.

De zaak wordt aangehouden om de verd. in de gelegenheid te stellen het in orde te maken.

J. W. v. Oostende te Nieuwe Tonge, niet verschenen, heeft zich ook gevestigd zonder vergunning.

Ambt. O. M.: Er blijkt niet uit do stuklien, dat verd, een vergunning heeft aangevraagd, ƒ 10.— of 4 d.h.

Nogmaals de lange hond M. W. Struik te Melissant heeft zich met een lange hond in gesloten jachttijd op de Diederikso gorzen bevonden en riep daar zijn hond niet terug. Verd. ontkent dit.

Verd. ontkent dit. Ik ben naar de kade wezen kijken, omdat deze gerepareerd moest worden.

Pres.: U mocht daar jagen, maar U had een hond bij U. Wat voor een soort was dit ?

Verd.: Het is een herdershond, De politie heeft er een jong van om deze voor politiehond af te richten. Pres.: Die gorzen zijn eigendom van

Pres.: Die gorzen zijn eigendom van U en Uw broers. Waren deze ook aanwezig ?

Verd.: „Neen." Pres.: De jacht is gegeven aan Uw neef P, Struik. Verd.: Jawel, maar ik, nog mijn hond is een haas tegengekomen, terwijl dhr Hoogerheide er wel één heeft gezien. Pres.: Was het hoog water?

Verd.: Het had wel hoog water moeten zijn, maar door de sterke wind was dit niet het geval. Pres.: Had U een jachtacte? Verd.: Neen. Pres.: Het was U bekend dat de jacht, tijd gesloten was en bovendien hebt U de hond tekens gegeven dat hij zoeken moest. Verd.: Daar is geen sprake van, want

Verd.: Daar is geen sprake van, want daar is ze veel te jong voor. Pres.: Wat had U in Uw hand? Verd.: Een stok, maar die heb ik

Verd.: Een stok, maar die heb ik altijd bij mij, omdat ih dan makkelijker loop. Bovendien heeft dhr Hoogerheide mij nooit kunnen zien lopen. Pres.: U had ook een verrekijker bij U?

Deze heb ik altijd bij mij om naar de schepen te kijken. Pres.: In ieder geval heeft U moeten zien dat de hond zocht en sporen had van wild. Zodra U hem riep, is hij direct teruggekomen. Verd.: Toen ik het haas zag, zag de

Verd.: Toen ik het haas zag, zag de hond haar niet.

Pres.: De hond snuffelde regelmatig en U moest weten, dat dit niet mocht. Get. Wachtm. Hoogerheide had Struik op het gors in de richting Herkingen zien lopen en gaf toen de hond aanwijzingen, dat deze zoeken moest. Verd.: Dat heeft Hoogerheide nooit

Verd.: Dat heeft Hoogerheide nooit kunnen zien. Get.: Eerst zag ik verd. op 200 m en

Get.: Eerst zag ik verd. op 200 m en later op 800 m.

Ambt.: Hebt U wel eens gezien, dat de hond een haas wilde inlopen?

Get.: Neen, want anders was verd. reeds eerder hier geweest. Wel heb ilt gezien, dat Struik een vangbeweging maakte toen het haas op hem afkwam.

Verd.: lic heb door deze beweging de hond willen terugroepen, want dit doet men ook altijd met politiehonden. Pres.: Is de hond U gehoorzaam? Verd.: Jawel, edelachtbare, maar het

Verd.: Jawel, edelachtbare, maar het is nog een jonge hond. Get. G. P. A, Frijlink te Middelharnis had do hond gekeurd in bijzijn van agent Kuissche. Pres.: Is deze hond in staat ona een

Pres.: Is deze hond in staat ona een haas te vangen? M.a.w. is het een lange hond?

Get.: Het is een herdershond, welke niet geschaard kan worden onder de lange honden. Een dergelijk dier kan dit in het algemeen niet, want deze special! seert zich meer op de reuk. Ik spróelc echter niet tegen dat er geen uitzonderingen zijn, maar deze hond was een zui vere herder en dus geen gekruiste met een lange.

Pres.: Heeft deze hond een snelheid dat hij een haas kan inlopen? Get.: In het algemeen kan een herder dat niet.

