Schooltandverzorging op komst
Onderstaand artikel werd ons- toegezonden ter voorlichting van gemeente- en schoolbesturen, ondei wijzers en ouders.
Dezer dagen is aan alle gemeentebesturen op Goeree en Overflakkee, Voorne en Putten en Rozenburg vanwege de onlangs gevormde „Stichting ter bevordering van tandhieelikumdige jeugdzorg" het verzoek gericht een bedrag per leerling beschikbaar te willen stellen voor de oprichtingskosten en mede zitting te willen nemen in het bestuur. De schoolbesturen is verzocht medewerking te willen verlenen voor wat betreft scholen (hun vertegenwoordiging in het bestuur geschiedt via de Scholenbond.) De kwestie van de „schooltandartsendienst" zal dus in de Raden in openbare behandeling komen en ook de schoolbesturen moeten afzonderlijk, ook na het besluit van Chr. Scholenbond tot toetreding, beslissen, of hun school zich aansluit. Gezien de onbekendheid met deze zaak achten wij het gewenst, een uiteenzetting te geven van de noodzakelijkheid, de inrichting en de werkwijze van deze dienst, zodat de belanghebbenden zich in deze materie kunnen oriënteren en hun standpunt kunnen bepalen inzake deze dienst, die hopelijk in September zal gaan werken. Terwijl de algemene gezondheidstoe
Terwijl de algemene gezondheidstoestand van ons volk en de geneeskundige verzorging ervan in vergelijking met andere landen zeer goed te noemen zijn, slaan wij een slecht figuur wat betreft de toestand der gebitten. Ieder weet uit eigen ervaring, dat deze bij jong en oud veel te wensen overlaat. Statistieken wijzen uit, dat 96% der bevolking lijdt aan tandbederf en de gevolgen daarvan. Van alle 20-jarige vrouwen in Amsterdam heeft slechts 3% een volledig gaaf gebit, terwijl 52% van de 40-jarige mannen meer dan 10 van de 32 elementen (tanden en kiezen) missen! Dit tandbederf begint vrijwel direct bij de kinderen. Het melkgebit buiten beschouwing latend, valt te constateren, dat van de eerste blijvende kiezen, die op het 6e jaar doorkomen onmiddellijk na de doorbraak, al 1% ziek is, op het 7e jaar 10%, op het 8e jaar 30%, terwijl in de 6e of 7e klas reeds 70% van de gebit ten ondeugdelijk is. Dit zijn inderdaad cijfers om van te schrikken. Vragen we naar de oorzaken hiervan, dan kan gewezen worden op de enorme verwaarlozing der gebitten, doordat men het hoge belang van een gezond gebit voor ons lichamelijk welzijn niet inziet, doordat men fatalistisch van mening is, dat wg nu eenmaal bij het ouder worden successievelijk al onze tanden en kiezen gaan verliezen en tenslotte ook door de angst voor de tandarts. En men vergeet, dat het heel goed mogelijk is bij de huidige stand van de tandheelkundige wetenschap en practijk, mits van de aanvang af toegepast, door voortdurende controle en serieuze dagelijkse verzorging der gebitten zonder ingrijpende behandeling een goed gebit te behouden.
Het is niet te verwonderen, dat zij, die verantwoordelijkheid dragen voor onze volksgezondheid, zich beraden over de mogelijkheid, hoe te komen lot een zo goed mogelijke sanering der gebitten van ons volk. Ook de ziekenfondsen staan voor dit probleem, alleen reeds uit financiële overwegingen. De gebitstoestand is zo slecht, dat zij onmogelijk een massale en doeltreffende sanering kunnen bekostigen. Men is nu algemeen tot de conclusie gekomen, dat de enige mogelijkheid om op de duur tot een universele gezondmaking der gebitten te komen, gelegen is in het van de grond af beginnen met de controle op de schoolkinderen. De oprichting van diensten voor schooltandverzorging of, iets ruimer opgevat, voor tandheelkundige jeugdzorg, heeft dus niet alleen ten doel, de gebitten der kinderen in goede staat te houaen, maar zij grijpt nog veel hoger, nl. daardoor te komen tot ©en algehele verbetering van de gebitstoestand van het gehele volk. Daartoe is niet alleen periodieke controle en eenvoudige behandeling van de kindergebitten nodig, maar zeker niet minder opvoeding van de kinderen en gewenning aan goede gebitsverzorging, opdat zij daarmee ook na de schoolperiode blijven doorgaan.