Verd. had drie getuigen ä decharge meegebracht. Get. C. Keijzer te Melissant herinnerde zich nog, dat Struik vroeger ook handbewegingen maakte om een hond terug te roepen. Get. P. Struik te Oirksland verklaar

Get. P. Struik te Oirksland verklaarde, dat er meer hazen op dat perceel zaten als op andere, terwijl J. A. Struijk te Dirksland wist te vertellen, dat er in 1944 twee hazen aanspoelden en dat verd. deze in de klavers had gezet en niet had mede genomen. Verd.: Ik ben dus geen stroper maar

Verd.: Ik ben dus geen stroper maar een beschermer van dieren. Ambt. O.M.: In de eerste plaats wordt Struijk ten laste gelegd, dat hij een lan ge hond bij zich had, dit is echter niet bewezen, maar wel acht ik het bewezen, dat hij met een hond heeft gejaagd en dat deze hond een haas heeft vervolgd. Het zwaaien met de armen wordt door verd. niet ontkent, maar wel zegt hij, als je een haas wil laten schrikken, moet je wegduiken. Maar in dit geval was het anders, want het haas werd achtervolgd en dan schrikt ze niet uit angst. Verd. heeft op deze manier wel getracht het haas tegen te houden, of de snelheid af te remmen en daarom is dit feit wel bewezen. Verder is Struijk niet in het bezit van een jachtacte, omdat hij deze weggegeven heeft aan zijn neef. Ik neem aan dat verd. geen stroper is van professie, maar iemand die veel gejaagd heeft, zoals Struijlc, wordt het bloed te sterk en dan kan hij zich niet meer bedwingen.

Get. P. Struck verklaarde, dat er veel hïizen zitten en daarom is het aanzienlek, dat verd. daar juist naar toe gaat. De strafmaat wordt een geheel ande

De strafmaat wordt een geheel andere als in andere zaken. Deze man is fout geweest, maar het bloed is hem de baas geworden.

Eis ƒ 30.— of 12 d.h., zonder verbeurdverklaring van de hond. De rechter veroordeelde verd. tot 2 x ƒ 10.— of 2x4 d.h.

De zaken tegen Moerkerke, Bosland en van Dam Ouddorp, overtreding l.o. wet, werden voor onbepaalde tijd aangehouden. De Jager, Stellendam, onbeheerde

De Jager, Stellendam, onbeheerde fiets, ƒ 3.— of 2 d.h. E. Tanis, Ouddorp, in raamkozijn staan, ƒ 3.— of 1 d.h. P. Moerkerke, Ouddorp, id. id.

P. Moerkerke, Ouddorp, id. id. J. Hameeteman, Ouddorp, geen goed achterlicht ƒ 3.— of 1 d.h. W. Tanis, Ouddorp, geen slot aan fiets, ƒ 3.— of 1 d.h. P. Bosma, Dirksland, verkocht zonder

P. Bosma, Dirksland, verkocht zonder ventvergiinning textielgoederen in Dirks land. „Ik heb klanten bezocht!"

„Ik heb klanten bezocht!" „Hebt U een winkel en vestigingsvergunning?"

„Jawel, ik werd medermalen afgewezen op het gemeentehuis van Ouddorp. In Oude Tonge kreeg ik vergunning voor lange tijd", aldus verd.

„U ventte in ieder geval zonder vergunning!"

Eis ƒ 7.50 of 3 d.h. De ambtenaar overwoog hierbij, dat verd. welbewust in strijd handelde met het besluit der vroede vaderen van Ouddorp. Veroordeeld tot ƒ 5.50 of 2 d.h.

A. C. M. Tieleman, Nieuwe Tonge, in voor publiek gesloten gelegenheid vertoefd, ƒ 3.~ of 1 d.h.

R. van der Bend, Maassluis, toonde geen rijbewijs voor het berijden van zijn Solex, schuldig verklaard zonder straf. J. W. de Geus, Dirksland, geen goede handrem, ƒ 15.— of 10 d.h. J. van Duren, Middelharnis, ruilde in

Oude Tonge voorwerpen van kinderen in tegen speelgoed. Verd. bekende de lampen meegenomen te hebben, maar hij wist niet dat het niet mag. Hij vertelde dat een moeder er bij stond en het dus blijkbaar goedkeurde. De ambtenaar eiste ƒ 5.— subs. 2 d.h. Uitspraak ƒ 3.— of 1 d.h.

Een symbolische »traf M. Knöps, Dirksland, raapte kreukels bö Herkingen. „Vertel me eens, wat zijn kreukels

„Vertel me eens, wat zijn kreukels precies!" „Net slakken als in de tuin!" „Waar plukte U ze voor?" „Om op te eten!" „Maar er is consent voor nodig!"

„Ik ben op het secretarie geweest en daar gaf de ambtenaar me een consent, tenminste ik dacht dat het een consent was, maar ik moest het in Middelburg halen." De rechter stelde vast, dat verd. op

De rechter stelde vast, dat verd. op het moment van het rapen geen consent had.

Verd. zei er geen erg in gehad te hebben. De ambtenaar hield zeer met de om

De ambtenaar hield zeer met de omstandigheden rekening en eiste ,,symbolisch" ƒ 1.— of 1 d.h. Uitspraak conform. J. Troost, Sommelsdijk, liet zijn zoon

met een vrachtauto rijden zonder dat die een werkboekje kon tonen. „Het is de vraag of hij een boekje nodig heeft. Hij is zelfstandig ondernemer!" voerde verd. aan.

„Hoe lang rijdt hij per dag of week?" vroeg de ambtenaar. „Dat is ongelijk!" antwoord verd. Het O.M. wees er op, dat de zoon

Het O.M. wees er op, dat de zoon verklaart in opdracht te rijden van zijn vader. De ambtenaar requireerde vrijspraak, al heeft de zoon vermoedelijk" wel een boekje nodig. L. van Steenbergen, Dirksland, liep

tijdens een concert opzettelijk heen en weer. Verd. zei, dat het niet opzettelijk was. Hij werd door zijn kameraden geroepen toen hij stond te luisteren, zo betoogde hij. Maar de rechter las dat verd. gewaarschuwd was. „Dat is altgd het beroerde, dat er gelopen wordt als de muzikanten hun best doen. Je hebt je behoorlijk te gedragen, zeker op de nationale feestdag! En het optreden tegen de politie was zeer onhebbelijk", aldus de rechter. De ambtenaar verkocht verd. ook een

De ambtenaar verkocht verd. ook een flinke uitbrander en eiste ƒ 12.50 subs. 6 d.h. veroordeeld tot ƒ 10.— of 4 d.h.

A. Oosterling, Middelharnis, fietsen langs trambaan. Eis ƒ 2.50 of 1 d.h. Uitspraak conform. L. Wervers, Stad, geen verlichting op aanhangwagen, ƒ 7.50 of 3 d.h.

A. de Bonte, Sommelsdijk, reed zonder rijbewijs. De ambtenaar laakte het maar daar het een Solex was volgde schuldig verklaring zonder straf.

D. Tanis, Ouddorp, zelfde overtreding, maar op een „echt" motorrijwiel. Bij verstek geëist ƒ 25.— subs. 10 d.h. Veroordeeld tot ƒ 20.— of 7 d.h. M. P. Arensman, Den Bommel, geen

M. P. Arensman, Den Bommel, geen rijbewijs, zijn bewijs was verlopen, ƒ 4.- of 2 d.h.

B. van der Veer, Sommelsdijk, wagen zonder lantaarn. De ambtenaar vond het ernstig. Eis ƒ 10.— of 4 d.h. Uitspraak corrform.

Kr. Hollaar, Ouddorp, plaatste rijwiel onbeheerd tegen schoolhek te Middelharnis. Eis ƒ 2.— of 1 d.h. „Er worden daar maar fietsen neergesmeten en het is een bende", aldus de wnd. rechter. Uitspraak ƒ 2.50 of 1 d.h.

Kinderachtig T. Tanis, Ouddorp, liep op grond van Nuy, terwijl duidelijk met een bord aangegeven is, dat men er niet mag lopen. Verd. zei al jaren er het visrecht te hebben en voorts, dat hij er wel mag lopen van de eigenares, wed. Westhoeve. Veertig jaar heeft hij er overheen gelopen. „De grond is in gebruik bij Nuij; hebt

„De grond is in gebruik bij Nuij; hebt U in het verleden toestemming gehad om de grond te betreden?" „AI veertig jaar!" „Hoe bent U er door gelopen?'

„Hoe bent U er door gelopen?' Zonder enige schade aan het gewas!" Get. J. C. Nuij, Ouddorp, zei het volle gebruik van de grond te hebben.

„Hoe bereikte Tanis vroeger het water?' „Over een vispad. Maar Tanis loopt

„Over een vispad. Maar Tanis loopt overal heen. Ik kan niet geloven, dat iemand dwars over het land mag lopen". „U bent al lang gebruiker?" vroeg de ambtenaar. „Al vier jaar!" „Waarom liep je dan nu pas naar de

„Waarom liep je dan nu pas naar de politie ?" „Ik liet eerst een bordje plaatsen!"