In verschillende grote steden bestaat reeds geruime tijd schooltandverzorging, terwijl de laatste jaren, vooral door de activiteit van de Ned. Vereniging voor Sociale Tandheelkunde, ook ten plattelande nieuwe diensten tot stand kwamen. Op de scholen zijn alle kinderen voor de tandarts te bereiken. Juist op 6-jarige leeftijd zijn de eerste blijvende kiezen doorgebroken en kan het gebit van de aanvang af gecontroleerd worden. Op deze wijze vormt de schooltandverzorging de basis voor de gehele sociale tandheelkunde en daarom is het van groot belang, dat ook op onze eilanden zulk een dienst wordt ingevoerd. Vroeger waren dit alle overheidsinstellingen, evenals nu nog de schoolartsendienst, omdat ze anders financieel niet te exploiteren waren. Sedert de opkomst der Ziekenfondsen is dit anders geworden, daar deze gaarne de zaak financieren, omdat de resultaten ervan hun ten goede komen, vooral op langere termijn. De na-oorlogse diensten zijn vrijwel alle opgezet in de vorm van een stichting, die vele voordelen biedt boven een overheidsdienst: ze is veelal minder duur, de leiding, hangt niet af van de wisselende partijen, ze komt tegemoet aan de principiële bezwaren van hen, die tegen overheidsbemoeiing zijn op dit gebied, terwijl de belanghebbenden zelf de zaak helpen besturen. De stichtingsvorm is ook gekozen voor &ej.e eilanden, waardoor het bezwaar, dat met name bij het Chr. onderwijs leefde tegen een overheidsinstelling tip dit terrein, is vervallen. Het algemeen bestuur bestaat volgens de stichtingsacte uit de 21 leden, nl. 4 benoemd door de gemeentebesturen, 4 door de afd. der Ned. Mij ter bevordering der Tandheelkunde, 4 door de ziekenfondsen in het werkgebied, 1 door het R.K. onderwijs, 3 door het Prot. Chr. onderwijs, 3 door het openbaar onderwijs, 1 door het Groene Kruis en 1 door het Wit-Gole-Kruis (R.K.). De schoolarts en de Rijksinspecteur van het L.O. zijn adviserend lid. Dat de gemeentebesturen, dus de overheid, ook in het bestuur vertegenwoordigd zijn, vloeit hieruit voort, dat hun verzocht wordt de oprichtingskosten te fourneren (de Ziekenfondsen mogen en kunnen dit niet doen, gezien hun précaire financiële positie), dat zij belanghebbende zijn voor de armlastigen en bovendien als besturen der openbare scholen fungeren, voor welke zij medewerking moeten verlenen aan de dienst. Op welke wijze de diverse vertegenwoordigers in het algemeen bestuur worden aangewezen, dient elke categorie voor zichzelf in eigen kring uit te maken. De gemeenteraden zullen zich hierover met de burgemeestei'skring moeten verstaan om voor Flakkee 2 vertegenwoordigers aan te wijzen (de andere 2 levert V. en P.)
In het werkgebied zijn in totaal ruim 7000 leerlingen van Lagere Scholen. Voor het instrumentarium etc. (eerste inrichting) is zoveel nodig, dat per leerling aan de gemeentebesturen een renteloos voorschot van ƒ 1.11 wordt gevraagd, welk bedrag zo mogelijk binnen 10 jaar wordt terugbetaald. De dienst moet nl. binnen de kortst mogelijke tijd „self-supporting" zijn. De begrotingen zijn gebaseerd op deelname van alle gemeenten en scholen, zodat het van groot belang is, dat er geen enkele achterblijft. Tegenover de lasten bij de exploitatie
Tegenover de lasten bij de exploitatie (salarissen tandartsen en helpsters, vervoerskosten, materialen etc.) staan als baten de bijdragen van de Ziekenfondsen, die voor elk kind; welks vader verplicht of vrijwillig verzekerd is, ƒ 2.50 per jaar betalen. De niet-verzekerden betalen zelf voor hun kinderen ook dit bedrag. De verwachting is, dat op deze basis, als na 6 jaar alle kinderen zijn ingeschakeld, de dienst zichzelf kan bedruipen.