„Ik liet eerst een bordje plaatsen!" Volgende get. was Kr. Nuij, Ouddorp, welke Tanis over de grond van zijn oom zag lopen. Hij was ter plaatse aan het werk.

Get. J. C. Nuij verklaarde dat het vispad wel een halve meter lager ligt dan de andere grond.

De ambtenaar concludeerde, dat er wel een pad was, maar ook, dat er kwestie is tussen buren. Het is wel onaangenaam, dat het jarenlang goed gevonden werd en dan ineens een verbod plaatst. De ambtenaar eiste ƒ 2.50 of 1 d.h. Get. J. C. Nuij zei jarenlang verdraag

Get. J. C. Nuij zei jarenlang verdraagzaam te zijn geweest.

De rechter vond het eigenlijk een kinderlijke zaak en raadde aan om elkaar niet te hinderen. Uitspraak ƒ 1.— of 1 d.h. met de opmerking, dat men de kantonrechter niet moet gebruiken om burenruzie tegen elkaar uit te vechten.

W. van Vliet, Middelharnis, overtreding in Melissant, ƒ 3.— of 1 d.h. J. Nagtegaal, Melissant, afgesloten weg bereden, ƒ 3.— of 1 d.h.

W. P. Pruijmboom, geen woonwagenvergunning, ƒ 10.— of 4 d.h. C. Jongejan, Middelharnis, had chauf

C. Jongejan, Middelharnis, had chauffeur die werkboekje niet invulde. Verd. zei dat wel het boekje bij vertrek uit Mid delharnis ingevuld werd. De ambtenaar vond aan de werkgever een plicht opgelegd, die moeilijk was na te komen. Eis en uitspraak schuldig verklaring zonder toepassing van straf. G. J. Nagtegaal, Middelharnis, fiets

G. J. Nagtegaal, Middelharnis, fiets zonder rem, ƒ 7.50 of 3 d.h. C. Korteweg, Middelharnis, reed te Ouddorp in verboden weg, ƒ 3.— of 1 d. J. Mans, Sommelsdijk, auto zonder

J. Mans, Sommelsdijk, auto zonder spiegel, ƒ 5.— of 2 d.h.

Dlwsnsen F. Osseweijer, Stad, fietsen over afgesloten weg, ƒ 3.— of 1 d.h. D. C. Klein, Melissant, id. id. E. P. Julien, id. id. C. van Rumpt, Stad, parkeertte vlak bij een straathoek te Sommelsdijj^. Eis ƒ 7.50 of 3d.h. Uitsprak idem. F. van Boxtel, zonder verblijfplaats

F. van Boxtel, zonder verblijfplaats ruilde molentjes met lompen, ƒ 5.— of 2 d.h.

H. P. van der Velde, Middelharnis, verkeerde in kennelijke staat, ƒ 7.50 of 3 d.h.

W. J. de Jong, Middelharnis, zelfde overtreding, ƒ 15.— of 6 d.h. met voorw straf van 3 d.h. met proeftijd van een jaar, wegens redidiuen. G. J. Koppenaal, geen licht, ƒ 2.— of 1 d.h. De gieuTien van hiet land

De gieuTien van hiet land J. Lodder, Sommelsdijk, had een mest hoop te Middelharnis binnen 10 meter van een woning. Hg wist niet, dat het niet mocht. De afstand tot de woning was 6 meter. Verd. erkende dat grif. Het O.M. vond het een voortreffelijke bepaling. Eis ƒ 7.50 subs. 3 d.h. De rechter vond dat het niet opgaat om zo kort bij de woningen een mestvaalt te hebben. Uitspraak ƒ 5.— of 2 d.h.

Beter een goed© buur. A. A. Dekker, Nieuwe Tonge, liet koeien lopen in een tuin van A. Knöps. „Bekent U dat?"

„Ik; weet er totaal niets van. Ze moeten de zaak open gezet hebben, anders kan het niet!" vertelde verd., die echter de mogelijkheid niet uitsloot.

„Waar laat U die koeien nu?" „Gewoon in de wei. Schade was er niet."

Get. A. Knöps was niet verschenen, waarvan acte op gemaakt werd. De zoon van verd. verscheen dan. De koeien hebben vader en zoon samen en de vader wist niet of het een koe van hem of van zijn zoon was. De laatste vertelde, dat er een koe bij was, die telkens uitbrak. Die is verkocht.

„Ik kocht een nieuwe en dat is een dito!" vertelde Dekker Sr.

,,Hebt U onaangenaamheden met Knöps?" vroeg de ambtenaar.