Het is niet de bedoeling, dat er speciale schooltandartsen worden benoemd. De gevestigde tandartsen of één hunner) zullen deze dienst waarnemen. Zij zullen op school de kinderen onderzoeken en eventueel eenvoudig behandelen; dus ingrijpend tandbederf, wortelkanaal. behandeling, standafwijkingen, pijnlijk en dikwijls met bloedingen gepaard gaand ingrijpen. Voorts is het de bedoeling te beginnen met alleen de Ie klas, hoogstens de 2e erbij als het aantal gering is. Een directe behandeling van alle klassen is onmogelijk, daar het tandbederf daar al te ver gevorderd is en teveel tijd vergt. Elk jaar komt er een klas bij; de controle geschiedt om het half jaar. Op deze wijze staat dus met een dergelijke trapsgewijze invoering na 6 of 8 jaar de gehele school onder controle en verlaten de kinderen met een gesaneerd gebit de school. De schooltandarts zal bovendien ook
De schooltandarts zal bovendien ook onderwijzend en paedagogisch moeten optreden: de jeugd moet tandheelkundig worden opgevoed en ,,dentalminded" worden gemaakt. Beter is alle kinderen te doordringen van de grote waarde van een gezond gebit, dan enkelingen met veel tijdverlies te behandelen. De tandheelkunde moet ook hier meer op de Prophylaxe dan op de therapie gericht zijn of m.a.w.: voorkomen is beter dan genezen. De kinderen moeten zover gebracht worden, dat ze ook na de schoolperiode zich elk half jaar laten conti o- leren. Doordat op school het gebit bijgehouden wordt, kan veelal met eenvoudige behandeling worden volstaan en daaidoor verdwijnt de angst voor de gan» naar de tandarts, die thans nog viijwel algemeen bestaat. Men zal dan na de schooUeeftijd gemakkelijker tot een viijwillige controle overgaan. Ten overvloede zij medegedeeld dat I
Ten overvloede zij medegedeeld dat het onderzoek op school evenmin als dat van de schoolarts, verplicht is. Niemand wordt gedwongen zijn kinderen te laten controleren. Aan ieder ouder wordt schriftelijk medewerking verzocht. De verzekerden, die 80 ä 85% uitmaken van de totale schoolbevolking, zullen vanzelfsprekend meedoen, omdat het Ziekenfonds betaalt, terwijl eveneens gerekend wordt op deelname van alle ,,paiticulieren' in het belang van hun kinderen en van hun portemonnaie. I
Het bezwaar, dat de kinderen oolf op school behandeld worden (of in schoolverband in een centrale lokaliteit), zulks in tegenstelling met de schoolartsendienst, die adviserend is, moet weiden beantwoord met te verwijzen naar de eivaring, die men overal heeft opgedaan dat controle met advies aan de oudeis om met hun kinderen naar de tandarts te gaan, een vrijwel gehele mislukKmg wordt. Het percentage kinderen, viat gaat, is zeer gering. Met name in Rotterdam is dit gebleken. Juist de kinderen, die het nodig hebben, gaan niet, omdat de ouders laks zijn of de moeders geen tijd hebben mee te gaan.
In de kringen der onderwijzers vooial leeft het bezwaar, dat het onderwijl te veel gestoord wordt. Inderdaad moet ei zoveel mogelijk rust in de school heeisec. Maar de tijd, die voor de contiole en behandeling nodig is, is gemiddeld slechts een kwartier per jaar! Absentenstatistieken tonen aan, dat het aantal lesuren, dat wegens kiespijn en haar gevolgen verzuimd wordt, op scholen zonder tandverzorging groter is dan de tijd, aan de dienst besteed. Intussen wordt de organisatie zo in elkaar gezet, dat de storing tot een minimum beperW wordt.
We menen hiermee alle belanghebbenden voldoende te hebben ingelicht. We spreken de hoop uit. dat van Ouddoip tot Ooltgensplaat alle gemeenteraden, schoolbesturen, onderwijzers en ouu'rs van harte zullen meewerken. Orzs schoolarts schreef in zijn eerste verslaS dat hij de toestand der gebitten met rooskleuring heeft bevonden: plni. 409« was matig (2—4 elementen carieus) e» 11% slecht (meer dan 4 carieus d.i. W?' rottingsproces.) De invoering van tandheelkundige zorg op de scholen is dus ook op Flakkee wel zeer urgent.
Namens de Stichting: A. VAN ECK, Stellendam. W. H. S. SYPKENS, Middelharnis.
Varia
ZO'N KNAPPE ONGELOVIGE KOP
Op een zeereis werd een levendig gesprek aangeknoopt door een welbespraakt en geleerd heer met een dame Eindelijk kwam hij met haar op lirf punt van godsdienst en geloof.
Driestweg beweerde de man, dat alle godsdienst fantasie is, en geloof onzin.,
Voor hem was het uitgemaakt, dat' alles vanzelf ontstaan was en het ene zich uit het andere had ontwikkeld.
De oude dame achtte zich niet tegen i hem opgewassen en zweeg. [
Toen wendde de ontwikkelde man zich' tot een persoon, die van Californiè ge-, komen was, maar niet tot de gelukzoekers behoorde buiten God. i
„Wat denkt u er van?' vroeg hij deze i „Wij Amerikanen zijn zo geleerd met',' antwoordde hij ,wij behandelen en Iredenken alles van de practische kant. Ik kom van Californië en breng u daarvan een verrassende mededeling:
,,Enige mannen waren bezig goud te graven en een hunner stiet op een haul voorwerp. Wat denkt gij dat dat was?" De andere antwoordde: ,,Een klomp
De andere antwoordde: ,,Een klomp goud." ,,Neen," zei de Amerikaan, „het was
een naaimachine. En Singer heeft die aangekocht en naar dat model al zijn machines gemaakt." ,,Onzin," riep de ander. ,,Hoe zou zuil!
,,Onzin," riep de ander. ,,Hoe zou zuil! een machine zo uit de grond komen!"
„En", antwoordde de Amerikaan, „dan zou uw beweren dat 't planetenstelsel met alle wonderbare ordeningen, alle leven en alle levende schepsel, vanzelf ontstaan zouden zijn, geen onzm wezen?"
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 augustus 1950
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 augustus 1950
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's