„Ik heb nooit wat met hem gehad, maar het lijkt wel of hij een hekel aan me heeft!" antwoordde verd. De ambtenaar vroeg vrijspraak, bij

De ambtenaar vroeg vrijspraak, bij gebrek aan bewijs, wat werd verleend. Kr. Witvliet, Dirksland verkeerde in kennelijke staat. De ambtenaar eiste ƒ 15.— of 6 d.h. Uitspraak idem. Eigeiunachtlg opgeti^eden W. M. van den Tol, Oude Tonge, breidde zijn woning uit zonder vergunning van B. en W. Verd. bekende. Hij bouwde meer dan waarvoor hem toestemming was verleend. Hij probeerde van de burgemeester alsnog goedkeuring te krijgen. Er was nog 85 cm nodig. Verd. vroeg een onderhoud met B. en W., maar daar kwam niets van. „Het zou er boos uitzien als iedereen

„Het zou er boos uitzien als iedereen maar zijn gang ging!" vond de wnd. kantonrechter. „U kon in beroep gaan. Met de bouwer nam u alle gevolgen van dien op U!" De ambtenaar begreep wel dat die 85

De ambtenaar begreep wel dat die 85 cm dooie hoek nodig waren, maar zegt dat het niet opgaat om door te gaan als er al een duidelijke waarschuwing was. Eis ƒ 15.— subs. 1 d.h. Uitspraak ƒ 10.— of 4 d.h.

H. C. van Wezel, Stellendam, zou een rund nodeloos kwellend hebben vervoerd. Verd. gaf toe, dat het rund kreupel was, maar niet dat het pijnlijk was, Het „diertje" liep uit zichzelf uit de auto. Er steekt broodnijd achter. „Volgens dierenarts Frijlink had het

„Volgens dierenarts Frijlink had het een gebroken poot. Was het ziek?" „Welnee, zo gezond als een vis!" „Van wie kocht U het ?' „Van Piet Verbiest!"

„Die heeft verklaard, dat het beest inderdaad zijn poot gebroken had." Als get. werd gehoord veekoopman Timmer uit Spijkenisse. Deze vond dat het nogal schikte met de kreupelheid. Het liep zelf de wagen uit. „Maar U bracht het toch naar de noodslachting!"

„Inderdaad. Maar aan de buitenkant van de poot was niets te zien". Tweede get. moest zijn Lt. Vroegindeweij. Maar die was niet verschenen. De zaak werd daarop aangehouden. Vr. wordt in volgende zitting voorgeleid.

Was «üit verantwoord? Van Ootmerssen, Dirksland, de administrateur van het ziekenhuis stond terecht vanwege het bekende feit, dat hij te Middelharnis met de ziekenauto een afrit opreed en een juffrouw aanreed en dus niet voldoende rekening hield met het voetgangersverkeer.

Verd. vertelde, dat Dr Kievit alarmeerde voor een patiënt op het havenhoofd te Middelharnis. De chauffeurs waren niet aanwezig. Er moest direct gestart worden. Met grote snelheid heeft hij zich daarom op weg gegeven. In Middelharnis overwoog hij dat het tijdverlies was om de slinger door het dorp te maken, terwijl de Nieuwstraat hem versperd was, zodat hij de Westdijk koos. Daar reed hij mej v. Mourik aan. Op de weg D'land-S'dgk reed hij met een snelheid van 100 km. In Middelharnis controleerde hij niet.

„De verkeerspolitie berekende uw snelheid voor de oprit op 79 km", deelde de rechter mede.

Verd. wilde dat niet aannemen. Hij had in de 2e versnelling geschakeld. „Waarom nam U de slinger toch niet.

Nu bracht u andere levens in gevaar Ik zag U toevallig rijden en ben direct naar het gemeentehuis van S'dijk gegaan om de politie te vragen waar de ernstige patiënt was", aldus de Pres.

Verd. vertelde, dat de chauffeur tijdens de kerkbrand in Middelharnis dezelfde stunt uithaalde. Het kwam toen goed uit. „Rfldt U veel?" vroeg de ambtenaar. „Practisch iedere dag!" „U reed zodanig rechts van de afrit, dat U grote kans had om er af te tuimelen, wist U dat?" vroeg de rechter.

„'t Is mogeló'k?" „Waarom bleef U zitten bij de aanrijding?, „Ik zag het meisje oprijzen en ik

„Ik zag het meisje oprijzen en ik achtte het geval op het havenhoofd ernstiger en ben dus direct doorgereden. Zover ik zag had mej. v. Mourik alleen een bloedneus."

„Ik begrijp ook niet waarom U ononderbroken met de sirene loeide!" „Ik dacht dat het nodig was omdat ik

„Ik dacht dat het nodig was omdat ik boven de maximumsnelheid reed. Getuige Campfens was niet verschenen.

Get. M. C. v. Mourik, het slachtoffer was er wel. ZQ vertelde, dat zij naar de Westdijk ging. Waar de auto haar raakte wist zij niet, want zij werd heel plotseling tegen de dijk gesmeten. De sirene had zij wel al gehoord. Zij geraakte even bewusteloos. Later bleek haar neusbeentje gebroken. Het is nu genezen.

S. Chr. van Leeuwen-Bakker, Middelharnis, zag de aanrijding gebeuren vanaf het Zandpad. De chauffeur reed met grote snelheid door. Verd. kon zich niet herinneren of hij

Verd. kon zich niet herinneren of hij richting heeft aangegeven. Hij hield met de rechterhand het stuur en met de linker de knop van de sirene.

De ambtenaar vond dat verd. maai aan één omstandigheid te danken heeft dat hij niet wegens dood door schuld voor de rechtbank staat. Dat was de omstandigheid van de fabelachtig goede remmen. Waren die er niet geweest dan zou get. V. Mourik nu niet hebben kunnen getuigen. De ambtenaar zei een open oog te hebben voor de situatie en voor de dryfveren om de Westdijk op te rijden.

De feiten achtte spr. vast staan en hij wilde zijn oorspronkelijke requisitoir en eis — 9 weken principieel en ontzetting uit het rijbewijs voor een jaar — wijzigen. De ambtenaar ging hierbij het verloop van zaken nog eens na. Er zijn omstandigheden dat een ambulanceauto met grote snelheid rijdt, maar niet met zo'n snolheid. Want die was vlak voor de oprit 80 km. En niemand van de voetgangers door verwachtte verkeer. Verd. moet de meisjes gezien hebben. Spr. vond dat hoogst roekeloos en onvoorzichtig is gereden. De eis wasƒ 200.— subs 2 mnd., 1 week hechleni.s voorw., met proeftijd van 1 jaar, en ontzetting uit het rijbewijs ook met proeftijd van een jaar.

De verdediger, Mr W. M. E. van Rc-jsen voerde aan, dat voor de bewuste kraamvrouw uiterste snelheid was geboden zoals later bleek. De vrouw beviel van een dood kind. Dat verd, de Westdijk koos, durfde te kiezen, vond oorzaak daarin, dat hij dat al eerder met de chauffeurs had meegemaakt. De sirene van de auto is er niet voor niets. Die heeft evenveel reden dan voor politie of brandweer. PI. vond het een leemte in de wet, dat de ziekenauto ei niet is opgenomen. De meisjes moeten gewaarschuwd zijn en hadden stil moeten blijven staan.

Het was hier volgens pleiter noodzaak en overmacht, zodat hij ontalaK van rechtsvervolging vroeg . De ambtenaar repliceerde, dat voor de

De ambtenaar repliceerde, dat voor de meisjes de oprit een veilige plaats wa-;. Zij konden niet anders dan daar veiligheid verwachten. Hij gaf toe, dat de ziekenauto gelijk gesteld moet zijn met die van Wehrmacht, Waffen-S.S. enz. (Dit werd natuurlijk ironisch gezegd. Verslagg.) Maar ook voor de politie- en brandweer auto geldt dat de omstandigheden wel degelijk in acht genomen moeten worden.

De wnd. rechter sloot zich in veel aan bij wat het O.M. aanvaardde. In ieder geval was het zeer onvoorzichtig.

Er is een groot verschil tussen een in dit geval verantwoordde snelheid en de snelheid, die gereden werd. Als men nu bestuurder is van politie- of brandweerauto schakelt dit voorzichtigheid niet uit.

„Doordat U goede remmen had en liet geluk dat het meisje niet meer recliti liep is ernstiger onheil uitgebleven", d- dus de wnd. rechter.

Het vonnis luidde: Boete van ƒ 150.—, subs. 6 w, heehtenis, voorwaardelijke uittrekking van het rijbewijs voor 1 jaar met 1 jaar proeftijd, en voorwaardelijke hechtenis van 1 jaar ook met 1 jaar proeftijd, tenslotte de ernstige vermaning ,om degelijke stunts niet meer uit te halen."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen